Technische Universiteit Delft

Van de chemische fabriek naar de biofabriek

Het leren begrijpen en creatief toepassen van micro-organismen is de sleutel naar een duurzame toekomst. Hun ongekende mogelijkheden voor het recyclen en het maken van grondstoffen voor materialen en biobrandstoffen, openen de weg naar de 'bio-gebaseerde economie'. Dat stelt prof.dr. J.G. Kuenen, die op vrijdag 2 december zijn afscheidsrede als hoogleraar Microbiologie uitspreekt aan de TU Delft.

Prof.dr. Gijs Kuenen is er van overtuigd dat we in de komende tien tot twintig jaar een echte technologische doorbraak kunnen maken: die naar de 'bio-gebaseerde maatschappij'. Daarin spelen nieuwe biologische manieren om voedsel, medicijnen, brandstoffen, materialen en andere complexe stoffen te produceren en te recyclen een bepalende rol. We zijn dan met andere woorden de overstap aan het maken van de chemische fabriek naar de 'biofabriek'.

De slimme inzet van micro-organismen, zoals bacteriën en gist, is hierbij cruciaal. Kuenen: 'Mijn credo is dat met name de micro-organismen, met hun ongekende mogelijkheden voor recyclen en het maken van grondstoffen voor materialen en biobrandstoffen, de weg openen naar de bio-gebaseerde economie. Het leren begrijpen en creatief toepassen van micro-organismen is de sleutel naar een duurzame toekomst.'

De TU Delft en prof. Kuenen hebben de laatste jaren concrete microbiologische successen geboekt, bijvoorbeeld in de biologische afvalwaterzuivering. Zo werd de Anammox-technologie ontwikkeld aan de TU Delft. Hierbij wordt ammonium samen met nitriet door een speciale, tot voor kort onbekende, bacteriesoort, omgezet in stikstofgas.

In 2002 werd in Rotterdam de eerste Anammox-reactor op industriële schaal geopend. Deze verwijdert een groot deel van het stikstof uit het afvalwater van de stad. De operationele kosten bedragen in Rotterdam slechts tien procent van een conventionele reactor en het energieverbruik is er aanzienlijk lager.

Een ander belangrijk onderzoeksgebied aan de TU Delft is bakkersgist. Dit micro-organisme kan voor diverse doeleinden gebruikt worden, bijvoorbeeld voor de productie van bio-ethanol, een milieuvriendelijk alternatief voor benzine dat in opmars is. Onder leiding van Kuenens opvolger, prof.dr. J.T. Pronk, zijn wetenschappers van de TU Delft er recent in geslaagd om de productie van bio-ethanol uit suiker door gist veel efficiënter te laten plaatsvinden. Dit door gist genetisch te modificeren.

Kuenen tot slot: 'We zijn nu hard in de weer om onze krachten verder te bundelen door het oprichten van een Nederlands Instituut voor Industriële Biotechnologie (NIIB). Dit Instituut richt zich onder meer op het recyclen en opwaarderen van afval tot nuttige producten voor onze maatschappij en op het sluiten van kringlopen op de fabrieksterreinen om onnodige afvalproductie te vermijden.'