Bestrijden voortijdig schoolverlaten levert geld op
Taskforce jeugdwerkloosheid
- Persbericht -
Elke euro investering in bestrijding voortijdig schoolverlaten
levert maatschappelijk 3 euro op
Den Haag, 29 november 2005 - Investeren in de bestrijding van voortijdig schoolverlaten
loont. Gemiddeld levert elke geïnvesteerde euro er drie op. Er is daarom geen reden
te wachten met investeren in de bestrijding van voortijdig schoolverlaten. Die
investering vergt wel politiek leiderschap omdat de investeringen pas over enkele jaren
rendement opleveren. Dat zijn de conclusies van een onderzoek naar kosten en baten van
voortijdig schoolverlaten dat professor Roel in 't Veld heeft uitgevoerd in opdracht van
de Taskforce Jeugdwerkloosheid.
Omdat de positieve effecten van de investering zich pas op de langere termijn voordoen,
roept In 't Veld de landelijke en locale politiek op over de grenzen van hun
aanstellingstermijn heen te kijken. 'Het vergt politiek leiderschap en de nodige
overtuigingskracht om tot een dergelijke investeringsbeslissing te komen', aldus In 't
Veld. 'Veel van de kosten worden nu en bij 'onderwijs' gemaakt, terwijl de meeste baten
zich voordoen in de toekomst, bij 'sociale zaken', bij de Belastingdienst, in de vorm van
consumptie. De argumenten van deze business case hebben behoefte aan een politieke
vertaling.'
De Taskforce Jeugdwerkloosheid heeft het rapport 'Kosten en Baten van Voortijdig
Schoolverlaten' aan de vooravond van de begrotingsbehandeling van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap aangeboden aan minister Van der Hoeven en staatssecretaris Rutte en aan
staatssecretaris Van Hoof. De laatste maanden hebben de politiek en de bewindslieden van
OCW verschillende suggesties gedaan om voortijdig schoolverlaten een halt toe te roepen.
In een motie spreekt Tweede-Kamerlid Verhagen de wens uit te komen tot een
leer-werkplicht voor jongeren tot 23 jaar. Wie voor zijn 23e jaar geen schooldiploma
heeft op minimaal MBO-2 niveau (de zogenaamde startkwalificatie) moet verplicht kunnen
worden terug te keren naar de schoolbanken om alsnog een diploma te halen of aan het werk
te gaan. De bewindslieden van OCW hebben de aanval op de uitval geopend met snel in te
voeren maatregelen en aanscherping van het huidige beleid voor de langere termijn, zoals
een meld- en informatieplicht voor voortijdige schoolverlaters, verhoging van de
leerplichtleeftijd tot 18 jaar en snelle invoering van een onderwijsnummer. Stabilisatie
van het aantal voortijdige schoolverlaters (64 duizend per jaar) vinden zij onvoldoende.
Volgens het rapport van de Taskforce Jeugdwerkloosheid heeft systeemverandering geen zin
en zijn veranderingen binnen het bestaande onderwijssysteem veel effectiever, zoals het
intensiveren van de zorgvoorzieningen binnen het onderwijs en het intensiveren van de
begeleiding van de overgang van het vmbo naar het mbo. Ook integratie van arbeidsmarkt en
onderwijs ziet In 't Veld als probaat middel. Die visie wordt gestaafd door de ervaring
van het Albeda College in Rotterdam dat lessen heeft verplaatst van de school naar de
winkelketen waar jongeren hun praktijkopleiding volgen (de Zuidplein-variant). Volgens In
't Veld vallen jongeren niet altijd uit onwil uit, maar vaak dankzij het bestaande
onderwijssysteem. Het is veel goedkoper en effectiever oplossingen te bedenken die de
oorzaken van schooluitval kunnen wegnemen dan leerlingen te dwingen zonder die
oplossingen binnen het systeem te blijven.
Het rapport 'Kosten en Baten van Voortijdig Schoolverlaten' is beschikbaar via de website
www.jeugdwerkloosheid.nl. Voor het rapport is een rekenmodel gehanteerd dat aantoont dat
elke geïnvesteerde euro in bestrijding van voortijdig schoolverlaten gemiddeld drie
euro oplevert. Het model is beschikbaar via de website www.rebelgroup.nl/ned/vsv.
Iedereen wordt uitgenodigd de aannames en basisinformatie van het model op juistheid te
toetsen.