Contactpersoon
-
Datum
28 november 2005
Ons kenmerk
DGTL05.008868
Doorkiesnummer
-
Bijlage(n)
1 ( bijl. Pdf apart verzonden)
Uw kenmerk
-
Onderwerp
Interim externe veiligheidsbeleid rond luchthavens
Geachte voorzitter,
Bijgaand treft u in afschrift de brief aan die ik heb verzonden aan het
College van Gedeputeerden van de provincies Groningen, Drenthe, Flevoland,
Zuid-Holland en Limburg. Met deze brief verzoek ik de Colleges om interim
externe veiligheidsbeleid te voeren rond de regionale luchthavens. Dit
afschrift wordt u ter informatie toegestuurd naar aanleiding van de
toezegging dat ik de Kamer op de hoogte zou houden van de vorderingen van
het interimbeleid.
Hoogachtend,
DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
mw drs M.H. Schultz van Haegen
Contactpersoon
drs. ing. J.E. Können
Datum
28 november 2005
Ons kenmerk
DGTL05.005431
Doorkiesnummer
070 - 3511462
Bijlage(n)
2
Uw kenmerk
-
Onderwerp
Verzoek tot het voeren van interimbeleid externe veiligheid
Geachte Colleges,
Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening
en Milieubeheer wil ik u middels deze brief verzoeken externe veiligheid
interimbeleid te gaan voeren rond de luchthaven in uw provincie op basis
van de plaatsgebonden risico 10-6 contour.
Op dit moment bestaat er, behalve voor Schiphol, geen normstelling en
daarbij behorend ruimtelijk beleid voor externe veiligheidsrisico's rond
luchthavens. Het wetsvoorstel Regelgeving burgerluchthavens en militaire
luchthavens biedt hiervoor de basis. Het wetsvoorstel ligt nu voor advies
bij de Raad van State en zal naar verwachting in 2007 in werking treden.
Met het oog hierop verzoek ik u nu reeds interimbeleid te voeren op basis
van de 10-6 contour. De beperkingen die gelden binnen de 10-6 contour
gelden hiermee voor de duur van de interimperiode ook binnen de 10-5
contour. Met dit interimbeleid kan worden voorkomen dat ongewenste
ontwikkelingen plaatsvinden in een gebied waar in de nabije toekomst
beperkingen gaan gelden. Het interimbeleid is enkel van toepassing op
nieuwe situaties. Reeds aanwezige of reeds in bestemmingsplannen
geprojecteerde nieuwbouw valt niet onder dit beleid. Het toekomstige beleid
binnen de 10-5 contour, waarbinnen gebouwen aan hun functie kunnen worden
onttrokken, zal gaan gelden als het wetsvoorstel van kracht is geworden.
Het interimbeleid is niet allesomvattend. Het aangewezen luchtvaartterrein
valt niet onder dit interim externe veiligheidsbeleid. De
nieuwbouwrestricties die in de bijlage zijn opgenomen zijn dan ook niet van
toepassing op dit aangewezen terrein. Nieuwbouw op het aangewezen
luchtvaartterrein wordt geregeld middels een ontheffing ex artikel 31
Luchtvaartwet. Bij de afweging voor het geven van een dergelijke ontheffing
kan veiligheid worden meegewogen.
In de voorbereiding op deze brief zijn in juni besprekingen gehouden tussen
ambtenaren van uw provincie en Verkeer en Waterstaat en van
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Als bijlage zijn de
ruimtelijke beperkingen voor het gebied binnen de 10-6 contour opgenomen
zoals deze door mij en door de Staatssecretaris van VROM zijn
overeengekomen. Voor de volledigheid zijn ook de toekomstige beperkingen
binnen de 10-5 contour opgenomen in de bijlage. De extra beperkingen die
gekoppeld zijn aan deze contour (namelijk de onttrekking aan de bestemming)
zullen pas gaan gelden als de RRKL wetgeving van kracht wordt. Tevens zijn
plaatjes van de 10-6 contour bijgevoegd. Gedetailleerde digitale kaarten
met contouren kunnen op aanvraag beschikbaar gesteld worden.
Hoogachtend,
DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
mw drs. M.H. Schultz van Haegen
Bijlage ruimtelijke beperkingen externe veiligheid
| |kwetsbare |Beperkt kwetsbare |Overige | | |bestemmingen |bestemmingen |bestemmingen | |10-5 regime |Sloop, tenzij |Bestaand kan |Nieuwbouw | |geldig na van |bewoners niet willen|blijven staan, |alleen met | |kracht worden |vertrekken* |alleen vervangende |vvgb | |RRKL wet |Geen nieuwbouw |nieuwbouw mogelijk | | | | |met vvgb | | |10-6 regime |Geen nieuwbouw, |Nieuwbouw alleen |Nieuwbouw | |geldig voor |tenzij vvgb bij |met vvgb |alleen met | |interim externe|onderstaande | |Vvgb | |veiligheidbelei|situaties** | | | |d | | | | |Objecten |Woningen |Bedrijven |Permanent | | |onderwijs, dagopvang|Kleine kantoren en |onbewoonde | | | |hotels |gebouwen | | |gezondheidszorggebou|Kazernes | | | |wen |Dienstwoningen |overige | | |grote kantoren en |Sport- en | | | |hotels, |recreatiebestemming| | | |winkelcentra en |en | | | |grote winkels*** | | | | |verblijfrecreatie***| | | | |* | | |
* motie Hofstra
** wel nieuwbouw:
- Bij nieuwbouw binnen bestaande lintbebouwing of binnen bestaande kern of kom, bij opvulling van gaten in de bebouwing of bij verandering bestemming.
- bedrijfswoningen (indien noodzakelijkheid kan worden aangetoond)
- herstructurering
- bij verplaatsing van woningen en andere gevoelige gebouwen (naar minder belast gebied)
*** Het gaat om gebouwen waar in grote aantallen personen gedurende een groot gedeelte van de dag aanwezig zijn zoals: 10 kantoorgebouwen en hotels met een bruto vloeroppervlak van meer dan 1500 m2 per object;
20 complexen waarin meer dan vijf winkels gevestigd zijn en waarvan het gezamenlijk bruto vloeroppervlak meer dan 1000 m2 bedraagt, en winkels met een bruto vloeroppervlak van meer dan 2000 m2 per object, voor zover in die complexen of in die winkels een supermarkt, hypermarkt of warenhuis is gevestigd.
**** kampeer- en andere recreatieterreinen bestemd voor het verblijf van meer dan 50 personen gedurende meerdere aaneengesloten dagen.
Als de RRKL wetgeving van kracht is geworden, dan kan de provincie een Vvgb (Verklaring van geen bezwaar) afgegeven . De provincie kan nadere eisen stellen aan de beperkingengebieden. Zo is het mogelijk om nadere richtlijnen vast te stellen inzake de dichtheden van bebouwing en van bedrijven en kantoren.
Nadere richtlijnen kunnen zijn dat het aantal personen per hectare niet toeneemt. Bovendien kan de provincie de richtlijn van Schiphol gebruiken om te bepalen of een beperkt kwetsbare bestemming kan worden bijgebouwd. Bij Schiphol wordt het aantal van maximaal 10 personen per Ha gehanteerd. Het bevoegd gezag kan richtlijnen ontwikkelen waaruit blijkt of een bestemming beperkt kwetsbaar of kwetsbaar wordt geacht.
VROM inspectie toetst achteraf de beslissingen (de Vvgb).
Om de vijf jaar wordt de actuele EV getoetst aan de beperkingengebieden die op basis van EV zijn ingesteld. Wanneer de EV situatie afwijkt kan GS de beperkingengebieden aanpassen of maatregelen nemen bij bijv. luchthaven om te zorgen dat beperkingengebied en ev situatie overeenkomen.