Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid
CCV publiceert beoordelingsrichtlijnen cameratoezicht
Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV)
publiceert vandaag de beoordelingsrichtlijnen voor Cameratoezicht op
Openbare Plaatsen. Deze richtlijnen hebben betrekking op de
camerasystemen zelf, en op de manier waarmee er toezicht mee wordt
gehouden. Het gaat hierbij om toezicht op de openbare orde en
veiligheid en uitdrukkelijk niet om camera's voor opsporing en
vervolging. Met de richtlijnen is het mogelijk om duidelijke
prestatie-eisen te stellen aan camerasystemen. Op dit moment maken
ongeveer honderd gemeenten gebruik van cameratoezicht op openbare
plaatsen.
"De richtlijnen bieden gemeenten houvast. Met de richtlijnen wordt het
gemakkelijker om camerasystemen te laten aanleggen die van goede
kwaliteit zijn. Zulke camerasystemen kunnen een goed hulpmiddel zijn
bij het toezicht op de openbare orde," aldus Ida Haisma, directeur van
het CCV.
Toepassing van de beoordelingsrichtlijnen voor Cameratoezicht op
Openbare Plaatsen is nu nog vrijwillig. Dat verandert zodra de wet- en
regelgeving voor Cameratoezicht op Openbare Plaatsen in werking
treedt, naar verwachting in mei 2006. Vanaf dat moment wordt het
gebruik van de kwaliteitsrichtlijnen verplicht. De richtlijnen dienen
ter uitvoering van artikel 151-c Gemeentewet en het Besluit
cameratoezicht. Er is een overgangstermijn opgenomen voor
certificering en vakbekwaamheid. Deze termijnen zijn van kracht vanaf
de ingangsdatum van het Besluit cameratoezicht zoals die in het
Staatsblad wordt gepubliceerd.
Aan de publicatie van de beoordelingsrichtlijnen is een uitgebreid
inspraaktraject voorafgegaan. Zo heeft het CCV de
ontwerp-beoordelingsrichtlijnen begin juli 2005 voor advies voorgelegd
aan belanghebbende organisaties, waaronder de Vereniging van
Nederlandse Gemeenten. Het Centraal College van Deskundigen van het
CCV, waarin alle belanghebbende partijen zijn vertegenwoordigd, heeft
de beoordelingsrichtlijnen op 16 november goedgekeurd.
De wet- en regelgeving voor Cameratoezicht op Openbare Plaatsen is
door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
voorbereid. Achtergrond van de regelgeving is het belang van
rechtszekerheid voor de burger en het creëren van wettelijke
grondslagen voor mogelijke inbreuken op de privacy. Het CCV is
verantwoordelijk voor het beheer en adequate en uniforme uitvoering
van de richtlijn.