Federale regering Belgie
Verdere aanpak generatiepact
(2005-11-06)
Verdere aanpak van het generatiepact
1. De generatiepactwet wordt voor advies naar de NAR gestuurd. Het
advies wordt tegen 16 november uitgebracht.
Samenvatting :
De wet regelt volgende punten : (8 10) de financiering van de
maatregelen die tot doel hebben méér jongeren aan een zelfstandige job
te helpen zoals de cumul van de onkostenvergoeding met de
wachtuitkering, de renteloze tussenkomst en de langere begeleiding,
(bijkomende maatregel die in de logica van het generatiepact past) het
toekennen van pensioenrechten aan jongeren die alternerend leren, (43)
het toekennen van een fiscaal voordeel in de tweede pijler voor de
werknemers die tot hun 65e blijven werken en een equivalente maatregel
voor de zelfstandigen, (56) het wegwerken van de fiscale discriminatie
bij de nieuwe gehuwde bruggepensioneerden zodat de belastinghervorming
integraal van toepassing zal zijn op deze groep, (58) de gunstige
fiscale behandeling van de aanvullende vergoeding bij een brugpensioen
in geval van werkhervatting, (66) het mogelijk maken van ter
beschikking stelling en uitzendarbeid in de context van een door de
regio's erkend herplaatsings- of inschakelingstraject, (68) de
lastenverlagingen voor ploegenarbeid en innovatie, (69) de introductie
van het mechanisme van welvaartsaanpassingen voor de sociale
uitkeringen, (74) nieuwe financieringspistes om de last op arbeid te
verlichten en het behoud van het evenwicht in de sociale zekerheid te
verzekeren (alternatieve financiering BTW, een deel van de inkomsten
op het gebruik van voor de volksgezondheid schadelijke producten, 15%
van de inkomsten uit de roerende voorheffing, een enveloppe die
overeenstemt met het terugverdieneffect van nieuwe lastenverlagingen.
Daarnaast creërt de generatiepactwet een wettelijke basis die toelaat
om de volgende punten uit het generatiepact uit te voeren via een KB:
(1) de startbonus, (3) de tutoraatsbonus, (6) 2 maand activering van
de werkloosheidsuitkering voor pas afgestudeerde leerlingen uit het
technisch en beroepsonderwijs die al tijdens de wachttijd een job
vinden, (7) de activering van de wachtuitkeringen van jongeren die een
zelfstandige zaak willen starten, (16) het opzetten van experimenten
om de loonspanning tussen jongere en oudere werknemers te verkleinen
via dezelfde techniek die eertijds gebruikt werd bij de experimenten
Hansenne, (22) de vereenvoudigde sociale balans die voortaan eerder
een opleidingsbalans zal worden en zal toelaten om de
vormingsinspanningen beter in kaart te brengen, het afdwingbaar maken
van de aangegane opleidingsengagementen (31 tot 38) een aantal
elementaire delegaties aan de koning die moeten toelaten om het
hoofdstuk over herstructurering vorm te geven via
uitvoeringsbesluiten, (41) de invoering van een bonus voor werknemers
en zelfstandigen, (42) de hermodulering van de malus voor
zelfstandigen, (44) het kader dat zal dienen om iedere actieve
jaarlijks te informeren over de opgebouwde pensioenrechten over de
diverse stelsels (werknemers, zelfstandigen en ambtenaren) en over de
eerste en tweede pijler heen, de lastenverlaging voor de ouderen, (46)
het wegwerken van het financiële risico op de kost van een
brugpensioen kort na de aanwerving van een oudere werknemer door deze
kost niet te laten dragen door wie ouderen aanwerft maar door wie
ouderen brugpensioneert, (51 en 52) een aantal elementaire delegaties
aan de koning die moeten toelaten om het hoofdstuk over de Canada
Dry's vorm te geven via uitvoeringsbesluiten, (59) het afdwingbaar
maken van het aanbieden en het gebruik maken van het outplacement,
(60) om actief zijn beter te laten renderen dan inactief zijn wordt
het loopbaanplafond in de pensioenberekening opgesplitst, (67) de
lastenverlaging voor de jongeren, (70) een minimumrecht per
loopbaanjaar zal personen (vooral vrouwen) die atypische loopbaanjaren
hebben met geringe inkomsten een behoorlijk pensioen en de invoering
van een proportioneel minimumpensioen voor de werknemers, in de
praktijk ook meestal vrouwen, die een voldoende actieve, maar vaak
deeltijdse loopbaan hebben, (71) een aantal maatregelen om de
bijdrage- en de uitkeringsfraude te bestrijden, (73) de invoering van
een nieuw financieringsmechanisme voor de ziekte en
invaliditeitsverzekering.
Maandagmorgen zal de wet goedgekeurd worden via een schriftelijke
ministerraad.
2. De uitvoeringsbesluiten worden voor advies naar de NAR gestuurd.
Het advies wordt uitgebracht binnen de normale termijn van twee maand,
behalve voor deze die van toepassing zullen zijn op 1 januari 2006.
Daarvoor geldt een verkorte termijn van één maand.
Er zullen vandaag al 20 uitvoeringsbesluiten naar de NAR verstuurd
kunnen worden. De belangrijke uitvoeringsbesluiten i.v.m.
herstructurering, canada dry en de aanpassing van de voorwaarden voor
het brugpensioen horen daarbij. De ontbrekende uitvoeringsbesluiten
zullen op korte termijn eveneens aan de NAR voorgelegd worden.
Deze uitvoeringsbesluiten zullen maandagmorgen eveneens goedgekeurd
worden op de schriftelijke ministerraad.
3. Zoals beloofd bij de lancering van het generatiepact wordt met de
sociale partners een tri-partite werkgroep opgericht die
toepassingsmodaliteiten van de uitvoeringsbesluiten bespreekt, dit met
respect voor de inhoud van het pact. De werkgroep start zijn
werkzaamheden op 14 november.
4. Het generatiepact zal versterkt worden zowel voor wat betreft het
luik van de jeugdwerkloosheid als het luik over innovatie. Om deze
versterking voor te bereiden zal een werkgroep van de regering
voorstellen uitwerken over elk van de volgende punten:
Jeugdwerkloosheid:
Innovatie: