2005
Sterfte baby's rond geboorte stabiel
ondanks toename risicofactoren 24 oktober 2005
De sterfte van babys rond de geboorte is in Nederland stabiel, hoewel
enkele risicofactoren voor deze sterfte zijn toegenomen. Nederland
behoort nu tot de Europese middenmoot. Er lijken nog wel mogelijkheden
om de sterfte van babys rond de geboorte verder te laten dalen. Uit
een vergelijking met Europese landen met de laagste sterfte rond de
geboorte komen een aantal verschillen naar voren in het vóórkomen van
risicofactoren voor sterfte rond de geboorte. Het gaat dan in
Nederland onder andere om een groter aantal meerlingen, meer rokende
zwangere vrouwen en meer allochtone zwangerschappen. Dit blijkt uit
het onderzoek van het RIVM Met de besten vergelijkbaar? Internationale
verschillen in sterfte rond de geboorte dat vandaag in opdracht van
het ministerie van VWS is gepubliceerd.
Risicofactoren voor sterfte rond geboorte
Een aantal factoren zorgt ervoor dat sterfte van babys rond de
geboorte toeneemt. Voorbeelden zijn: roken tijdens de zwangerschap,
een hogere leeftijd van de zwangere vrouw, de gezondheid van de
zwangere vrouw, meerlinggeboortes, het aantal geboortes bij vrouwen
van allochtone afkomst en de kwaliteit van de zorg rond de geboorte.
Hoe vaker deze factoren voorkomen, hoe groter de kans op sterfte rond
de geboorte. Zo hebben bijvoorbeeld zwangere vrouwen van allochtone
afkomst een grotere kans op babysterfte. Bij niet-westerse
bevolkingsgroepen komen namelijk een aantal gezondheidsproblemen vaker
voor die van invloed kunnen zijn op de zwangerschap, zoals diabetes,
overgewicht, hoge bloeddruk of infecties.
Sterfte in Nederland stabiel
De sterfte rond de geboorte is in Nederland niet toegenomen, ondanks
een toename van risicofactoren, die deze sterftekans verhogen. Zo
worden vrouwen steeds ouder zwanger, er komen vaker meerlinggeboortes
voor, en is het aantal geboortes bij vrouwen van allochtone afkomst
sterk gestegen. Dat de sterfte toch niet is toegenomen kan wijzen op
een verbetering van de verloskundige zorg en preventie in Nederland.
Vergelijking met de besten van Europa
Bij een vergelijking van Nederland met de twee best scorende landen
van Europa (Zweden en Finland), blijkt dat bepaalde factoren
verschillen tussen de landen. Zo komen in Nederland vaker
meerlinggeboortes voor, roken meer zwangere vrouwen en zijn er in
Nederland veel meer allochtone zwangerschappen. De kwaliteit van de
Nederlandse verloskundige zorg is vergelijkbaar met de rest van Europa
(EU15), maar de Zweedse en Finse zorg blinken uit.
Ruimte voor verbetering
Er zijn mogelijkheden om de sterfte rond de geboorte in Nederland
verder te laten dalen. De overheid zou daarbij een rol kunnen spelen
door preventie verder te bevorderen en verbeteringen in de kwaliteit
van de zorg te stimuleren. Zo zou het aantal rokende vrouwen verder
kunnen dalen, of gekeken kunnen worden of de zorg aan allochtone
zwangeren verbetering behoeft. Een andere mogelijkheid is de
landelijke invoering van perinatale audits om de zorgkwaliteit te
optimaliseren.
Het onderzoek
In 2003 bleek uit de Peristat studie dat Nederland was gedaald op de
Europese lijst van landen met de laagste sterfte rond de geboorte. Dit
was de directe aanleiding voor dit onderzoek, waarbij duidelijk moest
worden wat de oorzaken van deze daling waren en waar mogelijkheden
waren voor verbetering. Voor deze studie is de bestaande literatuur
over sterfte, risicofactoren en verloskundige zorg samengevat en is
Nederland vergeleken met de twee best presterende landen ter wereld
(Finland en Zweden).
Het ministerie van VWS stuurt vandaag haar reactie op dit rapport naar
de Tweede Kamer.
Postbus 1, 3720 BA Bilthoven, T:030-2749111, F:030-2742971
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu