Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
2509 LV Den Haag
der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1A Telefoon (070) 333 44 44
Telefax (070) 333 40 33
2513 AA 's-GRAVENHAGE
Uw brief Ons kenmerk
- UB/A/2005/72866
Onderwerp Datum
Tweede kwartaalverslagen 2005 SUWI- 30 september 2005
organisaties en evaluatie aanvraagprocedure
ANW
Medio augustus hebben wij de tweede kwartaalverslagen 2005 van de SUWI-organisaties
UWV, CWI, SVB, BKWI en IB ontvangen. Zoals gebruikelijk sturen wij u de
kwartaalverslagen, voorzien van onze reactie, toe. Wij volgen daarbij de door u gewenste
opzet van de voortgangsrapportage. Tevens informeren we u over het SVB-rapport inzake
evaluatie aanvraagprocedure ANW en de herbeoordelingsoperatie UWV.
Wij zullen nu kort ingaan op de prestaties van de SUWI-organisaties. Uit het tweede
kwartaalverslag blijkt dat CWI over het algemeen de normen bij de prestatie-indicatoren
ruimschoots haalt. Zeker de werkgever weet, waar het gaat om het vervullen van vacatures,
CWI steeds meer te vinden. Dit blijkt uit het hoge realisatiecijfer van de prestatie-indicator
`ingediende vacatures met verzoek om voorwerk CWI'. UWV heeft ondanks de grote druk
die het boventallig verklaren van personeel met zich meebrengt, ook in het tweede kwartaal
de going concern weten te waarborgen. Een aandachtspunt is de verwachting van UWV dat
de prestaties ten aanzien van de sluitende aanpak WW en AG alsmede de snelheid van
klachtenafhandeling lager zullen uitvallen dan hetgeen in het jaarplan 2005 is opgenomen.
Ten aanzien van deze prestaties hebben wij UWV verzocht in het derde kwartaalverslag de
oorzaken van het achterblijven toe te lichten en inzicht te verschaffen in de maatregelen die
genomen worden om zoveel mogelijk aan de normstelling te voldoen. Alle prestaties van
SVB liggen ruimschoots boven de norm.
In bijlage 1 bij deze brief informeren wij u over de resultaten op de set prestatie-indicatoren
van de uitvoeringsorganisaties UWV, CWI en SVB.
1. Effectiviteit
2
De resultaten van CWI om werkzoekenden uit de uitkering te houden en zo een bijdrage te
leveren aan `werk boven uitkering', worden weergegeven door de preventiequote WW en
WWB. De andere belangrijke taak van CWI is het binnen een half jaar aan het werk helpen
van werkzoekenden. Dit wordt uitgedrukt in de uitstroomquote. Hieronder vindt u deze
prestaties van CWI in het tweede kwartaal 2005.
CWI Realisatie 2005 Norm 2005 Realisatie 2004
tweede kwartaal
Preventiequote WW 20 % 20% 19,9%
Preventiequote WWB 46,2% 45% 46,5%
Uitstroomquote WW 57,1% 55% 59,1%
Uitstroomquote WWB 55,9% 55% 61,8%
Uit het tweede kwartaalverslag 2005 blijkt dat de uitstroomquote ten opzichte van het eerste
kwartaal is gestegen van 55,9% naar 57,1%. Voor wat betreft de WWB is deze quote met
bijna 2% gedaald en komt daarmee uit op 55,9 %. Dit ligt boven de gestelde norm voor
2005 maar heeft de aandacht van CWI.
CWI Realisatie 2005 Norm Realisatie 2004
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid