Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Van der Staaij, Herben en Huizinga-Heringa over de beperking van godsdienstvrijheid in Indonesië. Deze vragen werden ingezonden op 19 september 2005 met kenmerk 2040521520.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Dr. B.R. Bot
Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van de leden Van der Staaij (SGP), Herben (LPF) en Huizinga-Heringa (ChristenUnie) over de beperking van godsdienstvrijheid in Indonesië
Vraag 1
Kent u het bericht 'Sunday school teachers sentenced to three years in prison'? 1)
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Wat is u bekend over de precieze aanklacht tegen Rebekka Zakara, Eti Pangesti en Ratna Bangun (Indramayu district, West Java)? Hoe beoordeelt u, op grond van de u ter beschikking staande informatie, het verloop van de rechtszaak? Heeft het optreden van islamitische demonstranten binnen en buiten de rechtbank het vonnis uws inziens beïnvloed?
Antwoord
De vrouwen zijn aangeklaagd op basis van artikel 86 van de Kinderbeschermingswet. Dit artikel stelt handelingen strafbaar die erop gericht zijn kinderen te verlokken zich tot een ander geloof te bekeren. De rechtszittingen zijn bijgewoond door relatief grote aantallen voorstanders van veroordelingen van de vrouwen. Of dit optreden het uiteindelijke vonnis heeft beïnvloed kan ik niet beoordelen.
Vraag 3
Kunt u nadere informatie verschaffen over inhoud en strekking van de Child Protection Law? Is deze wet mede bedoeld om religieuze activiteiten, zoals het Happy Sunday-programma dat door de veroordeelde vrouwen werd georganiseerd, onmogelijk te maken?
Antwoord
De Kinderbeschermingswet (wet nr. 23 / 2002, aangenomen in oktober 2002) heeft als doel om de rechten van het kind en de principes zoals neergelegd in de Conventie van de Rechten van het Kind te garanderen. De wet definieert een kind als een ieder onder de leeftijd van achttien en verbiedt zaken als seksuele en economische exploitatie van kinderen en misbruik van en geweld tegen kinderen. Deze wet lijkt niet bedoeld om religieuze activiteiten, zoals het Happy Sunday-programma, te verbieden, zolang geen sprake is van bekering van kinderen.
Vraag 4
Bent u bereid zich in te zetten voor de vrijlating van deze drie vrouwen en daartoe in contact te treden met de Indonesische autoriteiten? Wilt u de Kamer over de reactie van de Indonesische autoriteiten informeren?
Antwoord
De vrouwen hebben aangegeven in hoger beroep te zullen gaan. De Nederlandse regering zal de verdere procesgang nauwlettend blijven volgen. Er zijn, op basis van de mij thans ter beschikking staande informatie, overigens onvoldoende aanwijzingen dat er sprake is van een schending van de godsdienstvrijheid in deze zaak.
Vraag 5
Hoe beoordeelt u de berichten 2) over een toenemende verslechtering in de relatie tussen moslims en christenen in Indonesië? Is het bijvoorbeeld waar dat de Raad van Oelema's in Indonesië onlangs fatwa's uitvaardigde tegen het gemengde huwelijk, religieus pluralisme en oecumenische gebedsdiensten? Wat is uws inziens hiervan de consequentie?
Antwoord
De recente spanningen zijn met name gelokaliseerd in West-Java. Deze spanningen zijn altijd aanwezig geweest in Indonesië en blijven continue aandacht vergen.
Het valt nog te bezien of hier sprake is van een tijdelijke verheviging of van een trendmatige verslechtering van de verhoudingen tussen verschillende religieuze groepen. Nederland zal de ontwikkelingen nauwgezet blijven volgen.
De Raad van Oelema's in Indonesië (MUI) heeft inderdaad tijdens het jaarlijkse congres in Jakarta een aantal fatwa's aangenomen over de door u genoemde onderwerpen. Deze fatwa's zijn echter niet bindend en het staat een ieder dus vrij deze naast zich neer te leggen. Ook in het verleden zijn MUI-fatwa's niet opgevolgd en deze lijken niet veel effect te hebben gehad op de samenleving. De uitspraken van de MUI hebben in Indonesië geleid tot een uitgebreide discussie tussen liberale, gematigde en conservatieve moslims, waarbij de fatwa's fel zijn bekritiseerd. De Indonesische regering heeft zich herhaaldelijk voor religieus pluralisme uitgesproken en geeft aan dat het een ieder in Indonesië vrijstaat zijn geloof te belijden.
1) www.compassdirect.org, 1 september jl.
2) Reformatorisch Dagblad, 29 augustus jl., 'Golf van intimidatie tegen kerken in Indonesië'
---- --
Ministerie van Buitenlandse Zaken