Geacht College,
De ANWB heeft met belangstelling kennis genomen van de Startnotitie MER Planstudie versterking Delflandse kust. Omdat de kust van groot belang is voor recreatie en toerisme wil de ANWB als belangenbehartiger van de recreatief/toeristische belangen van zijn leden de volgende opmerkingen maken bij deze nota.
Algemeen
Het is ons opgevallen dat recreatie geen belangrijk thema is in de startnotitie, hoewel de Delflandse kust diverse belangrijke recreatieve stranden en strandopgangen kent en het gebied grenst aan bevolkingsconcentraties van de Randstad. Van belang hierbij is ook dat Den Haag volgens de Structuurvisie nog groeit met 37.500 woningen. Het lijkt ons wenselijk te zorgen voor voldoende, goed bereikbare recreatiemogelijkheden voor de toekomstige inwoners.
Het Rijk heeft eerder aangegeven dat de planstudies voor de zwakke schakels niet alleen gericht zouden moeten zijn op veiligheid, maar juist ook op ruimtelijke kwaliteit. Dit was ook voorwaarde voor de financiering van de studies. In de startnotitie MER moet naar onze mening nadrukkelijker aangegeven worden hoe die ruimtelijke kwaliteit dan wordt gerealiseerd en hoe de beleving en een duurzaam gebruik van de kust voor recreatie en natuur hier een plaats in krijgt.
In detail
Op pagina 7 moet ons inziens recreatie worden toegevoegd als wezenlijk onderdeel van het verbeteringsplan, gelijkwaardig aan natuur, landschap en cultuur. Dit is in lijn zijn met het IOPK van de provincie Zuid-Holland, waar recreatie wel een belangrijke plaats heeft gekregen.
Op pagina 37 moet ons inziens de doelstelling 'handhaven huidig recreatief gebruik' vervangen worden door 'uitbreiden en verbeteren recreatiemogelijkheden'. Gezien de huidige tekorten aan recreatiemogelijkheden in Zuid-Holland, de woningbouwplannen in de regio en de bereikbaarheidsproblemen van de kust is een hoge ambitie op zijn plaats. Het uitbreiden en verbeteren van de recreatieve gebruikswaarde zou een van de nevendoelstellingen moeten zijn.
In hoofdstuk 4.4. moet ons inziens als criterium het recreatieve medegebruik toegevoegd worden. In de tabel in dit hoofdstuk zou niet alleen 'ruimtelijke kwaliteit' maar ook 'recreatieve opvangcapaciteit' (kwantiteit) aan de orde moeten komen.
In hoofdstuk 6.4 worden de tijdelijke effecten van voorbijgaande aard genoemd. Nu reeds maken vele tienduizenden recreanten gebruik van de kust. Ook de tijdelijke effecten op recreatie en toerisme moeten derhalve in beeld gebracht worden. Bij de effecten voor de recreatie dienen zowel de effecten ten aanzien van het gebruik van het strand als het gebruik van de duinen apart genoemd te worden. Dit zijn wezenlijk verschillende recreatievormen. Hierbij zal ook de bereikbaarheid van strand en duinen aandachtspunt moeten zijn.
Een recreatievorm waar de ANWB speciale aandacht voor vraagt is golf.
Zuid-Holland kent een groot tekort aan golfmogelijkheden en de vraag hiernaar groeit nog steeds. Een nieuwe golfbaan zou aangelegd kunnen worden in de vorm van nieuw (opgespoten) duingebied, grenzend aan de huidige kuststrook en daarmee een bijdrage kunnen leveren aan kustversterking, natuurontwikkeling en 'opvang' van recreatievormen als wandelen en fietsen. Mits zorgvuldig ontworpen en ingericht kan een golfbaan een versterking en verrijking zijn voor het toekomstige gebied.
Niet onbelangrijk hierbij is dat het beheer van het betreffende gebied gefinancierd kan worden uit de exploitatie van de golfbaan, wat een kostenbesparing betekent voor de toekomstige beheerder. Door nu reeds in de plannen rekening te houden met deze functie kan er ook op de aanlegkosten bespaard worden (werk met werk). Wij bevelen u daarom aan deze optie expliciet op te nemen in de richtlijnen en mee te laten lopen in het MER.
Met vriendelijke groet,
Ir. P.H.R. Langeweg
Directeur Algemeen Ledenbelang
---- --
Koninklijke Nederlandse Toeristenbond ANWB