Persbericht
23 september 2005
Gezondheidszorgopleidingen bieden beste kans op werk
De werkloosheid onder schoolverlaters is vorig jaar gestegen met twee procent, tot acht procent. Vooral in de lagere opleidingen van de Beroeps Opleidende Leerweg (BOL, MBO) (met name in de sector Economie) zijn de kansen op werk het minst gunstig, net als de werkzekerheid en de kwaliteit van het werk. Schoolverlaters van de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL, MBO) niveau 3 en 4 en het HBO staan er wat dit betreft het beste voor. Met name een opleiding in de sector Gezondheidszorg biedt goede kansen op werk. Ondanks de toegenomen werkloosheid sluit het werk van schoolverlaters onverminderd vaak aan bij hun opleiding.
Dat alles is te lezen in het rapport Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2004 van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) van de Universiteit Maastricht. Het rapport wordt jaarlijks uitgebracht in opdracht van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Voor het onderzoek werden 115 duizend schoolverlaters benaderd uit het schooljaar 2002/2003.
Welke studierichting schoolverlaters kiezen, hangt in grote mate samen met het vakkenpakket (profiel) dat ze op veertien- en vijftienjarige leeftijd kozen. De herstructurering van de tweede fase van het voortgezet onderwijs heeft niet geleid tot keren van de dalende belangstelling voor een technisch vakkenpakket onder VWO-ers. Om meer jongeren voor de technische sector te interesseren wordt dan ook geadviseerd meer overheidscampagnes op deze leeftijdscategorie te richten, in plaats van op schoolverlaters.
Voor meisjes geldt zelfs dat ook nádat zij een technisch profiel hebben gevolgd, de keuze uiteindelijk niet op een technische studie valt. Wat meisjes betreft, zouden overheidscampagnes dus zowel voor als na de profielkeuze actief moeten werven voor technische studies.
Nog steeds is het zo dat jongens vaker kiezen voor opleidingen in de sectoren techniek en economie en meisjes voor onderwijs, gezondheidszorg, gedrag & maatschappij, taal & cultuur en recht & openbare orde.
Hoger opgeleide schoolverlaters behoren veel vaker dan MBO-ers tot het wetenschappelijk en technologisch arbeidspotentieel. Maar ook onder MBO-ers is wat dit betreft sinds1996 een stijgende lijn te zien. Kenniswerkers verdienen op alle opleidingsniveaus meer dan niet-kenniswerkers.
Tot slot doen universitaire studenten vaker ervaring op in het buitenland tijdens hun opleiding dan hogeschoolstudenten. Ze gaan ook iets vaker in het buitenland werken. Zo n 3% tot 4% van de hoger opgeleiden gaat voor zichzelf werken. Dit aantal daalt wanneer de werkloosheid afneemt, en stijgt wanneer de werkloosheid toeneemt. Het lijkt er dus op dat sommige hoger opgeleiden voor zichzelf beginnen om werkloosheid te voorkomen.
Noot voor de pers:
Voor meer informatie over de inhoud van dit persbericht, of een exemplaar van het rapport Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2004 , kunt u terecht bij het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), tel. 043 3883647, e-mail
De afdeling Communicatie van de UM is bereikbaar via 043 388 5222, e-mail
Zie ook het Research Magazine voor meer interessant onderzoek aan de UM: