POSITIEVE EFFECTEN ONEVENWICHTIG OZB-PLAN VALLEN TEGEN
Gedeeltelijke afschaffing van de OZB heeft voor meer dan tien procent
van alle huishoudens in ons land geen enkel positief gevolg. Het
positieve effect op de koopkracht van de burgers, zoals het kabinet
met dit plan beoogde, is bovendien zo onevenwichtig, dat dertig
procent van het voordeel terecht komt bij de 14 procent duurste
woningen en overigens ook bij eigenaren en exploitanten van
recreatiewoningen, kamerverhuurders en bij tweede woningen. Zeker
850.000 huishoudens profiteren niet van de gedeeltelijke afschaffing,
zoals de minima, boeren, zelfstandigen en kamerbewoners.
Het Erasmus Studiecentrum Belastingen Lokale Overheden (ESBL)
concludeert dit in een onderzoek dat het op verzoek van de VNG heeft
verricht. Dit onderzoek, op basis van de stand van zaken in september
2005, onthult eveneens dat de kabinetsplannen er bovendien toe leiden,
dat een grote groep gemeenten er structureel op achteruit gaat. Dit is
het gevolg van compensatie naar het rekentarief en niet naar de
huidige inkomsten van gemeenten. Zelfs op korte termijn blijken niet
alle gemeenten afdoende te worden gecompenseerd; er gaan gemeenten
reëel op achteruit door een combinatie van eenmalige effecten en
structurele onevenwichtigheden in de vormgeving van de limitering van
de OZB.
Den Haag, 21 september 2005
Vereniging Nederlandse Gemeenten