Ingezonden persbericht

Embargo tot 20 september, 15.15 uur

Woonbond over VROM-begroting

Kabinetsbeleid blijft zuur voor huurders

Het zoet voor huurders blijft uit. Huurders met een laag inkomen gaan in 2006 er in koopkracht niet op vooruit. Immers de korting op de huursubsidie blijft onder de huurtoeslagregeling gehandhaafd en gaat per 1 juli 2006 zelfs omhoog naar zo'n 16 euro per maand. Mocht minister Dekker besluiten om de eigen bijdrage in de huur per 1 juli aan te passen aan de huurontwikke-ling in plaats van aan de inkomensontwikkeling, dan gaan huurders met huurtoeslag (voorheen huursubsidie) er zelfs percenten in koopkracht op achteruit. Daarover lezen we niets in de VROM-begroting. Over de woonlastenontwikkeling van huurders met een bescheiden midden-inkomen staat er in de VROM-begroting helemaal niets. En dat terwijl het kabinet voor deze groep huurders forse huurstijgingen in petto heeft, tot maar liefst 2 procent boven inflatie. Van lastenverlichting is hoe dan ook geen sprake. De Nederlandse Woonbond laakt het feit dat het kabinet niets doet om huurders met een laag- of bescheiden middeninkomen te ontzien, zeker nu de extra miljarden bij het Rijk binnenstromen vanwege de stijgende aardgasprijzen. Dit is extra zuur omdat die miljarden voor een groot deel door huurders zijn opgebracht.

De stijgende huren hebben direct gevolg voor de huurtoeslaguitgaven van het Rijk. Om die stijging op te vangen èn vanwege een bezuinigingsopgave van het ministerie van VROM, moeten verhuurders in 2006 maar liefst 309 miljoen euro aan de huurtoeslagregeling gaan bijdragen. Ongetwijfeld bereke-nen zij die kosten door aan de huurders die niet voor huurtoeslag in aanmerking komen. Het gaat dan om een bedrag van zo'n 150 euro per woning per jaar. Met name voor de één miljoen huishoudens met een inkomen beneden de ziekenfondsgrens is dat een forse lastenverzwaring.

Wat betreft de woningnood en met name het gebrek aan betaalbare huurwoningen blijft de VROM-begroting onduidelijk hoe deze problemen in 2006 worden aangepakt. Volgens de VROM-notitie 'Woningmarktontwikkelingen en huurbeleid' moet het aantal te bouwen huurwoningen jaarlijks ten minste 40.000 bedragen. De streefcijfers van de minister voor 2006 komen daarbij niet in de buurt. Wel lezen we dat het beleid erop gericht is in stedelijke gebied vooral (middel) dure huur- en koop-woningen te realiseren. De randgemeenten moeten huurders die aangewezen zijn op de goedkope en betaalbare voorraad huisvesten. Helaas staat er in de begroting ook weer niets over afspraken daaromtrent en aantallen.

Twintig procent van de huurwoningen komt per 1 juli in een overgangsregime met hogere huren. De Tweede Kamer heeft daarbij wel de voorwaarde gesteld dat er voor huurders die de stijgende huurprijs niet kunnen opbrengen een betaalbaar alternatief voorhanden is. Het kabinet blijkt zich niets aan te trekken van de eis die de Tweede Kamer daarvoor heeft geformuleerd, namelijk dat de taakstelling voor de nieuwbouwproductie voor 100 procent moet zijn gehaald. De begroting meldt als taakstelling dat per 1 januari 2008 minimaal 90 procent van de overeengekomen woningproductie 2005 tot en met 2007 moet zijn gerealiseerd. Hetzelfde lezen wij over de taakstelling per 1 januari 2010. Opmerkelijk is ook dat de VROM-begroting daarbij ook nog eens de mogelijkheid open laat dat het om een gemiddelde uitkomst zou kunnen gaan, terwijl de Tweede Kamer expliciet aangaf dat deze taakstelling in alle regio's moet zijn gehaald.

U05.612, Amsterdam, 19 september 2005



Ingezonden persbericht