Ministerie van Algemene Zaken


Persbericht
20 september 2005

Begroting huis der koningin (i) voor het jaar 2006

De ramingen van de uitkeringen aan de Koningin, Prins Willem-Alexander en Prinses Máxima zijn gebaseerd op de Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis van 22 november 1972 (Stb. 701) en wijziging daarvan op grond van de wijziging van de Algemene burgerlijke Pensioenwet en de Aanpassingswet Wet inkomstenbelasting 2001. De uitkeringen aan de in deze begroting vermelde leden van het Koninklijk Huis zijn opgebouwd uit 3 componenten:


- Een A-component, die betrekking heeft op de kosten van personeel.
- Een B-component, die betrekking heeft op de overige, dat wil zeggen niet- personele
kosten.

- Een C-component, die het inkomensbestanddeel vormt.

De raming over 2006 is als volgt samengesteld:

Uitkering aan:
A B C

Totaal
De Koningin 1 433 000 1 748 000 715 000 3 896 000 Prins Willem-Alexander 276 000 445 000 212 000 933 000 Prinses Máxima 276 000 334 000 212 000 822 000

5 651 000

RVD, 20.09.2005