GGZ Nederland

Amersfoort, 20 september 2005
Reactie GGZ Nederland op Miljoenennota
VWS-begroting 2006: weinig inhoudelijk ggz-beleid De VWS-begroting 2006 bevat weinig beleidsvoornemens die specifiek op de ggz zijn gericht. Parallel aan de organisatorische versnippering van de ggz over verschillende beleidsdirecties binnen het departement van VWS is in de begroting geen gebundeld hoofdstuk ggz-beleid aanwezig. Daarnaast valt op dat de beleidsvoornemens vooral technisch en weinig inhoudelijk van aard zijn.

De volgende punten vallen op:

Weinig ruimte voor ICT-investeringen

De overheid wil het percentage van de beroepsbevolking dat werkzaam is in de zorg beperken tot maximaal 18% in 2025 en acht daartoe een doelmatigheidsprikkel van 1,25% per jaar noodzakelijk. Daarbij is sprake van investeringen in arbeidsbesparende werkwijzen van EUR 4 mln. Hiermee zet de overheid een omvangrijk beleidsvoornemen neer zonder daar concrete maatregelen tegenover te stellen, zoals het creëren van ruimte voor investeringen in ICT.
GGZ Nederland vindt dat investeringen op dit terrein in termen van productiviteit het meeste rendement opleveren en bijdragen aan het verlichten van de administratieve druk op professionals.

Wachtlijsten

Als enige AWBZ-sector is in de ggz vanwege een trendmatige groei in de zorgvraag nog steeds sprake van wachtlijsten. De VWS-begroting signaleert dat de wachttijden teruglopen maar het aantal wachtenden groeit en houdt het bij die constatering.
GGZ Nederland vindt dat omwille van vergroting van de capaciteit in de ggz de volumemiddelen voor de zorgkantoren voor het overgrote deel naar de ggz moeten vloeien. De ggz is immers de enige AWBZ-sector waar nog sprake is van aanmerkelijke capaciteitstekorten.

Forensische ggz en tbs

VWS en Justitie lopen vooruit op de uitkomsten van het parlementair onderzoek naar de tbs door in de planning nu al de middelen voor forensische ggz over te hevelen van de begroting van VWS naar die van Justitie. Onlangs is immers vastgesteld dat het advies van de commissie Houtman wordt meegenomen in de vraagstelling van het op handen zijnde parlementair onderzoek.
GGZ Nederland vindt dat lopende het parlementair onderzoek er geen besluitvorming kan plaatsvinden over en geen verdere uitvoering kan worden gegeven aan het advies van de commissie Houtman. Deze stellingname zal GGZ Nederland krachtig uitdragen richting politiek en de ministeries van Justitie, VWS en Financiën.