Ingezonden persbericht
Reactie op begroting V&W 2006
V&W als andere overheid
In de begroting is sprake van een andere overheid. Het doel van het nieuwe V&W is meer gericht op regie en het "buiten de deur" zetten van de uitvoering, onder het motto van verlaging van de administratieve lasten, met de verantwoordelijkheid meer bij de sector. Dit zal inderdaad leiden tot minder lasten bij de centrale overheid zelf, maar ook met meer verantwoordelijkheid bij de bedrijfstak zelf. Dit zal natuurlijk niet automatisch tot gevolg hebben dat de sector nu met minder regels te maken zal krijgen en de kosten omlaag gaan. Wat betreft toezicht kan het effect zelfs omgekeerd zijn, omdat controle en toezicht privaat moeten worden ingericht, met de overheid als toezichthouder op het toezicht. Dit kan zelfs aanleiding geven tot kostenverhogingen in plaats van kostenreductie. De gevolgen van dit nieuwe beleid op de sector dienen dan ook kritisch te worden bezien, waarbij ook de sector zal moeten kiezen hoe dit moet worden aangepakt, om nadelige gevolgen te voorkomen.
In ieder geval zal het absoluut noodzakelijk zijn dat elke stap in goed overleg tussen sector en overheid zal plaatsvinden. Met de koopvaardijsector is V&W reeds ver op weg om dit te verwezenlijken.
In dit proces van verandering van de rol van de centrale overheid, dient kennis te blijven geborgd. De sector biedt de overheid aan om gezamenlijk na te denken hoe dit kan plaatsvinden, bijvoorbeeld door het opzetten van een gezamenlijk "expertisecentrum binnenvaart".
Concurrentiekracht
Het uitgangspunt om regelgeving op te schonen en het level playing field als uitgangspunt voor beleid te nemen wordt door ons toegejuicht. Inderdaad is het wenselijk extra nationale regelgeving bovenop de reeds aanwezige Internationale en Europese regelgeving zoveel als mogelijk te voorkomen. Daarbij merkt de binnenvaartsector dat de concurrentiekracht van de Nederlandse binnenvaartsector ten opzicht van die van het buitenland verslechtert en er meer wordt uitgevlagd. Het is de uitdaging van bedrijfsleven en overheid om deze trend te keren.
Innovatie en kennis
Structurele versterking van innovatie in ondermeer de sector binnenvaart onder het motto, de overheid verbindt en faciliteert, achten wij noodzakelijk en zinvol. Het Bureau Innovatie Binnenvaart wil daarin een belangrijke rol spelen. In dat kader is het zinvol dat er net als voor de zeevaart structureel fondsen beschikbaar komen om deze innovatie nationaal een push te geven, naast de mogelijkheden die er Europees zijn.
Schone netwerken
De sector binnenvaart is zeer actief betrokken bij een veelvoud aan projecten en stimuleringsacties om de emissies van binnenschepen terug te dringen. Dit dient te worden gecontinueerd. Alleen door een gezamenlijk optreden kan dit proces vaart houden. Voorkomen moet worden dat gebiedsgerichte acties regionaal onnodig hinder en administratieve lasten veroorzaken, zonder dat dit bijdraagt aan het uiteindelijke doel, schone netwerken.
Betrouwbare netwerken
De binnenvaartsector heeft reeds diverse malen de zorg uitgesproken over de daadwerkelijk uitvoering en fasering van onderhoudsprojecten. Tempo en omvang worden kritisch bezien. Zo is het nog steeds niet gestart zijn van de uitdieping van de Waal (medio 2006) de sector een doorn in het oog, zeker nu bekend is dat de onderuitputting op dit moment circa E 1,5 miljard bedraagt. Met dit geld zouden projecten die nog niet in uitvoering zijn genomen, vervroegd moeten kunnen worden opgepakt.
Wat ons betreft is het belangrijkste adagium: Voorkom onderuitputting door desnoods infraprojecten (in casu voor de vaarwegen) vervroegd in uitvoering te nemen.
Veilige netwerken/ Security
De binnenvaartsector is sterk betrokken bij de invulling en vormgeving van veilige netwerken.
Voorkomen moet worden dat locale belangen, vertaald in regels voor de Ruimtelijke Ordening, de gebruiksruimte binnen het basisnet vervoer gevaarlijk stoffen zullen beperken.
De risicobeheersing op de binnenwateren vraagt om een meer landelijk gecoördineerde aanpak, waarbij departementale muurtjes geslecht dienen te worden en Rijkswaterstaat hierin meer een spilfunctie zou moeten vervullen.
Rotterdam, 20 september 2005
Mr. A.N. Roos
Directeur CBRB