Rijksuniversiteit Groningen

104 - Minder bijwerkingen voor IC-patiënten bij nieuwe manier van verwijderen longslijm

Datum: 20 september 2005

Een nieuwe manier van verwijderen van longslijm bij patiënten die op de Intensive Care liggen, zorgt er voor dat zij minder last hebben van bijwerkingen. Deze nieuwe methode levert voor patiënten minder stress op. Voor verpleegkundigen is de nieuwe methode minder arbeidsintensief. Dit blijkt uit onderzoek van fysiotherapeut Hans van de Leur van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Hij promoveert op 5 oktober 2005 aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Bij patiënten die langdurig op de Intensive Care zijn beademd, wordt het slijm uit de longen gezogen. Dit is noodzakelijk, omdat achtergebleven slijm de ademhaling bemoeilijkt en de herstelperiode door complicaties kan verlengen. Bij deze behandeling kunnen zich bijwerkingen voordoen als een lagere hartfrequentie, stijgende bloeddruk en een vermindering van de hoeveelheid zuurstof in het bloed. In het UMCG is hiervoor een nieuwe methode ontwikkeld. Deze is vergeleken met de conventionele methode. De conventionele methode omvat vergroting van de ademteug, spoelen van de beademingsbuis en het diep wegzuigen van het longslijm. Met de nieuwe methode wordt een minder lange zuigkatheter gebruikt om alleen het slijm uit de beademingsbuis te zuigen. Dit is voor patiënten minder ingrijpend dan de conventionele methode.

Voordelen nieuwe methode

Van de Leur vergeleek de beide methodes met elkaar en onderzocht of de nieuwe methode minder bijwerkingen gaf. Hij onderzocht 383 patiënten die op de Thorax- of de Chirurgische Intensive Care lagen. Patiënten bij wie op de nieuwe manier de longen waren leeggezogen, bleken aanmerkelijk minder bijwerkingen te hebben dan patiënten bij wie dit op de conventionele manier was gebeurd. Doordat de nieuwe methode minder arbeidsintensief is kan dit leiden tot een kostenbesparing op de IC. Ook heeft hij gekeken naar de hoeveelheid stress die beide behandelingen voor patiënten gaven. Hij deed dit door de hoeveelheid adrenaline, noradrenaline en cortisol in het bloed te meten. Met name de hoeveelheid noradrenaline en cortisol in het bloed lag bij de nieuwe methode lager dan bij de conventionele methode.

Via een vragenlijst gaven de patiënten bovendien aan welke onderdelen van het verblijf in de IC zij als ongemak hebben ervaren. Patiënten waarbij op de nieuwe manier longslijm was weggezogen, gaven dit duidelijk minder vaak als ongemak aan.

Curriculum Vitae

J.P. van de Leur (Delft, 1963) is als fysiotherapeut verbonden aan het Centrum voor Revalidatie, locatie Groningen van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Tevens is hij lid van het Noordelijk Centrum voor Gezondheidsvraagstukken van de Rijksuniversiteit Groningen. Hij deed zijn onderzoek in samenwerking met de vakgroepen Intensive Care van de afdelingen Chirurgie en Thoraxcentrum en het Centrum voor Revalidatie van het UMCG. Van de Leur promoveert tot doctor in de Medische Wetenschappen bij prof. dr. J.H. Zwaveling en prof. dr. J.H.B. Geertzen. De titel van zijn proefschrift luidt: "Clearance of bronchial secretions after major surgery".

Noot voor de pers

Meer informatie: Joost Wessels, Bureau Voorlichting van het Universitair Medisch Centrum Groningen, tel (050) 361 4464 of 361 2200.