Persbericht
Justitie doet onderzoek naar TBS
20 september 2005
Minister Donner van Justitie laat onderzoeken of het huidige
tbs-systeem voldoende is toegerust voor het behandelen van de
verschillende groepen tbsers, die de klinieken binnen komen. De
samenstelling van de tbs-populatie is de afgelopen jaren namelijk
veranderd. Dat schrijft hij in een brief aan de Tweede Kamer.
Het blijkt dat niet alleen de ernst en complexiteit van de
geestesstoornissen bij de tbsers is toegenomen, maar dat tbs-klinieken
ook steeds meer delinquenten herbergen bij wie het recidivegevaar
onvoldoende afneemt. Zij kunnen daardoor niet zelfstandig terugkeren
in de maatschappij. Donner verdeelt de huidige tbs- populatie in drie
categorieën:
* De hoofdgroep van tbs-gestelden die goed reageren op hun
behandeling en na verloop van tijd kunnen terugkeren in de
maatschappij.
* Een groep die weliswaar op termijn onbehandelbaar moet worden
beschouwd, maar die primair langdurige zorg nodig heeft. Bij deze
long care-groep hoeft de beveiliging minder voorop te staan.
* Tenslotte de groep, die op termijn als onbehandelbaar moet worden
beschouwd en die naast voortdurende zorg ook langdurige
beveiliging nodig heeft. Dit is de longstay-groep.
Jaarlijks legt de rechter 220 maal de tbs-maatregel op aan
delinquenten. Daar staat tegenover dat ongeveer 70 keer per jaar een
tbs-maatregel wordt beëindigd, waardoor de totale populatie tbsers
groeit met 150 personen per jaar. Bij ongewijzigd beleid zou in 2010
behoefte kunnen zijn aan 2500 tbs-plaatsen. De voorgenomen
capaciteitsuitbreiding van 250 plaatsen voorziet maar ten dele in deze
behoefte.
Het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) van het
ministerie van Justitie gaat onderzoeken of er differentiatie mogelijk
is binnen het huidige tbs-stelsel. Het onderzoek richt zich niet
alleen op Nederland, maar ook op het buitenland. Er wordt onder meer
gekeken naar welke met tbs vergelijkbare systemen in het buitenland
worden gebruikt, welke rol de behandelbaarheid speelt bij de toegang,
behandeling en uitstroom en op welke wijze het toezicht is geregeld na
afloop van de sanctie. Het onderzoek zal zich ook richten op de
besluitvorming rondom de verloven en het ontslag uit het systeem.
Het onderzoek moet begin 2006 zijn afgerond.
Ministerie van Justitie