Meer samenwerking op het gebied van acute zorg
Persbericht, 15-9-2005
Dit is een gezamenlijk persbericht van de Landelijke Vereniging voor Traumacentra, de NVZ vereniging van ziekenhuizen, de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra, AmbulanceZorg Nederland, Geestelijke Gezondheidszorg Nederland, Vereniging Huisartsenposten Nederland, Nederlands Huisartsen Genootschap, Stichting Opleiding Spoedeisende Geneeskunde, Zorgverzekeraars Nederland en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).
Ziekenhuizen, regionale ambulancevoorzieningen, geestelijke gezondheidszorginstellingen, huisartsenposten en huisartsen gaan meer met elkaar samenwerken op het gebied van acute zorg. Vandaag hebben de aanbieders van acute zorg, zorgverzekeraars en het ministerie van VWS hiertoe met elkaar afspraken gemaakt. In veel regio's is al sprake van intensieve samenwerking tussen de ketenpartners. De afspraken van vandaag zijn erop gericht dat regio's die nog niet of onvoldoende samenwerken het voorbeeld van de zogenoemde 'koplopers' volgen.
Goede acute zorg is alleen mogelijk als alle schakels én kwalitatief goed functioneren én goed op elkaar zijn afgestemd. Dat is met zoveel betrokken partijen en de tijdsdruk waaronder acute zorg geleverd moet worden, niet eenvoudig. De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) constateerde dan ook vorig jaar in het rapport 'Spoedeisende hulpverlening: Haastige spoed niet overal goed' dat de aansluiting tussen de verschillende schakels in de keten van acute zorg nog verbeterd moet worden.
In de beleidsregels van het wetsvoorstel Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi) is daarom de verplichting opgenomen voor alle aanbieders van acute zorg om deel te nemen aan het nieuw in te stellen regionaal overleg acute zorgketen in de eigen regio. Vandaag hebben de organisaties die de aanbieders van acute zorg vertegenwoordigen, met elkaar afgesproken hoe dit overleg moet werken.
Het regionaal overleg acute zorgketen brengt het acute zorgaanbod in de regio in beeld. Het regionale traumacentrum initieert dit overleg. Aandachtspunten hierbij zijn wie welke zorg levert, wat de actuele behandelcapaciteiten van iedere zorgaanbieder zijn, en welke impliciete en/of expliciete afspraken er al tussen de verschillende ketenpartners in de regio bestaan voor de aansluiting van acute zorg. Het overleg draagt ook bij aan een betere preparatie op geneeskundige hulpverlening bij rampen. Deze bestaat immers uit reguliere acute zorgverlening op grote en geïntensiveerde schaal.
Daarnaast voorkomt het ketenoverleg het ontstaan van witte vlekken. Als een aanbieder uit de acute zorgketen wil stoppen met het leveren van acute zorg meldt deze zorgaanbieder dit in het regionale overleg. Het regionale overleg bekijkt vervolgens hoe voorkomen kan worden dat dit schadelijke gevolgen heeft voor de bereikbaarheid van acute zorg in die regio. Als het vermoeden bestaat dat er een witte vlek ontstaat, schakelt het ketenoverleg de betrokken zorgverzekeraars in. Zij kunnen op die manier actief meedenken over mogelijke oplossingen. In het uiterste geval, als partijen er zelf niet uitkomen, schakelt het regionale overleg de minister van VWS in.
Dit is een gezamenlijk persbericht van de Landelijke Vereniging voor
Traumacentra, de NVZ vereniging van ziekenhuizen, de Nederlandse Federatie
van Universitair Medische Centra, AmbulanceZorg Nederland, Geestelijke
Gezondheidszorg Nederland, Vereniging Huisartsenposten Nederland,
Nederlands Huisartsen Genootschap, Stichting Opleiding Spoedeisende
Geneeskunde, Zorgverzekeraars Nederland en het Ministerie van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).
Ziekenhuizen, regionale ambulancevoorzieningen, geestelijke
gezondheidszorginstellingen, huisartsenposten en huisartsen gaan meer met
elkaar samenwerken op het gebied van acute zorg.
http://www.minvws.nl/persberichten/cz/2005/meer-samenwerking-zorg.asp
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport