Gemeente Doetinchem

Wet maatschappelijke ondersteuning


-14 september 2005-
Doetinchems experiment leidt tot aanbevelingen aan ministerie VWS

De gemeente Doetinchem doet aanbevelingen aan het ministerie van Volksgezondheid, welzijn en sport (VWS) na uitvoering van een experiment in het kader van de voorbereidingen van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). In de aanbevelingen aan het ministerie legt het Doetinchems college de nadruk op een meer heldere en consistente verdeling van de verantwoordelijkheden tussen het ministerie en de gemeente(n) dan in het huidige wetsvoorstel het geval is.

Belangrijkste voorstel van het college is om de hele extramurale zorg (de zorg die bij mensen thuis wordt verleend) over te hevelen naar de gemeenten in plaats van alleen de huishoudelijke verzorging. Zo kan de gemeente sturen op indicatiestelling, lokaal maatwerk in zorg en welzijn, en financiën en merkt de burger zo weinig mogelijk van de eventuele overgangen tussen Wmo en Awbz. In praktijk zou hiervoor een volledig geïntegreerd lokaal loket moeten komen waar de burger arrangementen krijgt aangeboden met, zo lang de extramurale Awbz nog niet naar de gemeenten is, ingrediënten uit beide wetten.

Debat kamercommissie VWS

Doetinchem is geen voorstander van een centrale invulling van de Wmo door het rijk. Het gemeentebestuur wil graag zoveel mogelijk ruimte voor lokaal beleid. Zo kan de gemeente maatwerk leveren en het aanbod op het gebied van zorg, wonen en welzijn koppelen. Op beleidsniveau wordt dan ook gewerkt aan een Sociaal actieprogramma voor de komende vijf jaar. Daarin wordt de `arrangementsgedachte' verder uitgewerkt en verbonden met wetten die door de gemeente worden uitgevoerd, zoals de Wet werk en bijstand. De Doetinchemse reactie aan het ministerie heeft geleid tot de uitnodiging van de vaste kamercommissie volksgezondheid, welzijn en sport aan wethouder Van Dijk om zijn bevindingen aanstaande vrijdag te presenteren en het debat aan te gaan met de commissie.

Pilot huishoudelijke verzorging

Het onlangs uitgevoerde experiment betrof een simulatie in het kader van de pilot huishoudelijke verzorging. In nauwe samenwerking met onder andere IJsselkring en Sensire werd de toekomstige situatie nagebootst, waarin de gehele huishoudelijke verzorging, die nu onderdeel uitmaakt van de Awbz, is overgeheveld naar de Wmo en daarmee onder verantwoordelijkheid van de gemeente valt. Doel van de pilot is om na te gaan of gemeenten in staat zijn om, samen met de aanbieders, te komen tot een zorgvuldige uitvoering van de huishoudelijke verzorging. Resultaat van de pilot is een concept-contract tussen gemeente en zorgaanbieders. Daarnaast is de basis gelegd voor één lokaal loket onder regie van de gemeente. Een cliëntenpanel is bij de pilot betrokken geweest en is overwegend zeer tevreden met de resultaten.

Proeftuingemeente Wmo

Doetinchem is een van de 26 proeftuingemeenten die door het ministerie zijn aangewezen in de voorbereiding op de invoering van de Wmo op 1 juli 2006. Deze wet omvat de lichtere vormen van hulp en ondersteuning. Gemeenten moeten die ondersteuning organiseren. In de Wmo worden de Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg), de Welzijnswet en een deel uit de Algemene wet bijzondere ziektekosten (Awbz) opgenomen, evenals in de loop der jaren een aantal subsidieregelingen. Als eerste wordt de huishoudelijke verzorging overgeheveld naar de gemeenten.