Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk: DL. 2005/2482
datum: 06-09-2005
onderwerp: Fytosanitaire ontwikkeling
Bijlagen:
Geachte Voorzitter,
Met het oog op het overleg met uw Kamer op 14 september 2005 over ontwikkelingen in het fytosanitair beleid, wil ik u in aanvulling op mijn eerdere schrijven van 27 mei jl. (29800 XIV, nr. 89) informeren over de actuele stand rond een drietal onderwerpen. Het betreft hier:
* de aangekondigde tussentijdse evaluatie van de fytosanitaire tarieven;
* het fytosanitair toezicht bij export;
* versterkte inzet op markttoegang.
Tussentijdse evaluatie van de tarieven
Zoals in mijn eerdere schrijven is aangekondigd, zijn de tarieven, die per 1 april jl. van kracht zijn geworden, tussentijds geëvalueerd en besproken met het bedrijfsleven. Het ging hierbij om de vergelijking van de realisatiecijfers van de eerste maanden met de aannames in de voorcalculatie. Conclusie op hoofdlijnen is dat er op basis van de gegevens van de eerste maanden alleen voor de groente- en fruitsector aanleiding is om de tarieven te verlagen.
De tussentijdse evaluatie werd bemoeilijkt omdat er problemen waren met het factureringsproces bij de Plantenziektenkundige Dienst (PD). De ingewikkelde tariefsystematiek bij reduced checks, in combinatie met wijzigingen in de automatische verwerking van inspectiegegevens, maakte nieuwe programmatuur voor het opmaken van facturen noodzakelijk. De introductie van die nieuwe programmatuur is helaas door technische problemen vertraagd. Dit is vooral vervelend omdat hierdoor te lang onduidelijkheid over de werkelijke hoogte van de nieuwe keuringskosten voor bedrijven bleef bestaan. Inmiddels zijn deze problemen echter verholpen en is een groot deel van de facturen inmiddels verzonden.
Bij de evaluatie is gebleken dat het gerealiseerde volume groenten en fruit in de eerste maanden substantieel hoger uitvalt dan de prognose waarop de tarieven zijn gebaseerd. Hierdoor is een verlaging van het tarief voor deze sector mogelijk.
Bij snijbloemen en overige producten was het verschil tussen realisatie en voorcalculatie - ook naar het oordeel van het georganiseerd bedrijfsleven - niet van dien aard dat tussentijdse aanpassingen nodig zijn. Voor deze sectoren kon ik ook een betere voorcalculatie maken omdat ik al over ervaringsgegevens van vorig jaar beschikte. Voor groenten en fruit was dat niet het geval.
Frugi Venta (brancheorganisatie groenten en fruit) heeft tijdens de bespreking van de evaluatiegegevens gepleit voor een oplossing van het probleem dat in het nieuwe tariefsysteem kleine partijen relatief zwaar belast worden. Met hen is - binnen de randvoorwaarde van kostendekkende tarieven voor de sector - gezocht naar oplossingen voor dit probleem. Er is een alternatief scenario ten gunste van de kleine partijen aan de sector voorgelegd. Men beraadt zich hier nog op.
Daarnaast heb ik op basis van verzamelde gegevens over de resultaten van kwaliteitskeuringen besloten om de steekproefpercentages van de normcontroles voor kwaliteit groenten en fruit (import) benedenwaarts bij te stellen. Dit betekent dat per saldo met minder keuringen kan worden volstaan. Per 1 augustus jl. zijn deze verlaagde percentages doorgevoerd. Ook dit draagt bij aan verlaging van de keuringskosten voor de sector groenten en fruit.
De tarieven zullen met terugwerkende kracht tot 1 april jl. worden aangepast. Gegeven het feit dat door problemen met de programmatuur nog geen facturen waren verstuurd, zijn bovenstaande wijzigingen direct in de facturen verwerkt.
Tot slot kan vermeld worden dat in vervolg op het rapport Slim Fruit (najaar 2004) zeer binnenkort wordt besloten over het overdragen van de fytosanitaire keuringen aan de keuringsdiensten. De implementatie van deze besluiten zal conform de wens van onder andere de groente- en fruitsector voortvarend ter hand worden genomen. Ik wil daarbij ook bezien of vooruitlopend op een formele overdracht van taken alvast gestart kan worden met één of enkele pilots.
Overigens is er een gedeeld gevoelen, niet alleen bij het bedrijfsleven, maar ook bij mij, dat de huidige systematiek van de Fytorichtlijn, welke uitgaat van een omslagstelsel voor tarieven bij reduced checks, slecht werkbaar is, in ieder geval voor zover de tarieven op basis van kostendekkendheid worden vastgesteld. Het omslagstelsel is naar het gevoelen van het bedrijfsleven onevenwichtig en voor de overheid moeilijk calculeerbaar. Ik ben dan ook voornemens in Brussel te pleiten voor een herbezinning op de in de Fytorichtlijn gekozen systematiek. Voorwaarde is wel dat wij erin slagen een reëel alternatief te ontwikkelen dat bovendien ook op draagvlak binnen de EU kan rekenen. In afwachting daarvan is het echter niet mogelijk om in geval van reduced checks een ander systeem, zoals het verrichtingentarief dat we elders toepassen, te hanteren. De huidige richtlijn staat dat eenvoudig niet toe.
Tenslotte wil ik hier benadrukken dat ik mij gedurende het traject van voorbereiding en vaststelling van het huidige tarief maximaal heb ingespannen om het bedrijfsleven binnen de kaders van de fytorichtlijn, alsmede het vigerende overheidsbeleid dat tarieven kostendekkend moeten zijn, tegemoet te komen.
Het fytosanitair toezicht bij export
In het kader van het toezicht op de naleving van de voorschriften bij export (zowel bloemen als groenten en fruit) is bij enkele controleacties gebleken dat het afgegeven certificaat de in de vrachtwagen aanwezige lading niet altijd dekt. Om die reden heb ik besloten het toezicht te intensiveren.
In het algemeen is de methode van inspectie zo ingericht dat het logistieke proces zo min mogelijk wordt belast. Dit houdt in dat het exporterende bedrijfsleven een exportinspectie aanvraagt op een zo handig mogelijk moment in het uitvoerproces. Veelal is dat nog voor het moment van verladen.
Gezien de geconstateerde tekortkomingen is voor de korte termijn het toezicht verscherpt. Bij de constatering dat een exporteur bij herhaling lading vervoert die niet is gedekt door het certificaat zal LNV op korte termijn overgaan tot inspectie bij de verlading. De kosten van deze inspectie komen voor rekening van de betreffende exporteur.
Daarnaast onderzoek ik de mogelijkheid tot het strafbaar stellen van het vervoeren van een lading waar geen dekkend certificaat bij aanwezig is. Hierover vindt met Justitie en het Openbaar Ministerie overleg plaats.
Met het oog op de toekomst laat ik onderzoeken welke systeemwijzigingen mogelijk en misschien ook wenselijk zijn om dergelijke handelwijze bij export naar derde landen te voorkomen.
Versterkte inzet op markttoegang
In mijn eerdere schrijven van 27 mei 2005 heb ik aangegeven dat ik mij beraadde op het verzoek van het bedrijfsleven om meer inzet te plegen op het bevorderen van markttoegang. De beschikbare capaciteit is reeds langere tijd vrijwel geheel nodig voor heropening van de markt met de Russische Federatie. Inmiddels heb ik op dit vlak de capaciteit uitgebreid. Hierdoor kunnen naast de versterkte inzet die nodig was (en nog steeds is) voor markttoegang naar de Russische Federatie ook weer een aantal andere zaken worden opgepakt. De prioriteiten daarbij zullen in overleg met het bedrijfsleven worden vastgesteld.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman