Algemene Vereniging Van Beroepsjournalisten in België


nieuws

Wederwoord verlenen bij zware verdachtmakingen
Bij zware verdachtmakingen is het gepast om voor publicatie een reactie te vragen aan de betrokkene(n) en/of om een wederwoord te verlenen. Dat blijkt uit een beslissing van de Raad voor de Journalistiek over de klacht van de Nationale Geestelijke Raad van de Baháís van België tegen een journalist van De Morgen.

In een artikel van Maarten Rabaey van 6 september 2003 wordt erop gewezen dat de Britse wetenschapper David Kelly een aanhanger was van het Baháígeloof. Kelly was de bron van een omstreden BBC-reportage waarin betoogd werd dat de regering Blair het gevaar van de massavernietigingswapens in Irak bewust had overdreven.

De leiding van deze beweging zou de oorlog in Irak gunstig gezind zijn omdat zij aanspraak maakt op heilige plaatsen in dat land. David Kelly zou onder druk zijn gezet om mee de oorlog goed te keuren, wat hem voor een moreel dilemma plaatste dat uiteindelijk leidde tot zijn zelfdoding. In het artikel worden enkele dissidente leden geciteerd die hun beklag maken over de autoritaire en sektaire manier waarop de beweging wordt geleid.

De Baháís-gemeenschap beweert dat het artikel feitelijke onjuistheden bevat en verwijt de journalist vooral dat hij voor publicatie met hen geen contact heeft opgenomen. Zij zijn van oordeel dat de goede naam van hun organisatie geschaad is door het artikel, waarin een verband wordt gelegd tussen de zelfdoding van Kelly en het Baháí-geloof. Uit het onderzoek, geleid door Lord Hutton, is geconcludeerd dat er geen dergelijk verband is.

Na de publicatie van het artikel werd noch de vrijwel onmiddellijke reactie van klagers door de journalist aangegrepen om wederwoord te verlenen op deze verdachtmakingen, noch het een paar maanden later gepubliceerde Hutton-rapport, dat precies concludeerde dat er geen verband was tussen de zelfdoding van Kelly en zijn geloofsovertuiging. (foto: Bert Van Den Broucke, Photo News) (14/09/2005)