Toespraak van de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, Melanie Schultz
van Haegen, tijdens de opening van RIONED, op 8 september 2005 in Ede
"Kaderrichtlijn Water en Nationaal Bestuursakkoord Water - wat komt er
op u af?"
Dames en heren,
Het verwoestende bezoek van de orkaan Katrina aan het vasteland van de
VS heeft ons weer met de neus op de feiten gedrukt: de wereld wordt
steeds natter. Hevige regens, afbrokkelende ijskappen en kusten die
verdwijnen onder een stijgende zeespiegel illustreren het klimaat van
de 21e eeuw. En in het bijzonder het klimaat van het laaggelegen,
natte Nederland.
Deze veranderingen vroegen - na het jarenlang ophogen van dijken en
wegpompen van water - om een koerswijziging. Terecht dan ook dat we
onze - ooit zo succesvolle - strategie van `vechten tegen water'
achter ons hebben gelaten en `leven met water' als motto hebben
omarmd. Ruimte geven aan water is namelijk de enige manier om te
voorkomen dat het water die ruimte vroeg of laat, met veel geweld,
zelf opeist.
Dat is alleen geen gemakkelijke opgave. In onze Delta groeit namelijk
ook de behoefte aan ruimte om te werken, te wonen en te recreëren. Het
rood op de kaart van Nederland breidt zich uit. Zo bestond in 1970 nog
8 % van ons land uit bebouwd gebied, in 2000 was dit al 12 %. Dit
oprukkende rood vraagt, samen met het oprukkende blauw van water, om
een innovatieve aanpak. Het is de taak van planologen en
projectontwikkelaars om - in het bijzonder in onze dichtbevolkte
steden - functies slim met elkaar te combineren. En u, als provincies
en gemeenten, vervult een sleutelrol als het gaat om ruimtelijke
ordening. Gemeenten moeten het waterbeleid verankeren in hun
bestemmingsplannen. Ik wil u oproepen om dat te doen en daarbij ook
over de grenzen van u gemeente heen te kijken, want water trekt zich
van die grenzen niets aan. Met de Watertoets heeft u hét instrument in
handen om water en ruimte te integreren.
Dames en heren,
Door de radicale ommezwaai naar `leven met water' is het waterbeleid
in een enorme stroomversnelling terechtgekomen. Dit beleid vormt de
basis voor een Nederland waarin water en ruimte hand in hand gaan.
Waterbeheer 21^e eeuw oftewel WB21 en het Nationaal Bestuursakkoord
Water, kortweg NWB zijn succesformules van Hollandse bodem en Brussel
heeft het rijtje aangevuld met de Kaderrichtlijn Water. Het doel van
deze KRW is schoon en ecologisch gezond water. Het valt niet mee om
aan deze Brusselse eisen te voldoen, maar we vergroten de kans op
succes als we waterkwaliteitsmaatregelen combineren met het WB21
programma en het Nationaal Bestuursakkoord Water.
Het is duidelijk: aan beleid, plannen, ideeën en richtlijnen ontbreekt
het niet. Maar het gaat er natuurlijk om wat we er uiteindelijk van
terugzien in de praktijk. U, als gemeenten, provincies en
waterschappen heeft daarin een belangrijke rol. U bent diegene die de
stap moet zetten van papier naar praktijk en vormt daarmee een
onmisbare schakel in de waterketen. En ik krijg de indruk dat u dat
goed heeft begrepen. De 100 miljoen regeling die ik in het leven had
geroepen om u een eindje op weg te helpen was binnen een paar dagen
uitgeput, vooral door stedelijke waterprojecten. Fijn dat u zo
enthousiast met dat geld aan de slag bent gegaan. Ik doe graag even
een greep uit de omvangrijke verzameling projecten die binnen deze
regeling het levenslicht zagen.
Om te beginnen laat Hoogeveen-Noord zien wat het woord integraal in de
praktijk betekent. Ze slaan daar twee vliegen in één klap met hun
zeven hectare grote waterbekken. Moerasplanten, zoals biezen en riet
zuiveren daar het water. Waterkwaliteit en -kwantiteit in één project.
Een andere noordelijke gemeente, Stadskanaal is een absolute koploper
als het gaat om het ontlasten van het riool van regenwater. Ze
gebruiken daar met succes een route van daken en wegen om regenwater
af te voeren. En ook het Overijssel Rijssen-Holten is goed bezig als
het om de afvoer van water gaat. Ondergrondse infiltratiebuizen moeten
de bewoners van deze gemeente beschermen tegen natte voeten.
Dames en heren,
Er gebeurt dus al heel veel op watergebied, maar het kan en moet
beter. Uit een enquête van de VNG blijkt dat water een nog
prominentere plek op de gemeentelijke agenda verdient. 40 % van de
gemeenten nemen watermaatregelen, een behoorlijk aandeel, maar het
doel is natuurlijk om de 100% te halen. En dan moeten we wel duidelijk
in beeld hebben wat er moet gebeuren en dat hebben we helaas nog niet.
Dat laat de VNG in 2006 zien met een gedetailleerd overzicht van de
stedelijke wateropgave en alle bijbehorende kosten. Dit overzicht
hebben we ook hard nodig voor de Kaderrichtlijn Water en het
stroomgebiedbeheersplan dat we daarvoor gaan maken en dat in 2009
klaar moet zijn. In dat plan staat wat wij - rijk, gemeenten,
waterschappen en provincies - tot 2015 gaan doen om de waterkwaliteit
op orde te krijgen. Maar zo'n overzicht maken kan de VNG niet alleen.
Met mijn stimuleringsprogramma voor gemeenten zorg ik voor extra
mankracht die we nodig hebben om deze taak te volbrengen. En ook u
zult uw steentje moeten bijdragen door aan te geven hoe de vlag er in
uw gemeente bij hangt. Mijn tweede verzoek aan u is om te
samenwerkingsbanden met andere overheden die bezig zijn met water, dus
het Rijk, provincies en waterschappen, stevig aan te halen. En terwijl
het VNG-overzicht nog in de maak is kunt u ook al binnen uw eigen
muren aan slag door in te zetten op de volgende vier dingen.
Ten eerste moeten we het risico op overstromingen terugdringen. En u
voelt `m al aankomen, dat kan alleen door ruimte te bieden aan water,
dus zorgen voor goede opvang en afvoer van overtollig water.
Daarnaast vraagt de riolering onze aandacht. De rioleringsatlas van
RIONED laat zien dat gemeenten hard bezig met het doen van
vervanginginvestering. Erg mooi natuurlijk, maar het probleem is dat
de extra eisen aan het riool die de Kaderrichtlijn Water en WB21 met
zich meebrengen niet zijn meegenomen. Ik wil u, gemeenten, oproepen om
ook deze eisen mee te nemen in uw rioleringsplannen en milieubeleid.
Het riool komt vooral in de problemen bij hevige regenval. Een ruimer
jasje is geen sluitend antwoord op dit vraagstuk. En daarmee ben ik
aangeland bij het derde deel van de stedelijke wateropgave. We moeten
er voor zorgen dat overtollig water via een andere systeem dan het
riool wordt afgevoerd, met een ander woord afkoppelen. Dit is ook goed
voor de kwaliteit van het water, omdat we zo voorkomen dat ongezuiverd
water in rivieren en kanalen terechtkomt. Een prettige bijkomstigheid
met oog op de Kaderrichtlijn. Ik begrijp dat dit kosten met zich mee
brengt, maar ik wil benadrukken dat deze investeringen zichzelf op de
lange termijn zeker terug betalen.
Ten vierde zorgt grondwater op veel plekken in Nederland voor natte
voeten. Vaak is dat onnodig. Door bij nieuwbouwprojecten beter
rekening te houden met grondwater kan een hoop ellende worden
voorkomen. Toch is grondwater vaak een ondergeschoven kindje bij
nieuwbouw. Zo werd er in Leidschenveen pas nagedacht over grondwater
toen de kelders van huizen onder water stonden.
Dames en heren,
U staat dus voor een behoorlijke opgave en als oud-wethouder besef ik
maar al te goed dat u ook genoeg andere dingen te doen heeft. Maar
volgens mij bent u prima in staat om deze taak met succes te
volbrengen - zeker als u hiervoor straks met het verbreed rioolrecht
een extra instrument in handen heeft. De associatie met `meer blauw op
straat ligt voor de hand', maar in ons geval gaat het om minder blauw
in de straat. Dat is het doel. De enorme lijst aan initiatieven die de
afgelopen jaren is ontstaan - de projecten in Stadskanaal, Hoogeveen
en Rijssen-Holten zijn hier slechts een fractie van - laat zien dat u
bij dit doel bent aangesloten. Ik reken dus op u!
Dank u wel.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat