Gemeente Rotterdam

Nr. 146
8 september 2005

Renovatie oude Luxor theater
College investeert E 1,6 miljoen

Het Rotterdamse college van B & W stelt voor om het oude Luxor Theater voor E 1,6 miljoen euro op te knappen. Het theater kan dan begin 2006 worden heropend. Het gaat voornamelijk om aanpassingen die nodig zijn in verband met Arbo-wetgeving. Zo moet bijvoorbeeld een deel van de elektra en de luchtbehandeling worden vervangen. Het College gaat er vanuit dat het oude Luxor voor een periode van maximaal drie jaar opengaat. Voor deze periode wordt E 1,68 miljoen gereserveerd voor de exploitatie. De openstelling en renovatie van het oude Luxor zijn noodzakelijk nu blijkt dat de bouw van de 'Coolsingeltoren' voorlopig niet door gaat. In deze toren zou ook een nieuw theater worden opgenomen.

In de 'Coolsingeltoren' zou een theater komen met 700 zitplaatsen. De voorgestelde plannen voor dit gebouw bleken niet haalbaar omdat er onvoldoende belangstelling voor de geplande kantoorruimte was. Op dit moment worden door de gemeente alternatieven onderzocht voor deze locatie. Hierin wordt ook de bouw van een nieuw theater opgenomen. Nu de bouw van het nieuwe theater voorlopig niet doorgaat, wil het College het oude Luxor voor een periode van maximaal drie jaar openhouden.

Oude Luxor theater
Het oude Luxor trekt jaarlijks meer dan 100.000 theaterbezoekers. Het vervult daarmee een belangrijke rol in het culturele leven van Rotterdam. Het College vindt het belangrijk dat Rotterdam in de behoefte van deze bezoekers voorziet. Andere theaters kunnen namelijk slechts zeer beperkt de programmering overnemen. De bezoekers zorgen ook voor veel levendigheid in het centrum. Zolang er géén alternatief is in de vorm van een nieuw theater in het centrum kan het oude Luxor als publiekstrekker dienen.

Groeifonds
Het College stelt voor de totale investering van E 3,28 miljoen te betalen uit het opgenomen budget voor het nieuwe theater in het groeifonds. De Rotterdamse gemeenteraad moet uiteindelijk de beslissing nemen over deze voorstellen van het College.

noot voor de redactie/