Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
2509 LV Den Haag
der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44
2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33
Uw brief Ons kenmerk
4 augustus 2005 AM/AMI/05/61736
nr.2040519220
Onderwerp Datum
Kamervragen van de leden De Wit en Van 7 september 2005
Velsen (SP)
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de leden De Wit en Van Velzen (beiden SP)
over de werkgelegenheid van vrachtwagenchauffeurs.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(H.A.L. van Hoof)
Bijlage:
1
2
Nr. 2040519220
Vraag: 1
Is het waar dat TNT zijn vrachtvervoer in Frankrijk staakt vanwege concurrentie door
goedkope Oost-Europese chauffeurs? (1)
Antwoord: 1
Bij navraag heeft TNT laten weten dat meerdere factoren van vooral strategische aard
hebben meegespeeld in het nemen van de beslissing om specifieke transportactiviteiten voor
de divisie logistiek in Frankrijk af te stoten.
Vraag: 2
Wat is uw oordeel over het bericht dat 30.000 banen van Nederlandse chauffeurs in het
internationale transport binnen 5 jaar zullen verdwijnen door goedkope chauffeurs uit Oost-
Europa? (2)
Antwoord: 2
Het bericht dat 30.000 banen van Nederlandse chauffeurs in het internationale transport
binnen 5 jaar zullen verdwijnen door goedkope chauffeurs uit Oost-Europa is, vanuit het
perspectief van de Nederlandse arbeidsmarkt een aandachtspunt.
Overigens is het in het algemeen moeilijk om exacte prognoses te geven over de
ontwikkeling van de werkgelegenheid op langere termijn. Momenteel is de inzet van
chauffeurs uit nieuwe lidstaten die in dienst zijn van in Nederland gevestigde ondernemers
redelijk beperkt. Er zijn in de periode 1 mei 2004 tot 1 augustus 2005 in totaal 1154
tewerkstellingsvergunningen afgegeven door CWI voor chauffeurs uit de nieuwe lidstaten.
Een belangrijker tendens is de verplaatsing van werk vanuit Nederland naar de nieuwe
lidstaten. Bedrijven die zich in de MOE-landen vestigen rijden met in een MOE-land
geregistreerde voertuigen met een uit een MOE-land afkomtig personeel tegen
arbeidsvoorwaarden uit een MOE-land.
Een verdere toename van internationale chauffeurs uit de nieuwe Oost-Europese landen en
een verdere afname van het aantal Nederlandse internationale chauffeurs ligt dan ook in de
lijn der verwachtingen. Tegelijkertijd zal er behoefte blijven aan goed opgeleide
gekwalificeerde Nederlandse chauffeurs. De verwachte groei van het binnenlandse
goederenvervoer over de weg in de komende 10 tot 15 jaar zal opgevangen moeten
worden.
Vraag: 3
Wat gaat u doen om de werkgelegenheid van Nederlandse internationale chauffeurs te
handhaven?
Antwoord: 3
3
Voorzover het verlies aan werkgelegenheid het gevolg is van illegale praktijken, ga ik dit
tegen door handhaving van wet- en regelgeving. Daarbij is de handhaving beperkt tot het
Nederlands grondgebied.
Wat betreft het in dienst nemen van MOE-chauffeurs door Nederlandse werkgevers, heeft
CWI de vrijstelling van de individuele arbeidsmarkttoets per 1 augustus 2005 niet meer
verlengd. Nederlandse werkgevers in het internationale wegvervoer dienen dan ook weer
vacatures te melden en eigen wervingsinspanningen te verrichten. Alleen indien geen
prioriteitgenietend arbeidsaanbod aanwezig is, zal CWI een tewerkstellingsvergunning
verlenen.
Wat betreft de verplaatsing van bedrijfsactiviteiten naar de MOE-landen, is de marktwerking
van de Europese markt een gegeven. Er is hier veeleer sprake van een geleidelijke
verschuiving dan van een plotselinge breuk waarop Nederlandse ondernemers zich niet
zouden kunnen voorbereiden. Daarin verandering brengen ten voordele van Nederlandse
bedrijven of het bevoordelen van het in dienst houden van Nederlandse chauffeurs is niet
toegestaan.
Alleen cabotage (binnenlands vervoer binnen Nederland) is voorlopig nog niet toegestaan.
Voorwaarde voor behoud van Nederlandse werkgelegenheid in het internationaal transport
is een blijvende specialisatie. Ideeën tot innovatie vanuit het bedrijfsleven zullen indien
mogelijk gesteund worden en de overheid zal samen met het bedrijfsleven zorg dragen voor
bevestiging van het belang van de kwaliteit van de Nederlandse beroepsopleidingen.
Vraag: 4
Is u uit kiezersonderzoek of anderszins bekend hoe de beroepsgroep van Nederlandse
internationale chauffeurs heeft gestemd bij het referendum over de Europese Grondwet?
Antwoord: 4
Nee.
(1) Trouw, 30 juli jl., rubriek economie.
(2) De Volkskrant, 1 augustus jl.
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid