European Union

Brussel, 6 september 2005

De Commissie stimuleert de ontwikkeling van de regionale luchthavens en van de mobiliteit in Europa

Na een brede openbare overlegronde^ heeft de Commissie nieuwe regels vastgesteld die de ontwikkeling van de regionale luchthavens moeten bevorderen. Deze regels preciseren de voorwaarden waaronder aanloopsteun kan worden verleend aan luchtvaartmaatschappijen die nieuwe lijnen vanaf regionale luchthavens opzetten. De opening van regionale luchtverbindingen zal een impuls geven aan de mobiliteit in Europa en aan de regionale ontwikkeling. De nu vastgestelde duidelijke regelgeving garandeert een gelijke behandeling van openbare en particuliere luchthavens en voorkomt dat de begunstigde maatschappijen een onterecht voordeel genieten ten opzichte van andere maatschappijen. Deze richtsnoeren bevatten ook aanwijzingen voor de luchthavens en de lidstaten met betrekking tot de publieke financiering van luchthavens.

Vice-voorzitter Jacques Barrot, die bevoegd is voor vervoer, heeft het volgende verklaard: «De Europese Commissie wil de ontwikkeling van de regionale luchthavens en van de mobiliteit van de burgers stimuleren. Deze nieuwe regels bieden de regionale luchthavens de rechtszekerheid waaraan zij behoefte hebben voor hun ontwikkeling en voor hun betrekkingen met luchtvaartmaatschappijen en overheidsinstanties.»

De intensievere concurrentie binnen de Europese luchtvaartmarkt, met name door de opkomst van lagekostenmaatschappijen, heeft een groot aantal luchthavens ertoe aangezet bij bepaalde luchtvaartmaatschappijen aan te dringen op het openen van nieuwe verbindingen. Deze ontwikkeling maakt een uitgebreider en voor alle Europeanen toegankelijker luchtvervoersaanbod mogelijk. Zij geeft een impuls aan de regionale economische ontwikkeling en aan het terugdringen van de congestie op de hubs. De Commissie is voornemens deze trend te ondersteunen, zij het met de nodige aandacht voor gelijke behandeling van alle luchthavenexploitanten en alle luchtvaartmaatschappijen, en voor een goede besteding van overheidsmiddelen.

De nieuwe richtsnoeren vormen een stabiel juridisch kader voor overeenkomsten tussen luchthavens en luchtvaartmaatschappijen. Zij zijn vastgesteld na een breed opgezet overleg, met name met de sector en de lidstaten. De nieuwe richtsnoeren zullen voor meer transparantie zorgen en zullen elke vorm van discriminatie voorkomen bij overeenkomsten tussen regionale luchthavens en luchtvaartmaatschappijen over aanloopsteun. Zij garanderen een volledig gelijke behandeling van openbare en particuliere luchthavens.

Indien een luchthaven besluit overheidssteun te verlenen aan een luchtvaartmaatschappij, en dit niet alleen wordt ingegeven door louter commercieel belang, kan deze steun worden aanvaard indien deze dient om (tot een maximum van 30 à 50 %) de aan de opening van de nieuwe lijn verbonden extra kosten te delen; deze omvatten de marketingkosten en de kosten van de nodige installaties op de betrokken regionale luchthavens. De lijn waarvoor steun worden verleend moet op termijn levensvatbaar zijn en daarom moet de steun geleidelijk minder worden en een maximale looptijd hebben van 3 jaar (of 5 jaar voor achtergebleven en ultraperifere gebieden. Luchthavens die jaarlijks minder dan 5 miljoen passagiers verwerken, komen als eerste in aanmerking. De Commissie zal de nieuwe richtsnoeren toepassen zodra deze in het Publicatieblad zijn verschenen.

De nieuwe richtsnoeren verduidelijken tevens het kader voor publieke financiering van de luchthavens en met name voor investeringen in luchthaveninfrastructuur. De Europese luchthavensector is de afgelopen jaren steeds concurrerender geworden en daarom heeft het Hof van Justitie luchthavens in principe als economische exploitanten aangemerkt. De luchthaveninfrastructuur is de basis van de economische activiteiten van de luchthavens en levert daarnaast in bepaalde gevallen een bijdrage aan de regionale economische ontwikkeling, ruimtelijke ordening en ontsluiting. De richtsnoeren preciseren hoe de concurrentieregels moeten worden toegepast op de economische activiteit van de luchthavens, rekening houdend met hun eventuele taak van algemeen belang.

_