Gemeente Utrecht
>
Toelichting op besluiten van het college van burgemeester en wethouders
Persconferentie naar aanleiding van de collegevergadering om 16.00 uur in de perskamer van het stadhuis.
1. Extra geld beschikbaar voor restauraties monumenten
Er is ruim ¤ 1 miljoen extra beschikbaar van het rijk voor de ondersteuning van restauraties van rijksmonumenten door de gemeente Utrecht. Dat is het resultaat van het bezwaar dat de gemeente jarenlang heeft gemaakt tegen de korting op het jaarlijkse budget. De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is tegemoet gekomen aan de bezwaren van de gemeente Utrecht.
Voor de jaren 2008, 2009 en 2010 is gemiddeld ruim ¤ 350.000 extra te verdelen. In totaal krijgt de gemeente Utrecht ¤ 1.066.000 meer dan aanvankelijk is toegekend door het rijk. Het college heeft daarom het restauratie-uitvoeringsprogramma 2005-2010 voor rijksmonumenten gewijzigd. Er is nu extra ruimte om de restauratie van een aantal kerken in Vleuten en De Meern af te ronden, terwijl er ook middelen zijn voor zeven andere restauraties. Twee bij de kerken horende pastoriën kunnen nu tegelijk met de kerkgebouwen worden aangepakt. De restauratie van de bijzondere koepels van de oude Sterrenwacht op het bastion Zonnenburg kan met de extra middelen worden afgerond, waarmee de totale restauratie van de sterrenwacht gereed is. Daarnaast is er nu ruimte voor de noodzakelijke restauratie van twee particuliere woonhuizen en voor de restauratie van het leien dak van het Bartolomeusgasthuis. Een aantal gemeentelijke projecten krijgt ook ondersteuning. Dit betreft een Lunet van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, de openbare begraafplaats Soestbergen, waar enkele bijzondere graven kunnen worden hersteld, en enkele wal- en kademuren van de grachten in de binnenstad.
Het geld is beschikbaar vanwege het Besluit Rijkssubsidiëring Restauratie Monumenten (BRRM). Een deel van dit budget, dat nu nog jaarlijks naar gemeenten en provincies gaat, zet het rijk vanaf 2008 in voor het bieden van belastingaftrek in combinatie met een gunstige lening voor belastingplichtige eigenaren van rijksmonumenten. Voor andere eigenaren geldt een mogelijkheid voor een rijkssubsidie. Met deze wijziging is het jaarlijkse BRRM-budget van de gemeenten flink verlaagd. De gemeente Utrecht is altijd van mening geweest dat de korting onevenredig was. Al in 2002 is voor de eerste maal bezwaar aangetekend. In 2003 en 2004 is dat opnieuw gedaan. Dit is gelukkig niet voor niets geweest, de aanhouder wint.
2. Woonadviescommissie kiest voor nieuwe werkwijze
De Woonadviescommissie Utrecht (WAC) wil zich nadrukkelijker als een zelfstandige onafhankelijk belangbehartiger van de Utrechtse woonconsument profileren. Evaluatie van de huidige werkwijze laat zien dat bouwende partijen te weinig de vrijblijvende adviezen van de commissie opvolgen. Het college stelt daarom de gemeenteraad voor om de gemeentelijke verordening op de Woonadviescommissie in te trekken en door te gaan met een verzelfstandigd WAC nieuwe stijl.
De Woonadviescommissie Utrecht is een onafhankelijke adviescommissie bestaande uit vrijwilligers die sinds 2000 op basis van een gemeentelijke verordening functioneert. De WAC toetst woningbouwplannen en geeft bouwende partijen vrijblijvend advies om de woon- en gebruikskwaliteit te verhogen.
Omdat te weinig gedaan wordt met de adviezen kiest de WAC voor een nieuwe werkwijze. Zo wil de WAC nieuwe stijl een checklist ontwikkelen waarmee woonconsumenten de woonkwaliteit van een (nieuwe) koopwoning kunnen berekenen. Ook wil de commissie voortaan vooral op aanvraag advies geven. Ontwikkelaars kunnen de WAC nieuwe stijl als vertegenwoordiger van woonconsument inhuren bij het ontwikkelen en beoordelen van bouwplannen. De gemeente kan de WAC inschakelen als adviseur bij het formuleren van het gemeentelijk kwaliteitsbeleid.
Om de ontwikkeling van een WAC nieuwe stijl mogelijk te maken wil het college voor twee jaar een jaarlijkse subsidie van ¤ 50.000 beschikbaar stellen, waarna beoordeeld wordt of de nieuwe opzet aanslaat. De gemeente wil zo het ontstaan van een Utrechtse woonconsumentenorganisatie stimuleren vanuit het gemeentelijk belang bij woningbouw van een goede woon- en gebruikskwaliteit.
3. Accountantsverklaring financiële informatie voor derden
De financiële informatie zoals opgenomen in de gemeentebegroting en de gemeenterekening voor de gemeenteraad voldoet aan de door de wet gestelde eisen. Dit blijkt onder meer uit de goedkeurende verklaring bij de gemeenterekening 2004. De wet schrijft ook voor dat ieder kwartaal financiele informatie moet worden geleverd die specifiek bedoeld is voor het gebruik door derden (met name het CBS). De accountant kan de kwaliteit van deze specifieke informatie niet beoordelen omdat met name de software van het financieel systeem daarvoor onvoldoende is toegerust. De accountant onthoudt zich daarom van een oordeel. Het college zet een verbeterplan in gang om bij de jaarrekening 2005 alsnog aan de wettelijke eisen te voldoen.
4. Start inspraak over structuurplan Stationsgebied
Het (voorontwerp) structuurplan voor het Stationsgebied wordt voor inspraak vrijgegeven. Het structuurplan is de planologische vertaling van het Masterplan Stationsgebied. Op basis van het structuurplan worden toekomstige bouwplannen getoetst. De inhoud van het structuurplan is voor het grootste deel hetzelfde als het eerder gemaakte bestemmingsplan. Gezien de ontwikkelingen rond luchtkwaliteit leek het bestemmingsplan echter vroegtijdig in de procedures tot stilstand te komen. Om het Masterplan en de bijbehorende contracten veilig te stellen, heeft het college ervoor gekozen de procedure voor het bestemmingsplan stop te zetten en nu een structuurplan te maken. Ook de m.e.r.-procedure (Milieu Effect Rapportage) is stopgezet. Bij het structuurplan hoort in plaats daarvan een strategische milieubeoordeling (SMB).
Een structuurplan volgt (net zoals een bestemmingsplan) inspraakprocedures. Het structuurplan en de bekendmaking SMB liggen vanaf 15 september tot en met 13 oktober ter inzage op het stadhuis, de Publieksbalie DSO en het Infocentrum Stationsgebied. Ook op internet kan worden ingesproken: www.utrecht.nl/stationsgebied. Er vinden twee inloopavonden plaats in het stadhuis, op dinsdag 27 september en maandag 3 oktober, van 19.30uur - 21.30uur. Daar geven medewerkers toelichting op de plannen aan de hand van maquettes, 3D-animaties en illustraties.
5. Nieuwe afspraken voor speeltuinen 2006 - 2010
In samenwerking met de wijkwelzijnsorganisaties zijn nieuwe afspraken gemaakt over het speeltuinwerk in de Utrechtse wijken. Hiermee reageert het college op de onrust die vorig jaar ontstond over de uitvoering en het onderhoud van de speeltuinen die in het beheer zijn van de gemeente.
Het college bespreekt de kaders op 22 september met de raadscommissie Maatschappelijke Ontwikkeling. In het voorstel van het college komt er per 2006 een basisaanbod voor een speeltuin (in beheer van de gemeente) per wijk, die gemiddeld 26 uur per week open zijn wanneer de basisscholen gesloten zijn. Daarnaast komt er een aanvullend aanbod op maat per speeltuin (in beheer van de gemeente) en per wijk.
In deze nieuwe afspraken wordt ook vastgelegd wat de functie is van een speeltuin in beheer van de gemeente: een laagdrempelige voorziening voor kinderen van 4-12 jaar die hier kunnen (leren) spelen. In 2006 wordt de speeltuin ook voor oudere en jongere kinderen toegankelijk gemaakt. Bedoeld neveneffect is de speeltuin als ontmoetingsplek voor ouders.
Het college doet over de financiering voorstellen bij de behandeling van de begroting 2006.
Dit geldt ook voor de gelden die het college nodig acht om het onderhoud van alle genoemde speeltuinen op een voldoende niveau te brengen (eenmalige investering) en te houden (structureel budget). Het college wil alle eigendom, beheer en onderhoud op termijn in handen brengen bij de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling.
6. Toekomst maatschappelijk werk in de wijken
De toekomst van het maatschappelijk werk in de wijken krijgt aandacht van het college en van de commissie maatschappelijke ontwikkeling. Het college heeft een discussienotitie vastgesteld en wil deze binnenkort bespreken met de commissie. De notitie vloeit voort uit een toezegging aan de raad die in een motie aandacht vroeg voor mensen die in probleemsituaties terechtkomen op psychosociaal, maatschappelijk of financieel vlak. Ook nieuwe landelijke wetgeving, lokale ontwikkelingen in het welzijnswerk en signalen vanuit de praktijk nopen tot nieuwe kaders.
Met de betrokkenen in het veld is al uitvoerig gesproken over welke rol het maatschappelijk werk zou kunnen oppakken. De notitie bevat een analyse van de huidige situatie in de hulpverlening in de wijken en mogelijke uitgangspunten voor de komende jaren. In de raadscommissie staat onder meer ter discussie de toekomstige behoefte aan maatschappelijk werk en eventuele prioriteiten daarbinnen. Het college zal vervolgens beleid ontwikkelen.