Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Peijs en Spee verklaren de liefde aan goed verkeersgedrag

Vandaag gaat de campagne `I love verkeersregels' van start.. Die bestaat uit postbus51-spots, en zo'n 250.000 stickers en billboards. Uit onderzoek blijkt dat asociaal gedrag in het verkeer een van de grootste ergernissen is. Onder het motto `verkeersregels, daar kun je mee thuiskomen' laat deze campagne zien hoe het ook anders kan. Justitie en politie nemen uiteraard de handhaving van verkeersregels voor hun rekening. Vandaar dat minister Karla Peijs en landelijk verkeersofficier Koos Spee samen de nieuwe campagne lanceerden. Een campagne zonder spruitjeslucht en belerende vingertjes, aldus de minister.

Centrale boodschap van de campagne is het oude adagium `wie goed doet, goed ontmoet'. Als we nu allemaal de verkeersregels en omgangsvormen gewoon respecteren, wordt het voor iedereen op de weg veiliger en prettiger. Onderzoek toont echter een discrepantie tussen de ervaren agressie en het eigen hufterige gedrag. Zo zegt zo'n 40 tot 50 procent vaak te maken te hebben met bumperkleven, maar hooguit 5 procent dat zelf wel eens te doen. De campagne focust niet op excessen, maar op deze kleine alledaagse overtredingen (bumperkleven, onnodig links rijden en rechts inhalen, geen richting aangeven, niet stoppen voor een zebrapad en te hard rijden in woonwijken).

Praktisch elke Nederlander stoort zich aan asociaal gedrag in het verkeer. Uit de Belevingsmonitor Rijksoverheid uit 2004 blijkt dat 90 procent van de ondervraagden overtreden van verkeersregels een groot probleem vindt, en 80 procent dat de regering meer moet doen om burgers te bewegen tot betere naleving van regels. Verder vindt 72 procent verkeersovertredingen `hoe klein ook' niet acceptabel en wil 60 procent strenge zichtbare controles. Diverse onderzoeken laten zien dat de ergernis over asociaal gedrag in het verkeer zelfs groter is dan over files. Recent onderzoek van TNS NIPO geeft tot slot aan dat 61 procent van de Nederlanders het meest met asociaal gedrag wordt geconfronteerd in het verkeer.

Communicatie en handhaving versterken elkaar in het tegengaan van verkeersagressie. Weggebruikers die zich ondanks de campagne niet aan de regels houden, krijgen met handhaving te maken. Want naast de verkeersdienst op de snelwegen en de surveillerende politieman in de regio zijn er via de diverse handhavingsprojecten zo'n 750 politiemensen die zich uitsluitend met de verkeerscontroles in de regio bezighouden. Daarnaast zijn er diverse technische middelen die worden ingezet om de naleving van de verkeersregels af te dwingen. Zo beschikken ook de 25 verkeershandhavingsteams van het Bureau Verkeershandhaving Openbaar Ministerie over videovoertuigen. Daarmee kunnen mensen met onaangepast rijgedrag worden opgespoord en staande gehouden.