Erasmus Universiteit Rotterdam

Een vrijplaats voor professionele ontwikkeling

In de bedrijfskunde is de vraag hoe organisaties kennis zouden moeten ontwikkelen vaak gesteld. Toch is deze bij lange na niet zo belangrijk als de omgekeerde vraag hoe kennis organisaties kan ontwikkelen. Voortbouwend op de filosofie van Michael Polanyi gaat René Brohm in zijn proefschrift Polycentrische orde in organisaties: een dialoog tussen Michael Polanyi en IT-consultants over kennis, moraliteit, en organisatie dieper in op de wederzijdse afhankelijkheid tussen kennis en organisatie. Vandaaruit stelt hij dat professionals in kennisintensieve organisaties een vrijplaats moeten proberen te claimen voor hun kennisontwikkeling. Hij promoveert 1 september 2005 aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

De afgelopen tien jaar is er in de bedrijfskunde een grote interesse ontstaan voor het belang van kennis voor organisaties. Het toegenomen belang van kennis voor organisaties heeft ingrijpende gevolgen voor het organiseren zelf. Brohm betoogt dan ook dat we dan ook de aard van organiseren in kennisintensieve organisaties opnieuw moeten bekijken. Immers, door specialisatie en professionalisering kan kennis vaak niet langer meer worden gecentraliseerd in een bestuurlijke hiërarchie. In zoân organisatie heeft een manager geen inzicht meer in de aard van de taken, mist een rationele grond om (productie-) middelen toe te wijzen, en mist de mogelijkheid om afdoende controle uit te oefenen. Op dat moment staat de legitimiteit van de manager en de rationaliteit van de organisatie op het spel. Het gebrek aan het gedeelde kader maakt de beslissingen van de manager willekeurig voor zijn zogenaamde ondergeschikten en tast de fundamenten van de organisatie aan.

Door de wederzijdse afhankelijkheid tussen kennis en organisatie voorop te stellen, tracht Brohm een alternatief te conceptualiseren, voortbouwend op de filosofie van Michael Polanyi. Binnen bedrijfskunde is Polanyi bekend voor zijn onderscheid tussen impliciete en expliciete kennis. Vele auteurs erkennen dat de impliciete dimensie cruciaal is voor coördinatie, samenwerking, kennisdeling en leren in organisaties. Helaas wordt de wederzijdse afhankelijkheid tussen kennis en organisatie die Polanyi aangeeft met behulp van het concept polycentrische orde, zelden onderkent.

De promovendus diept het concept polycentrische orde uit door Polanyiâs filosofie te confronteren met het leven van een groep IT-professionals in hun organisatie. Hij gaat nader in op het belang, de dynamiek en de kwaliteiten van polycentrische orde op het niveau van kleine groepen professionals binnen organisaties. Dus in plaats van het traditionele idee van organisatie als bestaande uit een hiërarchie waar macht en kennis in gecentraliseerd zijn, wordt organisatie geconceptualiseerd als bestaande uit meerdere centra van macht en kennis. Als toepassing van polycentrische orde beschrijft Brohm hoe professionals een vrijplaats kunnen creëren voor hun eigen ontwikkeling. Zoân vrijplaats kan een middel zijn voor professionals om met het management te onderhandelen over te besteden middelen en tijd, en wat ze daarvoor in ruil leveren. Professionele ontwikkeling is daarmee niet langer de verantwoordelijkheid van management, maar die van de professional.

Promotoren: prof.dr. G.J.W. Hendrikse, Methodologie (EUR) en prof.dr. H.K. Letiche, Advies, organisatie en beleid (UvH)

Promotie 1 september, 13.30 uur
Plaats: Woudestein, senaatszaal
Info: RSM Erasmus University, Bas Schreiner, tel. (010) 408 18 31 e-mail b.schreiner@rsm.nl

gewijzigd op 25 aug 2005 15:37