TNS NIPO

Foto

Publicaties TNS NIPO onderzoek

30 augustus 2005

Islamitische partij in Nederland heeft weinig kans van slagen

De komst van een islamitische partij is volgens de in Nederland wonende moslims wenselijk, maar heeft weinig kans van slagen. Veel moslims hebben geen stemrecht, zullen - als puntje bij paaltje komt - niet op de partij stemmen en er is verdeeldheid over de te volgen koers. Dit blijkt uit een onderzoek dat TNS NIPO heeft uitgevoerd onder ruim 500 Nederlandse moslims.

Bijna de helft van de moslims (45%) noemt de komst van een islamitische partij wenselijk, 30 procent zou het initiatief niet toejuichen. Hoewel men de komst van een islamitische partij per saldo dus wenselijk vindt, is de kans dat deze partij ook vertegenwoordigd zal raken in de Tweede Kamer niet groot.

Niet alle moslims stemgerechtigd
Dat een islamitische politieke partij geen zetel zal veroveren in de Tweede Kamer, komt allereerst door het feit dat 68 procent van de ondervraagde moslims aangeeft stemgerechtigd te zijn. Met andere woorden: 32 procent is niet stemgerechtigd. Vertaald naar werkelijke aantallen betekent dit dat ongeveer 475.000 Nederlandse moslims stemgerechtigd zijn.

Draagvlak islamitische partij niet groot
Van de groep stemgerechtigde moslims geeft achttien procent aan 'zeker' en 29 procent 'waarschijnlijk' op een islamitische partij te gaan stemmen. Twintig procent van de stemgerechtigde Marokkanen zou 'zeker' op een islamitische partij stemmen en 22 procent 'waarschijnlijk'. Onder de stemgerechtigde Turken is dat resp. vijftien procent en 29 procent. Onder de andere etnische of religieuze groepen en onder autochtone Nederlanders is er zo goed als geen aanhang voor een islamitische partij te vinden. De categorie 'zeker van plan' is, zo heeft eerder onderzoek naar het draagvlak voor nieuwe politieke stromingen uitgewezen, een goede voorspeller van stemgedrag. Grofweg kan gesteld worden dat circa een vijfde van de moslims in principe op een islamitische partij wil stemmen: tussen de 80 en 90 duizend kiezers1. Voor een zetel in de Tweede Kamer zijn, bij een opkomst van 80 procent, circa 60 duizend stemmen nodig.

Richtingenstrijd kost islamitische partij Kamerzetel Hoewel bovenstaande exercitie de indruk wekt dat een islamitische partij goed zou kunnen zijn voor een zetel in de Tweede Kamer, doet een derde factor de partij de das om. Er bestaat namelijk sterke verdeeldheid onder de potentiële aanhang van een islamitische partij over de te varen koers. Van de moslims is zeventien procent voorstander van een islamitische politieke partij die zich 'zuiver islamitisch' opstelt, 28 procent wil een 'liberaal islamitische partij' en zeventien procent is van mening dat 'de islam niet de uitgangspunten van een dergelijke partij moet bepalen'.

Stel dat er een 'liberaal islamitische politieke partij' mee zou gaan doen aan de Tweede Kamerverkiezingen (de stroming die onder het islamitische electoraat op de meeste steun mag rekenen), dan is de kans klein dat de benodigde 0,67 procent van de kiezers (circa 60.000 stemmen) gehaald wordt. Immers: circa eenvijfde van de moslims wil op een islamitische partij stemmen, maar van een 'liberaal islamitische partij' is nagenoeg de helft, van degenen met een voorkeur voor een bepaalde koers, voorstander (tussen de 40 en 45 duizend kiezers). Onvoldoende voor een zetel, derhalve.

Aboutaleb populairst als lijsttrekker onder moslims, Hirsi Ali onder niet-moslims
Aan alle respondenten, dus ook de niet-moslims, is gevraagd wie men het liefst als lijsttrekker van een islamitische partij zou zien. Hier wordt VVD Tweede Kamerlid Ayaan Hirsi Ali het meest (11%) genoemd. Zij is vooral populair onder vrouwen (13%) en Nederlanders van 25 tot 34 jaar (16%). Onder moslims wordt zij echter - niet geheel verwonderlijk gezien haar kritiek op de islam - bijna niet (1%) genoemd als favoriete lijsttrekker.

Onder moslims is de Amsterdamse wethouder Ahmed Aboutaleb het meest populair: twaalf procent ziet hem graag een islamitische partij leiden. Op een tweede plaats eindigt, opvallend genoeg, Ali B. Het is opmerkelijk dat 'echte' islamitische politici als Ali Lazrak (eenmansfractie voortkomend uit de SP; drie procent onder moslims) en Mohammed Rabbae (ex-GroenLinks Kamerlid; scoort onder geen enkele groep meer dan nul procent) nauwelijks scoren. Ook Abu Jahjah van de Arabisch-Europese Liga wordt zo goed als niet genoemd.

1 Circa 700.000 moslims van 18 jaar en ouder x 68% is stemgerechtigd x 18% zal zeker stemmen = 86.000.

E1139 | Methode: face-to-face onderzoek | Het veldwerk vond plaats in juni 2005. In totaal werden 508 moslims van achttien jaar en ouder ondervraagd.

Bij publicatie of verspreiding de bron TNS NIPO vermelden. Voor eventuele vragen kunt u contact opnemen met Remco Frerichs (tel: 020 522 54 79).