Theepaviljoen De Horsten
30 augustus 2005
Het Schiethuis met schietdoel, op landgoed Raaphorst.
Het landgoed De Horsten is met zijn circa 450 hectare één van de
grootste landgoederen van Zuid-Holland.
Het omvat de drie landgoederen: Raaphorst, Eikenhorst en Ter Horst,
die elke een lange geschiedenis hebben.
Op de oudste twee, Ter Horst en Raaphorst, hebben zelfs Middeleeuwse
kastelen gestaan. Het kasteel op Raaphorst is eind 18de eeuw
afgebroken, maar de oorspronkelijke rechthoekige omgrachting is nog
bewaard gebleven. Dit geldt ook voor de in
2003-2004 gerestaureerde rentmeesterswoning, die een restant is van de
18de-eeuwse stallen. De naam Raaphorst is een verwijzing naar de
ligging opeen binnenduin (raep = binnenste, horst = duin of zandrug).
Vanaf 1783, toen mr. Adriaan Pieter Twent in bezit kwam van Raaphorst,
is begonnen met de aanleg van het park in (vroege) landschapstijl, In
1791 werd onder meer de heuvel opgeworpen, die midden 19de-eeuw door
C.E.A. Petzold met seringen is beplant. Vermoedelijk door J.D. Zocher
sr. is de eerste waterpartij gegraven, waarbij gebruik op het gedeelte
waarin in de vorige eeuw een zanderij, een zandafgraving, was ontstaan
met vaarsloten. J.D. Zocher jr. zet vanaf 1838 deze werkzaamheden
voort als prins Frederik eigenaar wordt van Raaphorst, maar ook andere
landgoederen als De Paauw en Ter Horst.
Uiteindelijk heeft de Duitse tuinarchitect Eduard Petzold vanaf 1854
de landschapsstijl verder ontwikkeld, waarbij het park zijn huidige
ruim opgezette aanleg kreeg met weidse vergezichten en afwisselende
bossen en open weiden. De eveneens uit Duitsland afkomstige architect
Hermann Wentzel was verantwoordelijk voor de architectonische
elementen en ontwierp onder meer aan de rand van de vijver een
gemetseld stenen botenhuis annex uitzichtpunt. Even ten oosten hiervan
werd omstreeks 1860 het neogotische Schiethuis met schietdoel gebouwd,
waar de prins en zijn gevolg schietoefeningen konden houden. Het is nu
in gebruik als theehuis.
Het schiethuis met schietdoel, staat op een open weide ten zuidoosten
van de grote waterpartij.
Beide objecten zijn gebouwd in 1860-1861 in engelse Tudor-gotiek stijl
naar ontwerp van de Duitse architect
H. H. A. Wentzel, huisarchitect van prins Frederik.
In het huisje werden schietwedstrijden gehouden door de leden van het
St. Hubertus gilde.
Het vrijstaande bakstenen gebouwtje heeft een achthoekige hoofdvorm
gevat in een lagere kruisvormige ombouw. Het door een rieten tentdak
gedekte hoofdvolume wordt bekroond door een achthoekig lantaarn. In
het westelijk dakschild zit een schoorsteen met siermetselwerk waarop
een in zinkwit in geschilderde terracotta schoorsteenpijp decoratief
is vormgegeven als een zuil met kantelen.
Kenmerkend zijn uitgesneden sierlijsten langs de dakranden, die in
hoge mate bijdragen aan het decoratieve karakter. De ombouw bestaat
uit drie rechthoekige, gelijkvormige aanbouwen tegen de zuid-
(hoofdingang), noord-(opslag) en westgevel (keuken). De aanbouwen
hebben een breed overstek en zijn onderling met elkaar verbonden door
luifels. De deuren en venster zijn voorzien van traceringen in
neogotische stijl met drie- en veelpassen in de bovenlichten.
De hoofdingang wordt gemarkeerd door een luifel gedragen, door houten
zuiltjes op een natuurstenen basement met rijk gesneden houten
kapitelen. Tegen de oostgevel is een 9,5 m lange overkapping
aangebouwd, waar de leden van het gilde zich opstelden om te schieten
op het aan het einde van de weide gelegen schietdoel. Het doel kon
bewegen, gezien de rails op de grond.
U bent van harte welkom.
Gemeente Wassenaar