De vermaatschappelijking in de zorg verloopt moeizaam
Vermaatschappelijking in de zorg. Ervaringen en verwachtingen van aanbieders
en gebruikers in vijf gemeenten.
· In de vijf onderzochte gemeenten blijkt sprake van een breed
draagvlak voor de uitgangspunten van de vermaatschappelijking in de
zorg; de realisering van de vermaatschappelijking verloopt echter
moeizaam.
· Er is nog vrijwel geen integraal aanbod ontwikkeld door
gebrek aan samenwerking en te strikte scheiding van
financieringsstromen.
· Nieuwe voorzieningen blijken vooral bedoeld voor ouderen;
voor andere doelgroepen zoals mensen met een verstandelijke beperking
of mensen met langdurige psychische problemen wordt veel minder nieuw
aanbod ontwikkeld.
· De vrees bestaat dat een groter beroep op vrijwilligers en
mantelzorgers tot overbelasting leidt en daardoor tot een nieuwe vraag
naar het professionele zorgaanbod.
· Zelfstandige huisvesting leidt niet vanzelfsprekend tot meer
maatschappelijke participatie
· De Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) kan de lokale
samenwerking bevorderen
Dit zijn enkele conclusies uit de SCP-publicatie Vermaatschappelijking
in de zorg. Ervaringen en verwachtingen van aanbieders en gebruikers
in vijf gemeenten, die op maandag 29 augustus jl. is verschenen. In
het rapport geven onderzoekers drs. Herma Koops en dr.ir. Rick
Kwekkeboom een beeld van de stand van zaken van het
vermaatschappelijkingsproces in de zorg. Dit is het proces waardoor
mensen met langdurige beperkingen zelfstandig (kunnen) blijven wonen.
In de nieuw in te voeren Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO)
wordt dit vooral de verantwoordelijkheid van de lokale overheid. Voor
het onderzoek werden in vijf Nederlandse gemeenten van verschillende
grootte gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers van onder meer
lokale overheden, zorgaanbieders, welzijnsinstellingen,
woningcorporaties en belangenbehartigings- organisaties. De in het
onderzoek opgenomen gemeenten zijn Schagen, Heerenveen, Bergen op
Zoom, Enschede en Utrecht.
Vermaatschappelijking: breed draagvlak, moeizame realisering
Er is sprake van een breed draagvlak voor de uitgangspunten van de
vermaatschappelijking: alle betrokkenen steunen het streven naar
behoud of herstel van de zelfstandigheid van mensen met beperkingen en
een zo groot mogelijke deelname aan de samenleving. In de praktijk
blijkt echter dat de veranderingen niet zo eenvoudig te realiseren
zijn als wordt verondersteld. Bovendien lopen de ontwikkelingen per
gemeente uiteen.
Nog weinig samenwerking; nog nauwelijks integraal aanbod
Nieuwe voorzieningen blijken vooral bedoeld voor ouderen; voor andere
doelgroepen zoals mensen met een verstandelijke beperking of mensen
met langdurige psychische problemen wordt veel minder nieuw aanbod
ontwikkeld. Van een integraal aanbod waarvan alle mensen met
beperkingen gebruik kunnen maken is nog vrijwel nergens sprake. De
huidige wet- en regelgeving met zijn gescheiden financieringsstromen
en de nadruk op marktwerking zou deze samenwerking belemmeren.
Daarnaast blijkt een algemeen aanbod ook niet aan te sluiten bij de
wensen van de gebruikers zelf, die er de voorkeur geven aangeven om
`onder elkaar' te blijven.
Onzekerheid over bijdrage vrijwillige en informele hulp in de toekomst
In de vijf onderzochte gemeenten blijken vrijwilligers en
mantelzorgers al geruime tijd een belangrijke en onmisbare bijdrage te
leveren aan de zorg voor en de opvang en begeleiding van mensen met
beperkingen. Zowel de vrijwilligersorganisaties zelf als de
professionele zorgaanbieders maken zich er zorgen over of er ook in de
toekomst voldoende vrijwillige en informele zorg beschikbaar zal zijn.
Gevreesd wordt dat een groter beroep op deze zorgverlening zal lijden
tot overbelasting van de vrijwilligers en mantelzorgers en tot een
nieuwe vraag naar het professionele zorgaanbod.
Zelfstandige huisvesting leidt niet vanzelfsprekend tot meer
maatschappelijke participatie
In elk van de vijf gemeenten is de ervaring dat zelfstandige
huisvesting niet zonder meer leidt tot een grotere deelname aan de
samenleving door mensen met beperkingen. De meeste ondervraagden
kennen voorbeelden van uitsluiting, isolement en vereenzaming. Zij
ervaren een verharding in de samenleving en zijn bang dat de tendens
tot uitstoting van mensen die `afwijkend' gedrag vertonen alleen maar
sterker zal worden. Hiervan zouden vooral de mensen met een
verstandelijke of een psychiatrische handicap de dupe kunnen worden.
De Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO)
De uitkomsten van het onderzoek zijn van belang voor de nieuw in te
voeren Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO). De in deze wet
voorgenomen bestuurlijke veranderingen kunnen een oplossing bieden
voor de samenwerkingsproblemen die er op lokaal niveau blijken te
bestaan. Een betere samenhang en meer afstemming in
voorzieningenaanbod in de wijk of buurt zijn noodzakelijk om ook
mensen met ernstiger beperkingen in staat te stellen zelfstandig te
wonen en deel te nemen aan het maatschappelijk verkeer.
Tegelijkertijd geven de bevindingen aanleiding om in het toekomstig
beleid voorzichtig te zijn met het vertrouwen op de opvang in en door
de samenleving zelf. De grenzen van de vrijwillige en mantelzorg
lijken te zijn bereikt en verdere beperking van het professionele
aanbod zou kunnen leiden tot onaanvaardbare risico's op
onderverzorging voor de meest kwetsbare mensen.
SCP-publicatie 2005/5, Vermaatschappelijking in de zorg. Ervaringen en
verwachtingen van aanbieders en gebruikers in vijf gemeenten , Herma
Koops, Rick Kwekkeboom, Den Haag, Sociaal en Cultureel Planbureau,
augustus 2005, ISBN 90 377 0214 7, prijs EUR 11,50.
De publicatie is verkrijgbaar bij de boekhandel of te bestellen bij
het SCP via fax 070 - 340 7044,
e-mail: bestel@scp.nl of via de web-site: www.scp.nl
Sociaal en Cultureel Planbureau