Vordering dierenarts om Staat te verplichten opdracht te geven alle
pluimvee op te hokken afgewezen
âs-Gravenhage, 26 augustus 2005 - De voorzieningenrechter van de
rechtbank âs-Gravenhage heeft gisteren de vordering van een dierenarts
om de Staat te verplichten met onmiddellijke ingang alle
pluimveehouders in Nederland opdracht te geven hun pluimvee op te
hokken, afgewezen.
Vanwege het verhoogde risico dat trekvogels die besmet zijn met het
Aviaire Influenzavirus (vogelgriep of vogelpest) Nederland aandoen,
heeft de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit op 18
augustus 2005 de Tijdelijke regeling ter wering van Aviaire Influenza
uitgevaardigd. Op grond van deze regeling geldt een ophokverplichting
voor bedrijfsmatig gehouden pluimvee.
Uit artikel 2 van de regeling blijkt dat de regeling niet van
toepassing is op vier categorieën pluimvee, waaronder
niet-bedrijfsmatig gehouden pluimvee.
De vordering van eiser komt volgens de voorzieningenrechter neer op
een gebod aan de Staat om artikel 2 van de Tijdelijke regeling in te
trekken of buiten toepassing te laten. De voorzieningenrechter
overweegt dat het bij deze regeling gaat om materiële wetgeving en
alleen de Minister bevoegd is een dergelijke regeling te treffen en te
beslissen over de reikwijdte van zoân regeling. Het handelen van de
Minister is onderworpen aan controle door de volksvertegenwoordiging.
Er ligt hier naar het oordeel van de voorzieningenrechter geen taak of
bevoegdheid voor de rechter.
LJ Nummer
AU1510
Bron: Rechtbank 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 26 augustus 2005
Rechtbank 's-Gravenhage