Richtlijnen milieu-effectrapport Breda Oost door college vastgesteld
Het college van burgemeester en wethouders gaat de raad voorstellen om
de richtlijnen van de Commissie voor de m.e.r. voor de
milieueffectrapportage Breda Oost over te nemen.
Ook heeft het college kennisgenomen van het oordeel van de Commissie
over de Strategische Milieubeoordeling (SMB) Breda Oost.
Zoals bekend is de gemeente Breda voornemens het gehele gebied Breda
Oost tot ontwikkeling te brengen. Voor het zuidwestelijk deel van dit
gebied wordt momenteel een structuurplan opgesteld.
In het structuurplan Breda-Oost is ondermeer de ontwikkeling van
woningen, een bedrijventerrein, een wijkontsluitingsweg, een
evenementencomplex en de ontwikkeling van de voormalige vuilstort
Bavel door derden opgenomen. Ook het herstel en versterken van de
Gilzerwouwerbeek en de Molenleij in combinatie met natuur- en
landschapsontwikkeling maken deel uit van het structuurplan. De
gevolgen van deze ontwikkelingen voor het milieu in brede zin worden
in de Strategische Milieubeoordeling in beeld gebracht.
Strategische Milieubeoordeling (SMB)
De Commissie is van mening dat de Strategische Milieubeoordeling een
globale, kwalitatieve beschouwing biedt, waarin verkend is binnen
welke bandbreedte de verstedelijkingsopgave in of nabij het gebied is
te realiseren en welke effecten dat zou kunnen hebben. De Commissie
gaat ervan uit, dat in de m.e.r.-procedure(s) die volgen op het
milieurapport, meer uitgewerkte en zo mogelijk kwantitatieve
informatie beschikbaar komt. Men zou dit het liefst zien tot op het
detailniveau, dat vereist is voor de besluiten over de
bestemmingsplannen, die met woningbouw, bedrijventerreinen en
recreatieve ontwikkelingen te maken hebben.
Inspraakreacties
Het voorontwerp structuurplan en de SMB, die tevens dient als
startnotitie m.e.r., hebben van 2 juni tot en met 30 juni 2005 ter
inzage gelegen. Tijdens deze periode heeft de gemeente een
informatieavond en een inspraakavond georganiseerd. De avonden zijn
druk bezocht en er zijn circa 90 reacties binnengekomen. De
binnengekomen inspraakreacties zijn gestuurd naar de Commissie voor de
m.e.r. , die deze reacties heeft gebruikt bij het beoordelen van de
SMB en het opstellen van advies voor de richtlijnen voor het
milieueffectrapport. De commissie voor de m.e.r. heeft een
locatiebezoek gebracht en heeft op basis van de inspraakreacties het
advies voor de richtlijnen uitgebracht.
Advies voor de richtlijnen
De Commissie beschouwt de volgende punten als essentiële informatie in
het milieueffectrapport:
* Een onderbouwing van de behoefte aan woningen en
bedrijventerreinen(omvang en typen) en heldere doelen voor
ecologie, water, verkeer, leefmilieu een duurzaamheid.
* Een meest milieuvriendelijk alternatief dat is opgebouwd uit:
* Optimalisering van de groenblauwe zones
* Voorkomen van sluipverkeer
* Een planologische opzet, waarmee overlast (geluid e.d.) voor wonen
beperkt wordt
* Hoge duurzaamheidsambities
* De effecten van de onderzochte alternatieven, bijvoorbeeld de mate
waarin het water als ordenend principe is toegepast, de invloed op
het natuurlijk watersysteem en de risico's op wateroverlast
benedenstrooms, maar ook de opzet van de verkeersstructuur, de
kwaliteit van de verkeersafwikkeling en de effecten van verkeer.
Verdere procedure
De raad wordt voorgesteld het advies van de richtlijnen van de
Commissie voor de m.e.r. integraal over te nemen en deze richtlijnen
vast te stellen als richtlijnen voor het milieueffectrapport Breda
Oost. Mocht de raad besluiten het advies van de Commissie integraal
over te nemen in de richtlijnen, dan heeft dit een positief effect op
de planologische en stedenbouwkundige planvorming.
Breda, 24 augustus 2005
Gemeente Breda