Vuurwerk meester
Een onderzoek naar de certificering van vakbekwaamheid vuurwerk
Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
R05/10 juni 2005
ISSN 1383-8733
ISBN 90-5079-128-X
2 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
Voorwoord
Recente rampen waarbij vuurwerk in het geding was, hebben de minister aanleiding gegeven
per 1 maart 2002 de certificering van vakbekwaamheid vuurwerk verplicht te stellen. Een certi-
ficaat moet ervoor garant staan dat de houder ervan beschikt over kennis en vaardigheden,
waardoor hij in staat is een evenement zonder risico's voor zichzelf en het publiek te verzorgen.
De Arbeidsinspectie heeft vastgesteld dat de afstekers van vuurwerk, ondanks het bezit van een
verplicht certificaat, onvoldoende doordrongen zijn van de risico's in hun werk. Dat gaf IWI
aanleiding onderzoek te doen naar de rol van Kiwa bij het afgeven van certificaten voor vakbe-
kwaamheid vuurwerk en naar het doelbereik van het stelsel van verplichte certificering.
Met dit onderzoek beoogt de Inspectie Werk en Inkomen een bijdrage te leveren aan het
voortbestaan van een stelsel, waarin de risico's die zijn verbonden aan het afsteken van vuur-
werk zijn beheerst en waarin het publiek erop mag vertrouwen dat het zonder gevaar een
vuurwerkevenement kan bijwonen.
Mr. L.H.J. Kokhuis
Inspecteur-generaal
3 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
4 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
Inhoud
1 Inleiding 7
2 Actoren op het werkveld vakbekwaamheid vuurwerk 9
3 Het stelsel van verplichte certificering 11
3.1 Inrichting van het stelsel 11
3.2 Doelbereik 12
4 Kiwa als certificerende instantie 13
5 Conclusies en oordeel 15
6 Reactie Kiwa en nawoord IWI 17
Lijst van afkortingen 18
Bijlage: Reactie Kiwa 19
Publicaties van de Inspectie Werk en Inkomen 23
5 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
6 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
1 Inleiding
Na rampen waarbij vuurwerk in het geding was, heeft de overheid besloten het beleid voor het
vervaardigen, transporteren, opslaan en afsteken van (professioneel) vuurwerk aan te scherpen.
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft in dat kader de certificering
van vakbekwaamheid vuurwerk per 1 maart 2002 verplicht gesteld. Dit betekent dat degene die
professioneel vuurwerk afsteekt of onder wiens toezicht vuurwerk wordt afgestoken, moet
beschikken over een geldig certificaat. Doel van deze verplichte certificering is de arbeidsveilig-
heid en gezondheid van de afsteker van vuurwerk te beheersen en daarmee de veiligheid van
het publiek. Deze certificeringsregeling heeft de toen bestaande vakbekwaamheidsregeling van
de minister van Verkeer en Waterstaat geactualiseerd en vervangen.
Kiwa Certificatie en Keuringen NV verstrekt als enige instantie namens de minister certificaten
voor het werkveld vakbekwaamheid vuurwerk en is daarvoor aangewezen op 17 december
1 20021. Om voor deze aanwijzing in aanmerking te komen, heeft Kiwa aangetoond te voldoen
Kiwa Certificatie en Keuringen is aan de door de wetgever gestelde eisen. Deze eisen zijn gesteld, zodat Kiwa vrij van pressie en
een internationaal opererend
kwaliteitszorgbedrijf dat zonder beïnvloeding door anderen haar werkzaamheden kan verrichten. Kiwa heeft tevens aan-
organisaties terzijde staat bij getoond te beschikken over de vereiste deskundigheid en outillage. De aanwijzing geldt tot
complete certificatietrajecten.
In dit rapport wordt de organisatie 1 januari 2007 en kan daarna worden verlengd.
aangeduid met Kiwa.
Een certificaat wordt verstrekt aan een persoon die met goed gevolg een opleiding heeft
gevolgd en die heeft aangetoond te beschikken over ervaring. De certificaathouder dient te
weten welke risico's zich kunnen voordoen bij de uitoefening van zijn werkzaamheden, hoe hij
deze moet beheersen en welke persoonlijke beschermingsmiddelen hij dient te gebruiken.
Eenmaal in het bezit van een certificaat, dient hij zijn kennis te onderhouden; daarvoor is onder
meer jaarlijkse bijscholing vereist. Hij onderhoudt zijn vaardigheden door het afsteken van
vuurwerk volgens de voorgeschreven normen. Een certificaat heeft een geldigheidsduur van vijf
jaar. Verlenging is mogelijk, indien de certificaathouder heeft aangetoond zijn vaardigheden te
hebben onderhouden.
De Arbeidsinspectie (AI) is namens de minister van SZW belast met het toezicht op naleving
van de wet- en regelgeving op het terrein van arbeidsveiligheid en gezondheid. De AI heeft aan
de hand van controles en gerichte onderzoeken vastgesteld dat de gecertificeerde afstekers van
vuurwerk onvoldoende besef tonen van de risico's waaraan zij bij de uitoefening van hun werk-
zaamheden blootstaan. Dat uit zich onder meer tot het in onvoldoende mate gebruik maken
van persoonlijke beschermingsmiddelen.
De Inspectie Werk en Inkomen (IWI) houdt namens de minister van SZW toezicht op Kiwa.
Kiwa dient jaarlijks de minister te informeren over haar certificerende werkzaamheden. IWI
beoordeelt deze informatie en doet daarnaast werkveldonderzoeken en risicogerichte onder-
zoeken. De inspectie heeft naar aanleiding van de uitkomst van de onderzoeken van de AI
besloten het werkveld vakbekwaamheid vuurwerk nu te onderzoeken.
In dit rapport geeft IWI een oordeel over het functioneren van Kiwa als certificerende instan-
tie. Ook oordeelt IWI in dit rapport over het stelsel van verplichte certificatie op het terrein
van vakbekwaamheid vuurwerk.
Hiervoor heeft de inspectie zich de volgende vragen gesteld:
· Is de certificatie van vakbekwaamheid vuurwerk zodanig ingericht dat de veiligheid en gezond-
heid van degenen die professioneel vuurwerk afsteken, beheerst is?
· Hoe functioneert Kiwa als certificerende instantie in het werkveld vakbekwaamheid vuurwerk?
Om de vragen te beantwoorden, heeft de inspectie:
· zich georiënteerd op het werkveld vuurwerk door bestudering van de toepasselijke wet- en
regelgeving, van rapporten over vuurwerk en van audits die Kiwa heeft uitgevoerd;
· interviews gehouden met aanstuurders, handhavers en uitvoerders op het werkveld;
· discussiebijeenkomsten voor handhavers en de branche bijgewoond;
7 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
· onderzocht of Kiwa zich houdt aan de voorwaarden en verplichtingen die uit de aanwijzing tot
certificerende instantie voortvloeien;
· andere onderzoeken, waarin Kiwa toezichtobject was, bestudeerd.
De inspectie heeft zich in het onderzoek gericht op het professioneel afsteken van groot vuur-
werk; het theatervuurwerk is vanwege geringere risico's dan bij groot vuurwerk buiten
beschouwing gelaten. Ook heeft de inspectie de aandacht voor wet- en regelgeving in de oplei-
ding voor vuurwerkdeskundigen buiten beschouwing gelaten; de AI heeft dit reeds onder de
aandacht van Kiwa gebracht.
8 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
2 Actoren op het werkveld
vakbekwaamheid vuurwerk
Bij een vuurwerkevenement zijn meerdere actoren betrokken met eigen verantwoordelijkhe-
den. Het Ministerie van SZW draagt verantwoordelijkheid voor de arbeidsveiligheid en gezond-
heid van de professionele afstekers van vuurwerk en de handhaving daarvan. Binnen de over-
heid is het Ministerie van VROM aangewezen als coördinerend ministerie; onder leiding van
VROM vindt periodiek interdepartementaal overleg plaats. Elk aansturend orgaan heeft zijn
eigen, specifieke regels.De afstekers van vuurwerk en hun werkgevers dienen al deze regels na
te leven. Het toezicht op naleving wordt uitgeoefend door verschillende inspectiediensten van
de overheid. IWI heeft onderzocht welke actoren zijn betrokken bij de bereiking van de
arbeidsveiligheid en gezondheid van de afstekers van vuurwerk.
Kiwa
Kiwa is een instantie die van oudsher keuringen van waterartikelen verricht. Thans verstrekt
Kiwa certificaten voor systemen, producten, vakbekwaamheid van personen, aspecten en pro-
cessen. De staatssecretaris van SZW heeft Kiwa op 17 december 2002 aangewezen voor het
certificeren van vakbekwaamheid professioneel vuurwerk. Kiwa is de enige certificerende
instelling op het gebied van vuurwerk. De aanwijzing is geldig tot 1 januari 2007. De eerste cer-
tificaten zijn in 2002 verstrekt. Gezien de geldigheidsduur van een certificaat (vijf jaar), zal Kiwa
voor het eerst in 2007 overgaan tot verlenging van verstrekte certificaten.
College van Deskundigen
Elke certificerende instelling laat zich ondersteunen door een College van Deskundigen (CvD).
Het college op het werkveld vakbekwaamheid vuurwerk bestaat uit een voorzitter, zes leden,
een secretaris en vijf waarnemers. De voorzitter is onafhankelijk, de leden zijn afkomstig uit de
brancheorganisaties (Vuurwerk Evenementen Nederland, Professioneel Vuurwerk Pyrotechniek
en Toepassingen, Event Platform) en de certificaathouders. Het college krijgt ondersteuning van
een aantal adviseurs (de departementen van SZW, VROM, V&W, TNO, VNG, opleidingsinstitu-
ten) en een rapporteur. Alleen de voorzitter en de leden hebben stemrecht. De secretaris is in
dienst van Kiwa. Het college beheert de certificatie-eisen, inclusief de wijzigingen, en is
bevoegd een bindend advies uit te brengen over de interpretatie van de eisen, mits dit advies
binnen de geldende regelgeving valt. Kiwa dient de certificatie-eisen normconform toe te
passen bij het toetsen van de aanvragen van certificaten.
Raad voor Accreditatie
De Raad voor Accreditatie houdt ten behoeve van de overheid, bedrijfsleven en consumenten-
organisaties toezicht op organisaties in de publieke en private sector die de kwaliteit beoorde-
len van producten, werkprocessen en meetinstrumentaria. Op verzoek kan de Raad een organi-
satie op grond van vastgelegde criteria doorlichten en bij gebleken competentie een
accreditatie verlenen. Accreditatie is een belangrijke manier om de competentie van de instel-
ling te bewijzen. Het systeem van accreditatie is gericht op een continue verbetering van kwali-
teit, door het toepassen van normen en door het leren van fouten. Kiwa heeft de intentie uit-
gesproken om zich specifiek te laten accrediteren op het werkveld vakbekwaamheidvuurwerk.
Ministerie van SZW
SZW is onder meer verantwoordelijk voor de voorbereiding van regelgeving op het terrein van
arbeidsveiligheid en gezondheid. De aanscherping van de regelgeving rond het werken met
vuurwerk is in de loop van 2002 afgerond. Voorzien is in een ruime implementatieperiode,
waarin mede aandacht is besteed aan de gevolgen van het nieuw opgezette stelsel van certificering.
SZW is als waarnemer vertegenwoordigd in het CvD. SZW heeft aangegeven een wijziging in
de opzet van het CvD van belang te achten, omdat bundeling van deskundigheid op aanver-
wante werkvelden efficiënter lijkt.
Arbeidsinspectie
De AI is op grond van de Arbeidsomstandighedenwet belast met het toezicht op de naleving
van de regelgeving van SZW. In haar toezicht ontmoet de AI andere inspecties, belast met het
9 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
toezicht op naleving van regelgeving met betrekking tot de productie, de opslag en het trans-
port van vuurwerk en de veiligheid van het publiek. Het gaat onder meer om de inspecties van
VROM, Verkeer en Waterstaat, politie en brandweer. Inspecties hebben slechts bevoegdheden
op hun eigen beleidsterrein. Er is geen coördinerende inspectie.
De AI verricht controles ter plaatse en verricht ook thematische onderzoeken naar de naleving
van de regelgeving. De AI houdt sinds de aanscherping van de regels rond het afsteken van
vuurwerk in 2002 gericht onderzoek naar de naleving van de bepalingen in de arbeidsomstan-
dighedenwet en de daarop gebaseerde regels. Deze onderzoeken hebben betrekking op de
handhaving van arbeidsveiligheid en gezondheid van de afstekers van vuurwerk.
Vuurwerkbedrijven en deskundig vuurwerkafstekers/bezigers
Er zijn in Nederland op dit moment ongeveer twintig vuurwerkbedrijven. De laatste jaren is het
aantal bedrijven sterk afgenomen. Er is een openbaar register van vuurwerkdeskundigen.
Hieruit blijkt dat ongeveer 140 personen een certificaat professioneel groot vuurwerk (buiten-
vuurwerk) dan wel speciale pyrotechnische effecten (theatervuurwerk) hebben. De meesten
zijn gecertificeerd in 2002 en 2003. In 2004 hebben slechts acht personen een certificaat ont-
vangen. Uit verklaringen van onder meer de Arbeidsinspectie en het Rijksinstituut voor
Volksgezondheid en Milieu (RIVM) blijkt dat het afsteken van vuurwerk doorgaans een nevenbe-
trekking is. Door het geringe aantal evenementen bestaat er volgens experts het risico dat
vuurwerkdeskundigen hun vaardigheden onvoldoende kunnen onderhouden. Het risico dat zij
niet kunnen voldoen aan de frequentienorm is evenwel niet aanwezig2.
2
Volgens de certificatienorm moet Opleidingsinstituten
een vuurwerkdeskundige in vijf jaar
tenminste tien maal een In de regelgeving staan de eindtermen, waaraan de certificerende instantie, in dit geval Kiwa,
vuurwerkevenement moet toetsen. Het College van Deskundigen heeft op basis hiervan opleidingseisen gesteld. De
hebben verzorgd.
opleiding tot vuurwerkdeskundige wordt verzorgd door de Hogeschool Utrecht.
Kiwa heeft de PT-groep van de Hogeschool Utrecht erkend als opleidingsinstituut voor vakbe-
kwaamheid vuurwerk. De erkenning dateert uit 2002. Het betreft een opleiding op lager
beroepsniveau. De opleiding bestaat uit vijf theoretische modules, waarin onder meer aandacht
wordt besteed aan de toepasselijke wet- en regelgeving en het opstellen van een vuurwerkplan,
en een praktische module waarin de kennis wordt beproefd. De opleiding wordt afgesloten met
een examen.
Een Nederlands certificaat is noodzakelijk voor het werken met vuurwerk in Nederland. De
module wet- en regelgeving dient te worden gevolgd door degenen die, in het bezit van een
diploma van een door Kiwa erkend buitenlands opleidingsinstituut, voor een Nederlands certi-
ficaat in aanmerking willen komen.
Kiwa heeft eind 2004 twee nieuwe opleidingsinstituten erkend, zij het dat de uitvoering nog op
normconformiteit moet worden getoetst. Voor de erkenning van een opleidingsinstituut maakt
Kiwa gebruik van de normen die de minister op voorstel van het College van Deskundigen
heeft vastgesteld.
Samenvatting
Op het werkveld vakbekwaamheid vuurwerk zijn meerdere actoren gezamenlijk verantwoorde-
lijk voor het bereiken van de arbeidsveiligheid en gezondheid van de afstekers van vuurwerk.
SZW draagt de eindverantwoordelijkheid voor het functioneren van het stelsel.
10 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
3 Het stelsel van verplichte certificering
De overheid gebruikt certificatie als instrument om te voorzien in publieke belangen op het
gebied van handel, veiligheid, gezondheid en milieu. Daarvoor bestaan diverse motieven, zoals
de wens om te komen tot minder centrale regelgeving en het versterken van de eigen verant-
woordelijkheid van marktpartijen. Ook wil de overheid daarmee noodzakelijke expertise benut-
ten die zij zelf niet of onvoldoende in huis heeft. De consequentie daarvan is dat de overheid
en de markt met elkaar samenwerken. De overheid geeft de kaders aan, de markt is verant-
woordelijk voor de operationalisering daarvan. Uiteraard dient deze operationalisering te
passen binnen de kaders van de overheid. Aldus komen de toepasbare normen tot stand in
publiek/private samenwerking.
De inspectie heeft zich ook de vraag gesteld of door de invoering van het stelsel van verplichte
certificering van vakbekwaamheid vuurwerk op de aangegeven wijze is ingericht en of de
arbeidsveiligheid en gezondheid van de afstekers van vuurwerk wordt bevorderd. Om deze
vraag te beantwoorden heeft de inspectie gekeken naar de inrichting van het stelsel van ver-
plichte certificering en of het hiermee beoogde doel is bereikt.
3.1 Inrichting van het stelsel
Op het werkveld vakbekwaamheid vuurwerk bestond vóór 1 maart 2002 een stelsel van certifi-
catie. Met een certificaat kon een afsteker van professioneel vuurwerk aantonen dat hij
beschikte over kennis en vaardigheden om zijn werk goed te kunnen verrichten. De minister
van SZW was van mening dat de eisen voor de vereiste kennis en vaardigheden moesten
worden geactualiseerd en aangescherpt, opdat de afstekers van vuurwerk zich meer bewust
zouden zijn van de risico's die zijn verbonden aan het afsteken van vuurwerk en daarnaar
zouden handelen. Hij voerde per genoemde datum een nieuw stelsel van verplichte certificering in.
Tot 1 december 2004 stonden de eisen aan kennis, waaraan een vakbekwaam vuurwerkdeskun-
dige moet voldoen, in een bijlage bij de Arbeidsomstandighedenregeling. De eisen waren ten
dele gedetailleerd en ten dele weinig specifiek. De regels waren tot stand gekomen in
publiek/private normontwikkeling. In het kader van deregulering heeft de minister de
genoemde bijlage, bevattend de kenniseisen, ingetrokken. Per 1 december 2004 verwijst de
minister voor de kenniseisen rechtstreeks naar de certificatieregeling die Kiwa op 14 februari
2002 heeft opgesteld; deze regeling bevat dezelfde eisen als voornoemde bijlage bij de
Arbeidsomstandighedenregeling. De regeling heeft Kiwa opgesteld in februari 2002.
Om voor een certificaat in aanmerking te komen, dient de certificaathouder een erkende oplei-
ding met goed gevolg te hebben afgelegd. Voor wat betreft zijn vaardigheden dient hij aan te
tonen dat hij op de hoogte is van de stand van de techniek en dat hij tenminste tien maal onder
deskundig toezicht professioneel vuurwerk heeft afgestoken. Tot slot dient hij zich te confor-
meren aan de vastgestelde gedragscode. De minister heeft geen eisen aan vorm en inhoud
daarvan gesteld.
Voor het onderhouden van kennis en vaardigheden heeft de minister geen inhoudelijke regels
gesteld. Kiwa is daartoe wel overgegaan.
Een certificaat kan opnieuw worden verstrekt na het verstrijken van de eerste geldigheidsduur.
De certificaathouder dient dan te voldoen aan de entree-eisen en tevens dient hij in vijf jaar
tenminste tien maal zelfstandig een vuurwerkevenement te hebben verzorgd.
Een certificaat kan ook worden geschorst of ingetrokken; dit is met name het geval indien de
certificaathouder zich niet houdt aan de voorwaarden die aan een certificaat zijn verbonden.
Kiwa heeft daartoe de bevoegdheid. In de regelgeving ontbreekt een nadere uitwerking voor
het gebruik van de bevoegdheid. Ook ontbreken andere mogelijkheden om naleving van voor-
11 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
waarden die aan het gebruik van een certificaat zijn verbonden af te dwingen, zoals bijvoor-
beeld de oplegging van een boete.
Kiwa heeft regels gesteld voor de intrekking van een certificaat. Deze regels worden thans her-
zien. Kiwa geeft aan behoefte te hebben aan ondersteuning door het College van Deskundigen.
3.2 Doelbereik
Het doel dat de minister voor ogen stond bij de invoering van de verplichte certificering van
vakbekwaamheid vuurwerk was vooral de beheersing van risico's bij het afsteken van vuurwerk.
Uit de onderzoeken van de AI kan worden afgeleid dat dit doel niet geheel is bereikt.
De AI is van mening dat dit mede wordt veroorzaakt, omdat de opleiding niet voldoende aan-
dacht besteedt aan de actuele wet- en regelgeving en dat de certificaathouder niet wordt
getoetst op zijn kennis dienaangaande, voordat hij een certificaat krijgt. Omdat de markt voor
certificaathouders verzadigd is en de opleidingen nagenoeg stilliggen, heeft de inspectie beslo-
ten dit aspect niet in het onderzoek te betrekken. Bovendien heeft de AI dit aspect in haar toe-
zicht betrokken.
Omdat uit de inrichting van het stelsel van verplichte certificering het gebrek aan besef van
risico's bij het afsteken van vuurwerk niet kan worden verklaard, heeft de inspectie onderzocht
of een verklaring is te vinden in de argumenten van de certificaathouders zelf. Tijdens een
expertmeeting, georganiseerd door het RIVM in het kader van zijn onderzoek, brachten zij naar
voren:
· "Wij worden geacht beschermingsmiddelen te gebruiken. Het slechte voorbeeld geven de handhavers
die op locatie deze middelen zelf niet gebruiken";
· "Als wij geen beschermingsmiddelen gebruiken dan doen wij dat om de reacties van het publiek waar
te nemen";
· "Vóór de verplichte certificering waren wij verantwoordelijk voor het bewaken van de veiligheid van
onszelf en het publiek. Sinds de verplichte certificering zijn wij gericht op naleving van door anderen
bedachte regels";
· "Als wij incidenten melden (om herhaling van fouten te voorkomen), krijgen wij een proces-verbaal
vanwege gemaakte fouten. Meldingen laten wij om die reden achterwege";
· "In de uitoefening van ons werk lopen talloze inspecteurs, die kijken of wij ons aan de regels houden";
ons letterlijk voor de voeten;
· "Als de overheid ons daarom vraagt, zijn wij bereid mee te denken aan het afdekken van risico's".
De inspectie is van mening dat uit voornoemde opmerkingen kan worden afgeleid dat de certi-
ficaathouders op de hoogte zijn van de regels waaraan zij zich dienen te houden, maar dat ken-
nelijk het draagvlak om de regels toe te passen ontbreekt.
12 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
4 Kiwa als certificerende instantie
Kiwa dient als certificerende instantie te voldoen aan de eisen, voortvloeiend uit wet- en regel-
geving, en aan de voorwaarden die zijn verbonden aan de aanwijzing.
Uit het onderzoek, dat aan de aanwijzing vooraf ging, en uit de informatie die Kiwa aan de
minister heeft verstrekt over de uitvoering gedurende de jaren 2002-2004 heeft de inspectie
vastgesteld dat Kiwa voor het werkveld vakbekwaamheid vuurwerk voldoet aan de aan haar
gestelde verplichtingen en voorwaarden. Kiwa heeft zich echter, ondanks haar toezegging, voor
het werkveld vakbekwaamheid vuurwerk nog niet laten accrediteren door de Raad voor
Accreditatie.
Kiwa opereert als certificerende instantie op een terrein waarop publiek/private samenwerking
wordt beoogd. Tot 1 december 2004 paste Kiwa bij de certificering van vakbekwaamheid vuur-
werk de normen van de minister toe, neergelegd in bijlage V bij de Arbeidsomstandigheden-
regeling. Nadien verwijst de minister naar de normen van Kiwa.
Kiwa vervult haar taak als certificerende instantie serieus. Dit leidt de inspectie af uit de vol-
gende feiten:
· Kiwa certificeert alleen opleidingen die voldoen aan de daaraan te stellen opleidingseisen. Deze
eisen zijn opgesteld door het College van Deskundigen. Jaarlijks voert Kiwa een audit uit op
normconformiteit. De rapportages daarvan zijn aan de inspectie aangeboden. Kiwa heeft nog
geen audit kunnen uitvoeren op de uitvoering van het lesprogramma, waaronder het onderdeel
wet- en regelgeving. De opleidingen liggen thans stil.
· Kiwa is beschikbaar om als eerste certificerende instelling mee te werken aan het project `pri-
vaat toezicht'. Dit project, onder leiding van SZW, is gericht op het toezicht op naleving van
voorwaarden die een certificaathouder dient na te leven. Dit project is nog niet gestart.
· Kiwa entameert in het College van Deskundigen discussie over het openbreken van de markt
voor vuurwerkdeskundigen en over het nut en de noodzaak van afspraken over het intrekken
van certificaten.
· Kiwa hanteert eigen regels met betrekking tot verplichte bijscholing, de toetsbaarheid van vaar-
digheden en het intrekken van certificaten waar deze in de regelgeving ontbreken.
· Kiwa heeft een gedragscode opgesteld waaraan certificaathouders zich dienen te conformeren;
· Kiwa levert haar verantwoordingsgegevens juist, tijdig en volledig aan de minister aan.
Kiwa heeft in 2004 slechts acht certificaten afgegeven en moet hiervoor een kwaliteitssysteem
onderhouden. Kiwa heeft aangegeven zich te bezinnen op de voortzetting van de certificering
van vakbekwaamheid vuurwerk. De opbrengst is relatief laag ten opzichte van de kosten die
gepaard gaan met de instandhouding van een systeem, bestaande uit het beheer en onderhoud
van het certificatieschema, de keuring van opleidingen, de inrichting van interne processen en
dergelijke. Indien Kiwa zou besluiten deze taak te beëindigen, ligt de certificering van vakbe-
kwaamheid vuurwerk bij de minister.
13 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
14 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
5 Conclusie en oordeel
Kiwa
In dit onderzoek heeft de inspectie onderzocht of Kiwa, die namens de minister certificaten
vakbekwaamheid vuurwerk afgeeft, haar taak naar behoren uitvoert. Ook heeft de inspectie
onderzocht of de invoering van het stelsel van verplichte certificering van vakbekwaamheid
vuurwerk bijdraagt aan de arbeidsveiligheid en gezondheid van de professionele afstekers van
vuurwerk.
Met betrekking tot Kiwa is de inspectie van oordeel dat zij voldoet aan de eisen die aan haar
als certificerende instantie zijn gesteld. Kiwa dient zich nog wel aanvullend te laten accrediteren
door de Raad voor Accreditatie, conform haar toezegging.
Kiwa stelt zich pro-actief op door het op gang brengen van discussie over de intrekking van
certificaten en het verlenen van medewerking aan een voorgenomen project dat moet leiden
tot aanscherping van de handhaving. Dit is een positieve bijdrage aan de verplichte certificering
van vakbekwaamheid vuurwerk. De inspectie is van mening dat Kiwa op het werkveld vakbe-
kwaamheid vuurwerk optreedt zoals van een certificerende instantie mag worden verwacht.
Het stelsel van verplichte certificering
De inspectie stelt vast dat zowel voor als na 1 december 2004 de inrichting van het stelsel van
verplichte certificering van vakbekwaamheid vuurwerk in publiek/private samenwerking tot
stand is gekomen. Dit is in overeenstemming met de doelstelling van de wetgever.
Ten aanzien van het stelsel van verplichte certificering ziet de inspectie in hoofdlijnen enkele
bedreigingen.
· De markt is verzadigd, Kiwa heeft in 2004 slechts acht certificaten verstrekt en moet hiervoor
een kwaliteitssysteem onderhouden. De vraag is dan of dit voor Kiwa een interessante markt is
om op te opereren. Kiwa heeft aangegeven de certificering van vakbekwaamheid vuurwerk te
heroverwegen. Indien Kiwa zou besluiten de vakbekwaamheid vuurwerk niet meer te certifice-
ren, moet de minister deze taak op zich nemen.
· Voorwaarden die aan een certificaat zijn verbonden hebben onvoldoende effect op de beheer-
sing van risico's die aan het afsteken van vuurwerk zijn verbonden.
· Het ontbreken van andere instrumenten dan intrekking of schorsing van certificaten werkt
belemmerend voor de uitvoering door Kiwa in het stelsel.
· Gezien de verhouding tussen afnemende aantal vuurwerkevenementen (in 2004 ongeveer 800
evenementen) en het aantal certificaathouders (ongeveer 150) bestaat het risico dat kennis en
kunde niet voldoende onderhouden kunnen worden.
· De minister geeft aan dat een certificaathouder moet voldoen aan de normen die Kiwa in 2002
heeft vastgesteld. Elke wijziging in deze normen behoeft de goedkeuring van de minister. Het
risico bestaat dat Kiwa de normen al heeft aangepast, bijvoorbeeld op basis van de stand van de
techniek, zonder dat in de regelgeving naar deze nieuwe normen wordt verwezen. Er bestaat
dan een spanning tussen de legitimiteit en de wenselijkheid van de toegepaste normen.
De inspectie is van mening dat voornoemde risico's tezamen afbreuk kunnen doen aan het
voortbestaan van het stelsel van verplichte certificering van vakbekwaamheid vuurwerk.
15 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
16 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
6 Reactie Kiwa en nawoord IWI
De inspectie legt al haar conceptrapportages voor een bestuurlijke reactie voor aan de betrok-
ken organisatie en neemt de kern van deze reactie op in het rapport. Hierna volgt een korte
samenvatting van de reactie van Kiwa op het conceptrapport en het commentaar van IWI
hierop. De volledige reactie van Kiwa is opgenomen in de bijlage.
Reactie Kiwa
In haar brief van 6 juni 2005 heeft Kiwa aangegeven de bevindingen en conclusies in het rapport
te onderschrijven. Kiwa ziet aangrijpingspunten voor verbeteringen ten aanzien van de formule-
ring van kennis en vaardigheden van de afstekers van vuurwerk, ten aanzien van het intrekken
van certificaten, ten aanzien van de kwaliteit van de opleidingen en de samenstelling van het
College van deskundigen. Zij heeft aangegeven welke verbeteringen zij het afgelopen jaar heeft
aangebracht met betrekking tot de verbetering in de certificering van vakbekwaamheid vuur-
werk en welke verbeterpunten reeds in gang zijn gezet. Daarbij heeft Kiwa zich mede laten
leiden door onderzoeken van de Arbeidsinspectie over vakbekwaamheid vuurwerk. Tot slot
geeft Kiwa aan aanvullende accreditatie aan de Raad voor Accreditatie te vragen, nadat de aan-
gegeven verbeteringen in de processen zijn aangebracht.
Nawoord IWI
De inspectie stelt vast dat Kiwa de bevindingen en conclusies van de inspectie onderschrijft en
blijft streven naar verbeteringen ten aanzien van de certificering van vakbekwaamheid vuur-
werk. De inspectie heeft naar aanleiding van deze reactie haar positieve oordeel over het func-
tioneren van Kiwa in hoofdstuk vijf nader geduid.
17 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
Lijst van afkortingen
AI Arbeidsinspectie
Arbo Arbeidsomstandigheden
CI Certificerende instantie
CvD College van Deskundigen
IWI Inspectie Werk en Inkomen
PT-groep Post Tertiair Onderwijs van de Hogeschool Utrecht
PVT Professioneel Vuurwerk en Toepassingen
RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
RvA Raad voor Accreditatie
SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
TNO Instituut voor Natuurwetenschappelijk Onderzoek
VNG Vereniging van Nederlandse Gemeenten
V&W Ministerie van Verkeer en Waterstaat
VROM Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieuhygiëne
18 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
Bijlage 1
Bijlage Reactie Kiwa
19 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
20 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
21 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
22 Inspectie Werk en Inkomen Vuurwerk meester
Publicaties van de
Inspectie Werk en Inkomen
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid