KPMG
IFRS leidt nog niet tot meer consistentie bij
verzekeringsmaatschappijen
23 augustus 2005
De invoering van de nieuwe verslaggevingsregels leidt nog niet tot
meer consistentie in de verslaggeving door Europese
verzekeringsmaatschappijen. Hoewel veel bedrijven een aantal
voorlopige keuzes hebben gemaakt bij de toepassing van de nieuwe
regels, leiden deze nog niet tot een betere onderlinge
vergelijkbaarheid van de resultaten.
Bij de overgang naar IFRS blijken de meeste bedrijven te kiezen voor
waardering tegen actuele waarde van financiële instrumenten en
waardering van verzekeringsverplichtingen volgens de lokale
waarderingsgrondslagen. De resulterende mismatch lossen zij op door
toepassing van shadow accounting of opname van discretionaire
winstdelingsverplichtingen. De mate waarin deze keuzes worden gemaakt
is echter over het algemeen niet duidelijk. Dit blijkt uit onderzoek
van KPMG naar de gevolgen van de invoering van IFRS op het vermogen en
het resultaat bij Europese verzekeringsmaatschappijen.
Bijna alle verzekeringsmaatschappijen blijken gebruik te maken van de
fresh-startbenadering voor pensioenverplichtingen en te kiezen voor
het niet-retrospectief aanpassen van goodwill, constateert Petri
Hofsté, partner bij KPMG Financial Services. Daarnaast wijzen zij
bepaalde beleggingen aan als actuele waarde via de resultatenrekening
en stellen zij alle cumulatieve koersverschillen op nul. Vermogen en
resultaat blijken overigens door de invoering van IFRS niet in
dezelfde mate te worden beïnvloed. Dit komt enerzijds doordat de
verschillende Europese verzekeringsmaatschappijen onder lokale
waarderingsgrondslagen al grote onderlinge verschillen kennen en
anderzijds doordat onder IFRS verschillende keuzes worden gemaakt.
Hoewel de onderlinge verschillen tussen verzekeringsmaatschappijen
hiermee wel zijn verkleind, is er nog geen sprake van echte
consistentie tussen de bedrijven.
Uit het onderzoek blijkt voorts dat verzekeringsmaatschappijen onder
IFRS een grotere volatiliteit in resultaat en vermogen verwachten. De
grootste volatiliteit bij verzekeringsmaatschappijen komt voort uit de
standaarden voor beleggingen, waarbij posten in het algemeen tegen
actuele waarde worden gewaardeerd, en verzekeringsverplichtingen, die
globaal gesproken het voortzetten van huidige, vaak nominale
waardering, toestaan. De meeste verzekeringsmaatschappijen geven aan
dat ze daarom in de toekomst steeds meer zullen sturen op
performance-indicatoren die niet veranderen door invoering van IFRS,
zoals operationeel resultaat, omzet, waarde van nieuwe productie van
verzekeringspolissen en embedded value. Hofsté: Zij benadrukken dat de
kasstromen door IFRS geen verandering ondergaan en dat ook de
mogelijkheid om dividend uit te keren niet wezenlijk verandert. Ook
zal de berekening van de kapitaaleisen van de toezichthouder en
economic capital bijna niet worden beïnvloed door de invoering van
IFRS, omdat hiervoor andere waarderingsregels gelden. Overigens zullen
de definitieve keuzes pas blijken bij de presentatie van de
jaarrekening over 2005 die moet worden opgesteld onder volledige
toepassing van IFRS .
Voor nadere informatie: Andy Bellm, telefoon (020) 656 7039
© 2005 KPMG Holding N.V., member of KPMG International, a Swiss
cooperative. All rights reserved.