Lijst Pim Fortuyn
Kamervragen LPF over Delfts gezin
22/08/2005 - Naar aanleiding van de uithuisplaatsing van 14 kinderen
uit één gezin in Delft heeft Kamerlid Kraneveldt (LPF) vragen gesteld
aan minister Van der Hoeven (OCW). Margot Kraneveldt vraagt zich onder
andere af hoe het mogelijk is dat ten minste twee kinderen in het
gezin niet naar school gingen omdat ze op hun broertjes en zusjes
moesten passen.
Kraneveldt, zowel woordvoerder Jeugdzorg als woordvoerder Onderwijs
van de Lijst Pim Fortuyn, is geschokt door de berichten in de media
over het gezin in Delft, waarvan 14 kinderen uit huis zijn gehaald
door Bureau Jeugdzorg. Hoe is het in hemelsnaam mogelijk dat het zover
kon komen, aldus Kraneveldt, die zich afvraagt bij welke zorg- en
onderwijsinstanties dit gezin in beeld was. Er ontbreekt nog veel
informatie over dit gezin, waardoor ik niet kan beoordelen waar en
door wie er fouten zijn gemaakt. Ik doe niet mee aan de hype om het
Bureau Jeugdzorg in dit soort gevallen direct de schuld te geven. Het
kan zijn dat daar nooit bruikbare signalen zijn ontvangen over dit
gezin, en dat het bureau nu juist uitstekend heeft gehandeld door bij
de eerste aanleiding de kinderen direct uit huis te halen. Waar de
kinderen, van wie de meeste leerplichtig zijn, echter wél in beeld
zouden moeten zijn geweest, is het onderwijs.
Kraneveldt wil weten welke kinderen uit het gezin naar school gingen
en welke niet, en wat de rol van de verantwoordelijke
leerplichtambtenaar is geweest, welke waarschuwingstekenen daar zijn
binnengekomen, welke actie daarop is ondernomen en of er op enig
moment contact is geweest tussen de school/leerplichtambtenaar en
Bureau Jeugdzorg. Uit de berichten in de media begrijp ik dat
tenminste twee kinderen niet naar school gingen. Daarover moeten toch
signalen zijn binnengekomen bij de school, en vervolgens bij de
leerplichtambtenaar. Misschien was er ook wel schoolverzuim onder de
andere kinderen.
Wat hieraan is gedaan en of de ouders al eens tot de orde zijn
geroepen, zijn vragen die Kraneveldt beantwoord wil zien.
Vragen van het lid Kraneveldt (LPF) aan de Minister van Onderwijs,
Cultuur & Wetenschap over de berichten rondom een gezin in Delft,
waarvan 14 kinderen acuut uit huis zijn geplaatst door Bureau
Jeugdzorg Haaglanden
1. Bent u bekend met de berichten in diverse media van 18 en 19
augustus dat 14 kinderen uit één gezin in Delft acuut uit huis
zijn geplaatst door Bureau Jeugdzorg Haaglanden?
2. Kunt u aangeven welke van deze kinderen, van wie de meeste de
schoolgaande leeftijd hebben, wel en welke niet naar school gaan
of gingen?
3. Kunt u aangeven wanneer de leerplichtige kinderen die niet naar
school gingen, voor het laatst naar school zijn geweest?
4. Zijn deze kinderen op enig moment in beeld geweest bij de
verantwoordelijke leerplichtambtenaar?
5. Indien het antwoord op vraag 4 bevestigend luidt, kunt u dan
aangeven welke actie(-s) er door de betreffende school of scholen
en/of de leerplichtambtenaar zijn ondernomen om de oorzaak van het
schoolverzuim te achterhalen en de ouders op hun
verantwoordelijkheden te wijzen?
6. Indien het antwoord op vraag 4 bevestigend luidt, kunt u dan
aangeven hoe het ondanks eventuele actie(-s) mogelijk is dat deze
kinderen niet naar school gingen?
7. Zijn er op enigerlei moment bij de school of de
leerplichtambtenaar signalen binnengekomen dat de situatie in dit
gezin zeer problematisch was en zo ja, wat waren die signalen en
hoe is daarop gereageerd?
8. Indien het antwoord op vraag 7 bevestigend luidt, kunt u dan
aangeven of er op enig moment contact is geweest tussen school
en/of leerplichtambtenaar en Bureau Jeugdzorg Haaglanden en wat
dat contact voor resultaat heeft gehad?
9. Ziet u op grond van het schoolverzuim in dit gezin aanleiding om
een onderzoek in te stellen naar de rol van de
leerplichtambtenaar?