Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
2509 LV Den Haag
der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44
Telefax (070) 333 40 33
2513 AA Den Haag
Uw brief Ons kenmerk
FEZ/VBI/2005/62082
Onderwerp Datum
Effectinformatie in de SZW begroting 17 augustus 2005
Aanleiding
Met deze brief reageer ik op uw nadere vragen over de SZW-begroting 2006 (brief van 30
juni 2005 met kenmerk 05-SZW-B-124). Uw vragen hebben betrekking op de door mij op
22 juni 2005 verstrekte gegevens over effect-informatie in de begroting 2006 (29949, nr.
22). U vraagt mij een algemeen oordeel te geven of en in welke mate de SZW-begroting
voor 2006 zal voldoen aan de criteria zoals die in de door de Kamer aangenomen motie-
Douma c.s. (29 949, nr. 11) zijn opgenomen. Tevens verzoekt u mij in een schema per
beleidsartikel aan te geven welke effectindicatoren in de SZW-begroting voor 2006 worden
opgenomen. Ook vraagt u mij om een toelichting in die gevallen waar geen effectindicator
bij een beleidsartikel kan worden opgenomen.
Met de motie Douma heeft u aangegeven dat de beleidsdoelen in de begroting geformuleerd
moeten worden in termen van te realiseren effecten (outcome) of daarvan afgeleide
prestatiegegevens. Daarvan kan alleen kan worden afgeweken als daarvoor in de begroting
en jaarverslag een motivering wordt gegeven volgens het principe `pas toe of leg uit'
(`comply or explain').
Algemeen
Met ingang van 2005 is de begroting van SZW omgevormd naar een begroting waarin sa-
menhangende beleidsdoelen op de artikelen centraal staan. Tegelijkertijd zijn ook de
prestatiegegevens opnieuw beoordeeld en waar nodig aangepast. Bij die gelegenheid is met
de Tweede Kamer intensief gecommuniceerd over de opzet van de SZW-begroting. Bij de
opstelling van de begroting 2006 is een beperkt aantal wijzigingen doorgevoerd, mede als
uitwerking van de aanbevelingen van de VBTB-evaluatie. De verzameling
prestatiegegevens die in de begroting 2005 was opgenomen is kritisch bezien. Waar daartoe
aanleiding bestond zijn nieuwe indicatoren geformuleerd. Tevens zijn de effecten van het
beleid explicieter gemaakt (met effectgegevens) en scherper onderscheiden van de prestaties
van de overheid (prestatiegegevens). In die gevallen waar geen taakstellende indicatoren
kunnen worden geformuleerd wordt de beoordeling van de kwantitatieve ontwikkeling met
kengetallen mogelijk gemaakt. In de bijlage van deze brief is een overzicht per
beleidsartikel opgenomen.
2
Conclusie
Bij de artikelen op de SZW-begroting 2006 is een drietal situaties actueel:
- artikelen 21 t/m 25, 29, 35: algemene doelstelling en/of operationele doelstellingen worden
volledig door effectgegevens afgedekt, d.w.z. 100% comply;
- artikelen 30 t/m 33: algemene doelstelling en/of operationele doelstellingen worden in
belangrijke mate door effectgegevens afgedekt, daar waar dit niet het geval is betreft het
doelstellingen met een gering budgettair beslag, d.w.z. overwegend comply;
- artikel 26 t/m 28, artikel 34: artikelen waarvoor minder of geen effectgegevens
beschikbaar zijn, d.w.z. explain. Zoals ik in mijn brief van 22 juni heb vermeld betreft dit
artikelen op het terrein van de arbeidsverhoudingen, waar de doelstellingen van de regering
in belangrijke mate voorwaardenscheppend zijn. Uitvoering of toepassing van het
instrumentarium liggen overwegend in handen van de sociale partners. Het ligt niet in de
rede om deze doelstellingen te kwantificeren. In de VBTB-systematiek betekent het dat bij
deze artikelen periodieke beleidsdoorlichtingen en evaluaties een nadrukkelijke rol krijgen
in de informatievoorziening over werking en effectiviteit van het beleid.
Mijn slotconclusie is dat de SZW-begroting 2006 aan de criteria van de motie Douma
voldoet.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. A.J. de Geus)
3
Bijlage: overzicht effectgegevens en prestatiegegevens per beleidsartikel
De algemene lijn is dat in de begroting van SZW per begrotingsartikel bij de algemene
doelstelling (AD) of, wanneer dat beter past, bij de operationele doelstelling (OD)
effectgegevens worden gepresenteerd. In onderstaande tabellen geef ik een overzicht van de
opgenomen effectgegevens. Voor de situaties waar effectgegevens ontbreken geef ik de
opgenomen prestatiegegevens of kengetallen. Waar nodig zal ik een toelichting verstrekken.
Bij onderstaand overzicht past de kanttekening dat bespreking van de SZW-begroting in de
Ministerraad nog tot geringe wijzigingen aanleiding kan geven.
Artikel 21 Inkomensbeleid
AD
OD1 effect-indicatoren: standaard-koopkrachtcijfers diverse categorieën (18 reeksen)
OD2 effect-indicatoren: armoedevalcijfers diverse categorieën (10 reeksen)
Toelichting: niet nodig (comply).
Artikel 22 Activerend arbeidsmarktbeleid
AD
OD1 effect-indicator: loonkosten per eenheid produkt
effect-indicator: administratieve lasten door SZW veroorzaakt
prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
omvang van de wig inclusief werkgeverslasten naar inkomensniveau
OD2 prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
aandeel werkenden/werklozen in de beroepsbevolking met startkwalificatie
OD3 effect-indicator: netto arbeidsparticipatie etnische minderheden
effect-indicator: percentage werkloze jongeren
effect-indicator: netto-participatiegraad ouderen
effect-indicator: netto-participatiegraad vrouwen
prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
percentage bezochte bedrijen met overtreding WAV
effect-indicator: nalevingsniveau WAV
OD4 prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
preventiequote WW
prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
preventiequote WWB
prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
uitstroomquote WW
prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
uitstroomquote WWB
prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
vervullingsquote van vacatures
Toelichting: niet nodig (comply).
Artikel 23 Reintegratie
AD
OD1 effect-indicator: sluitende aanpak: hiaatpercentage (betreft personen die geen hulp bij
reïntegratie hebben gekregen maar deze hulp wel nodig hadden als
percentage van totale groep)
effect-indicator: 25%-doelstelling pct. uitstroom naar regulier werk na reïntegratietraject
Toelichting: niet nodig (comply).
Artikel 24 Sociale Werkvoorziening
AD effect-indicator: aantal personen in WSW-werknemersverband als percentage van doelgroep
effect-indicator: aantal arbeidsplaatsen als percentage van aantal plaatsen waarvoor subsidie
effect-indicator: ontwikkeling kosten per standaardeenheid
OD1 prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
verblijfsduur op de wachtlijst WSW
OD2 prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
aantal plaatsingen begeleid werken als percentage van totaal plaatsingen
Toelichting: niet nodig (comply).
4
Artikel 25 Arbeid en Zorg
AD effect-indicator: aantal werknemers dat wil combineren maar dit feitelijk nog niet doet,
als percentage van totaal aantal werknemers dat wil combineren
OD1 effect-indicator: aantal werknemers dat behoefte heeft aan verlof, maar dit nog niet gebruikt,
als percentage van totaal aantal werknemers dat behoefte heeft aan verlof
OD2 effect-indicator: percentage werknemers met een werkgeversbijdrage kinderopvang
effect-indicator: aantal huishoudens dat gebruik maakt van kinderopvang
effect-indicator: aantal huishoudens met inkomen
Artikel 26 Overlegstructuren, collectieve arbeidsvoorwaardenvorming en medezeggenschap
AD
OD1 kengetallen: collectieve arbeidsvoorwaardenvorming en naleving medezeggenschap
OD2
Toelichting:
Operationele doelstelling 1 betreft het bevorderen van zelfregulering door sociale partners. Voor deze OD is
het formuleren van effect-indicatoren en prestatie-indicatoren niet zinvol. Het toepassen van het aangeboden
instrumentarium ligt bij de sociale partners. Er worden wel diverse kengetallen opgenomen. Bij operationele
doelstelling 2, afstemmen en onderling coördineren van overheidsbeleid en het beleid van sociale partners, is
het formuleren van bestendige indicatoren voor de telkens wisselende onderwerpen niet mogelijk.
Artikel 27 Regulering van individuele arbeidsrelaties
AD
OD1 effect-indicator: gecorrigeerde en ongecorrigeerde beloningsverschillen man/vrouw (4 reeksen)
OD2 kengetallen: gegevens m.b.t. ontslagen en aanvragen werktijdverkorting
OD3 kengetallen: gegevens rond arbeidstijd en rusttijd uit cao's
Toelichting:
Operationele doelstelling 1 betreft de bevordering van gelijke kansen op (toegang tot) de arbeidsmarkt door
bescherming te bieden tegen ongelijke behandeling bij arbeid en beroep. Voor deze OD wordt in de SZW-
begroting 2006 een nieuwe effect-indicator (beloningsverschillen) geïntroduceerd.
Bij de tweede en derde operationele doelstelling van dit artikel (OD 2 betreft het zorgdragen voor een goede
balans tussen rechten en plichten van werkgevers en werknemers voortvloeiend uit de arbeidsovereenkomst,
OD 3 het zorgdragen voor een adequaat normstelsel voor arbeids- en rusttijden) ligt het niet in de rede
kwantitatieve doelstellingen te formuleren. Wel worden diverse kengetallen opgenomen.
Artikel 28 Pensioenbeleid
AD
OD1 effect-indicator: percentage werknemers dat uitgesloten wordt van een pensioenregeling
OD2 kengetallen: onderverdeling type pensioenregeling
OD3 effect-indicator: pct. pensioenfondsen met evenredige vertegenwoordiging gepensioneerden
Toelichting OD2:
Operationele doelstelling 2 betreft de verbetering van de houdbaarheid van het stelsel van aanvullende
pensioenen. De primaire verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij sociale partners. Realisatie van de doelstelling
is daarnaast afhankelijk van de macro-economische ontwikkeling. Aan de hand van het toezichtkader en de
daarmee samenhangende handhavingsinstrumenten wordt het beoogde maatschappelijk effect nagestreefd.
Artikel 29 Arbeidsomstandigheden, arbozorg en verzuim
AD
OD1 effect-indicator: percentage werknemers blootgesteld aan schadelijk geluid
effect-indicator: percentage werknemers dat regelmatig kracht moet zetten
prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
aantal afspraken met branches; versterking arbeidsveiligheid
prestatie-indicator: extra toename in de beroepsbevolking met een startkwalificatie
percentage door AI bezochte bedrijven waar de wet wordt gehandhaafd
OD2 effect-indicator: RI&E's beschikbaar bij bedrijven
effect-indicator: aandeel werkzame gehandicapten dat aanpassingen in werk nodig acht
Toelichting: niet nodig (comply).
5
Artikel 30 Inkomensbescherming met activering
AD
OD1 effect-indicator: bijstandslastenreductie WWB
OD2 effect-indicator: instroomkans in de WW leeftijdsklasse 57 1/2 -jarigen en ouderen t.o.v.
leeftijdsklasse 55 tot 57 1/2-jarigen
effect-indicator: uitkeringsduur totale WW-populatie
effect-indicator: uitkeringsduur 57 1/2 jaar en ouder
effect-indicator: nalevingsniveau van verplichting om weer werk te vinden
effect-indicator: nalevingsniveau van opgave van inkomsten uit arbeid
OD3 kengetallen: uitstroomaandeel WWIK dat zelfstandig kan voorzien in het onderhoud, en
aantal personen WWIK
OD4 kengetallen: aantal uitkeringsjaren en gemiddelde uitkering BIA
OD5
Toelichting OD 3, 4 en 5:
Operationele doelstelling 3 betreft `verstrekken van een tijdelijke financiële ondersteuning aan kunstenaars'.
De WWIK stelt beroepsmatige kunstenaars in de gelegenheid te werken aan de opbouw van een renderende
beroepspraktijk als kunstenaar. De WWIK kent geen uitstroomdoelstelling, wel is de uitkeringsduur gebonden
aan een maximum van 4 jaar, waarbij een progressieve inkomens-eis van kracht is. Met het oog op de
doelstelling van de WWIK zijn voor deze regeling geen specifieke indicatoren (wel kengetallen) geformuleerd.
Bij de overige OD's is om redenen van proportionaliteit en administratieve lasten afgezien van het formuleren
van indicatoren. Operationele doelstelling 4 luidt `zorgdragen dat een aanvulling tot inkomen op
minimumniveau wordt verstrekt aan oudere herkeurde arbeidsongeschikten'. Het relevante instrument, de
BIA, is een overgangsregeling voor een steeds kleiner wordende groep uitkeringsgerechtigden. Ultimo 2006
zal het uitkeringsrecht op grond van de BIA vervallen. Voor deze OD worden wel enkele kengetallen
opgenomen. Operationele doelstelling 5 luidt `zorgdragen dat een tijdelijke tegemoetkoming wordt verstrekt
aan bepaalde arbeidsongeschikten die herbeoordeeld zijn in de zg. herbeoordelingsoperatie'. De relevante
regeling (de TRI) kent een gering aantal deelnemers en een gering uitkeringsbedrag.
Artikel 31 Inkomensbescherming met activering bij arbeidsongeschiktheid
AD
OD1 effect-indicator: nalevingsniveau (WAO/WAZ/Wajong) van verplichtingen bij herstel
effect-indicator: nalevingsniveau (WAO/WAZ/Wajong) van opgave van inkomsten uit arbeid
effect-indicator: instroom van volledig en duurzaam arbeidsongeschikten
OD2 kengetallen: gegevens betreffende de volume-ontwikkeling WAJONG
Toelichting OD 2:
Het nalevingsniveau voor OD 2 (zorgdragen dat een aanvulling tot inkomen op minimumniveau wordt
verstrekt aan jonggehandicapten) wordt meegenomen bij OD1. Daarom zijn voor OD2 geen afzonderlijke
indicatoren opgenomen. Er worden wel kengetallen verstrekt.
Artikel 32 Overige inkomensbescherming
AD
OD1 effect-indicator: nalevingsniveau melden van het voeren van gezamenlijke huishouding (Anw)
effect-indicator: nalevingsniveau van opgave van inkomsten en wijzigingen daarvan (Anw)
OD2 effect-indicator: nalevingsniveau van het melden van gewijzigde samenlevingsvorm (AOW)
effect-indicator: nalevingsniveau van opgave van inkomsten en wijzigingen partner
Voor deze operationele doelstelling (`zorgdragen dat een aanvulling tot inkomen op minimumniveau wordt
verstrekt aan zieke, arbeidsongeschikte en werkloze werknemers) worden geen afzonderlijke indicatoren
opgenomen. Recht op een toeslag uit hoofde van de TW is slechts aan de orde bovenop een ander
uitkeringsrecht. Het nalevingsniveau wordt gemeten bij de regeling waar de TW op aanvult (ZW, WW, WAO,
WAZ, WAJONG, WAMIL). Er worden wel kengetallen vermeld.
Artikel 33 Tegemoetkoming specifieke kosten
AD
OD1 kengetal: gemeentelijke uitgaven bijzondere bijstand
OD2 effect-indicator: nalevingsniveau van opgave van inkomsten kinderen 16 jaar en ouder (AKW)
OD3 kengetallen: gegevens betreffende de volume-ontwikkeling TAS
Toelichting:
6
Voor operationele doelstelling 1 ( `zorgdragen dat gemeenten een tegemoetkoming kunnen verstrekken voor
kosten voortvloeiend uit bijzondere omstandigheden die niet uit eigen middelen kunnen worden voldaan') is
geen indicator geformuleerd omdat de bevoegdheden op het terrein van de bijzondere bijstand bij gemeenten
zijn belegd. Voor operationele doelstelling 3 ( `het zoveel mogelijk bij leven verstrekken van een eenmalige
financiële tegemoetkoming in de immateriële schade aan werknemers, of huisgenoten van werknemers, met
maligne mesothelioom door asbestblootstelling') is het opnemen van indicatoren niet zinvol, gezien het
geringe budgettaire beslag van de regeling. In beide gevallen worden wel kengetallen opgenomen.
Artikel 34 Rijksbijdragen aan sociale fondsen en spaarfonds AOW
AD
OD1 kengetallen: volumegegevens betreffende premievrijstelling gemoedsbezwaarden
OD2 kengetallen: gegevens over het spaarfonds AOW
Toelichting:
Bij dit artikel zijn geen indicatoren te formuleren. Wanneer de budgettaire overheveling van begroting naar
fondsen is geschied, is het beoogde effect gerealiseerd. De vermogenspositie van de fondsen is dan verbeterd
in de mate die was beoogd.
Artikel 35 Emancipatie
AD prestatie-indicator: aantal advies- en steunpunten huiselijk geweld
prestatie-indicator: uitbreiding capaciteit vrouwenopvang
prestatie-indicator: aantal gemeenten met beleidsplan huiselijk geweld
effect-indicator: arbeidsparticipatie van vrouwen
effect-indicator: zorgparticipatie van mannen
effect-indicator: economische zelfstandigheid vrouwen
effect-indicator: aandeel vrouwen in politieke functies
effect-indicator: aandeel vrouwen in topfuncties bedrijfsleven
effect-indicator: aandeel vrouwen in topfuncties non-profit
effect-indicator: aandeel vrouwen in topfuncties overheid
OD1 indicatoren: zie algemene doelstelling
OD2 prestatie-indicator: aantal afspraken met gemeenten over emancipatie- en integratiebeleid
prestatie-indicator: aantal allochtone vrouwen dat wordt bereikt
prestatie-indicator: aantal allochtone vrouwen dat is gestart met activiteiten t.b.v. participatie
prestatie-indicator: aantal samenwerkingsprojecten lokale en sociale infrastructuur
prestatie-indicator: aantal gecreëerde combinatiefuncties
Toelichting: niet nodig (comply).
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid