Speech van staatssecretaris Van Geel bij de manifestatie 'Licht uit,
recycling aan', Den Haag, 15 augustus 2005
Dames en heren,
Zojuist heb ik voor 'licht uit, recycling aan' de eerste tl-lamp van
Nederland gerecycled, en daar zal het niet bij blijven. Om u even te
schetsen hoe snel het kan gaan: onlangs werd ik uitgenodigd om de maar
liefst miljardste batterij in te leveren. Stroop uw mouwen dus op,
want het gaat vast ook stormlopen met de lampen. Twaalf miljoen per
jaar moeten het er worden.
Vandaag zijn we bij elkaar om een nieuwe categorie toe te voegen aan
het heel diverse rijtje van batterijen, wit- en bruingoed, oud papier
en glas. We gaan ook tl-buizen, spaarlampen in alle soorten en maten,
kerstverlichting en zaklampen gescheiden inzamelen en hergebruiken,
omdat op 13 augustus 2005 de Regeling beheer elektrische en
elektronische apparatuur in werking is getreden voor
verlichtingsapparatuur. Niet alleen lampen uit particuliere
huishoudens, ook de lampen die in kantoren, scholen, winkels en
bedrijven worden gebruikt, vallen onder deze regelgeving. Concreet
betekent de regeling, dat vanaf afgelopen weekend producenten
verantwoordelijk zijn voor het inzamelen en recyclen van oude lampen.
Voor apparaten als koelkasten, föhns en televisies is dat al zo sinds
augustus 2004.
Brusselse regels
De richtlijnen die ten grondslag liggen aan het besluit om lampen te
gaan recyclen, komen uit Brussel, net als ongeveer tachtig procent van
al onze milieuregelgeving. Het mooie daarvan is, dat de regels in de
hele Unie gelden. Daardoor worden handelsbelemmeringen voorkomen, en
ontstaat er geen oneerlijke concurrentie binnen de EU.
Bij de omzetting van de Europese regels heeft Nederland ervoor gekozen
strikt te implementeren. Dat betekent dat we aansluiten bij de
Europese uitleg van de regels. Dat is ook gelijk de reden waarom
gloeilampen en armaturen in particuliere huishoudens, zoals
schemerlampen en houders voor tl-buizen, zijn uitgezonderd.
Ze doen niet mee in de EU-richtlijn, en daarom ook niet in onze
nationale regels.
Die regels zijn overigens niet vrijblijvend: in de Europese richtlijn
staat dat we vanaf 2007 ten minste vier kilogram aan elektronische en
elektrische apparaten per inwoner per jaar gescheiden moeten
inzamelen. Een pittige klus, maar ik ga ervan uit dat dat in Nederland
geen probleem hoeft te zijn. Uit gespreksrondes met burgers over het
milieubeleid blijkt dat mensen afvalbeleid als icoon van het
milieubeleid beschouwen. En niet alleen dat. Omdat ze zorgvuldig hun
afval scheiden, oud papier, glaswerk en af en toe een batterij
wegbrengen, geloven ze dat het met het milieu wel goed zit. Ik mocht
hopen dat het zo simpel was. Maar de bereidwilligheid in Nederland om
afval te scheiden, is een groot goed. Ik ga ervan uit, dat die ook
geldt voor het inleveren van lampen. Daardoor wordt ons afvalbeleid
een nog groter succes.
Milieuwinst gescheiden inzameling
Die oude, afgedankte lampen gaan we niet zomaar gescheiden inzamelen,
we verwachten dat het een substantiële milieuwinst oplevert. Geschat
wordt dat jaarlijks in Nederland twaalfenhalf miljoen
gasontladingslampen zoals tl-buizen en spaarlampen in het afval
terecht komen. Het gewicht van die enorme berg is een kleine vier
kiloton, vier miljoen kilo dus. De schatting is dat tot nu toe slechts
de helft van alle gasontladingslampen na afdanking gescheiden wordt
ingezameld en verwerkt. Het gaat dan vooral om de grote partijen uit
kantoren, scholen, ziekenhuizen en industrie die gescheiden worden
gehouden en afgevoerd naar verwerkingsbedrijven.
Kleine partijen uit bedrijven en de lampen uit particuliere
huishoudens verdwijnen in het restafval, dat naar de
verbrandingsinstallatie gaat. Als we stoppen met het verbranden van
die lampen, kunnen we stoffen zoals kwik terugwinnen en opnieuw
gebruiken zodat er minder inzet van primaire grondstoffen nodig is.
Bijna alle lampen bevatten een kleine hoeveelheid kwik, die nodig is
om de lamp te laten werken. Kwik is, zoals u weet, een zeer
schadelijke stof, die we niet in het milieu terug willen zien.
Gescheiden inzameling is een voorwaarde om het aanwezige kwik en het
zware metaal antimoon uit het milieu te houden. Ook het hergebruik van
de nuttige onderdelen uit lampen, zoals het glas, de metaalkapjes en
het fluoriscentiepoeder, is afhankelijk van de inzameling van lampen.
Doordat producenten daarvoor nu verantwoordelijk worden, zullen er
laagdrempelige inzamelsystemen komen, die de gescheiden inzameling
stimuleren.
Voor consumenten is het wel zo prettig als dat dicht bij huis gebeurt:
als er een lamp kapot gaat, is het geen drempel om die even mee te
nemen naar de Hema, Blokker of Mediamarkt. Zeker niet als je zo'n lamp
gratis kunt achterlaten in de winkel, en als je weet dat je er het
milieu mee dient.
Effecten van verantwoordelijkheid producenten
Het milieu dienen doen we ook door de door de invoering van
producentenverantwoordelijkheid. Van oudsher is het de taak van de
overheid om producten die in het afvalstadium belanden op
milieuverantwoorde wijze in te nemen en te verwerken. De kosten
daarvan worden, door bijvoorbeeld de gemeentelijke
afvalstoffenheffing, afgewenteld op de gemeenschap. Door producenten
vanaf nu verantwoordelijk te maken voor het afvalbeheer, verwachten we
twee positieve effecten: in de eerste plaats een afname van de
milieubelasting, doordat producenten en importeurs zelf een grote rol
gaan spelen bij het afvalbeheer van hun producten. We hopen dat ze
daardoor al bij het ontwerp en de productie rekening gaan houden met
de milieuvriendelijke verwerking van hun product als dat in het
afvalstadium komt ('design for recycling'). Dat sluit haarfijn aan op
ons streven, dat de milieuprestaties van producten voortdurend worden
verbeterd.
Ten tweede verwachten we dat het principe 'de vervuiler betaalt'
duidelijk vorm krijgt als producenten en importeurs verantwoordelijk
zijn. Want dat zijn ze niet alleen voor de inname en verwerking van
hun producten, maar ook voor de financiering daarvan.
Momenteel denkt de branche aan een verwijderingsbijdrage (van dertig
eurocent per lamp), om de kosten die dat met zich meebrengt door te
berekenen aan de consument. Nog mooier zou het zijn als die de kosten
in de prijzen van de lampen worden verwerkt, net zoals met batterijen
en computers nu al het geval is. Een uitstekend voorbeeld van zowel
'de vervuiler betaalt' als 'milieu in de prijzen'.
Het lijkt me een goed idee als hiernaar ook in de productinformatie
wordt gerefereerd: u betaalt iets meer voor deze lamp, zodat wij
kunnen zorgdragen voor een milieuvriendelijke verwerking en recycling
daarvan. Daarmee zorgen we dat gevaarlijke stoffen als kwik en
antimoon niet in uw leefomgeving terecht komen.
Was getekend: uw producent. Want voor elke maatregel die in de
portomonnee te voelen is, geldt: goed communiceren is het halve werk.
En dat is aan de branche welbesteed. Denk alleen maar aan het
bekroonde spotje over de recyclingmonteurs die op hun bedrijfsuitje
naar Parijs bij de Eiffeltoren terecht komen. Die willen ze subiet ook
demonteren. Er is voor verlichtingsapparaten vast iets vergelijkbaars
te verzinnen. Doe u best.
Verantwoordelijkheidsverdeling
We maken producenten dus verantwoordelijk voor het inzamelen en
hergebruiken van lampen. Zij zijn niet de enigen die een rol spelen,
ook gemeenten en detailhandel doen mee. Wat betekenen de nieuwe regels
conceet voor hen?
Gemeenten moeten de verlichtingsapparatuur, net als alle andere
elektr(on)ische apparatuur, gescheiden inzamelen.
Ze moeten ook voorzieningen creëren zodat burgers voldoende
mogelijkheden hebben om op eenvoudige wijze van hun apparaten af te
komen. In de meeste gevallen kan dat bij de reguliere milieustraten.
Overigens werden lampen al gescheiden ingenomen door gemeenten, omdat
ze als klein chemisch afval werden gezien. Gemeenten mogen voor het
innemen van apparaten en lampen geen kosten in rekening brengen.
Winkeliers moeten bij de verkoop van een nieuwe spaarlamp of tl-buis,
gratis een oude innemen als de klant dat wenst. 'Oud voor nieuw' is
het adagium. Voor koelkasten, wasmachines en televisies gold dat al
langer, en vanaf 13 augustus gaat dat dus ook op voor lampen.
Producenten en importeurs moeten een inname- en verwerkingssysteem
opzetten en dit financieren. In de regelgeving worden eisen gesteld
aan die verwerking. Zo zal tachtig procent van de gasontladingslampen
als product of materiaal moeten worden hergebruikt, en bij de
productie van nieuwe lampen wordt ook het gebruik van gevaarlijke
stoffen zoals kwik gereguleerd. In de regels hangen productbeleid en
afvalbeleid dus samen.
Overigens gelden de verplichtingen niet alleen voor lampen die vanaf
vandaag worden verkocht. Producenten zijn ook verantwoordelijk voor de
lampen die in het verleden zijn verkocht en die vanaf nu worden
afgedankt, de zogenoemde historische voorraad.
Werkenderweg
De regelgeving is af, nu over naar de uitvoering. Er wordt nog druk
gewerkt aan het opzetten van een inname- en verwerkingssysteem. Het is
zaak, dat alle betrokkenen snel met elkaar tot een werkbaar systeem
komen. Er moeten contracten worden gesloten met de verwerkers van oude
lampen, er moet een logistieke structuur worden opgezet waarbij de
afgedankte lampen bij gemeenten en detaillisten worden opgehaald,
enzovoort. Voor mijn departement is daarbij geen rol weggelegd. De
voorzet hebben wij gegeven, u bent nu aan zet!
U heeft hiervoor inmiddels een jaar de tijd gehad. Wij beschouwden dat
jaar als invoeringstermijn, maar zoals wel vaker het geval is, werd
pas op een laat moment actie ondernomen. Enigszins vergelijkbaar met
de invoering van producentenverantwoordelijkheid voor koelkasten,
televisies en andere apparatuur, een jaar of zes geleden. Bij de
invoering daarvan kostte het voor producenten en detailhandel ook wat
moeite om elkaar te vinden, maar achteraf kan ik niet anders dan
constateren dat het allemaal dik in orde is gekomen. Er is een goed
werkend systeem opgezet voor een relatief laag bedrag.
Ik heb er dus ook alle vertrouwen in u er samen uitkomt, en dat
Nederland binnenkort beschikt over een laagdrempelig inzamelsysteem
dat goede resultaten boekt. Ik wens u daarbij veel succes. En tot slot
hoop ik dat u een uitdaging met mij wilt aangaan: Nederland is nu al
kampioen papierinzamelen en glasrecyclen. Zorgt u er voor, dat we ook
kampioen lampinzameling worden!
Dank u wel voor uw aandacht.
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer