De Nederlandse Bank
Herdenkingsplechtigheid Wim Duisenberg
Nieuwsbericht
Datum06/08/2005
Op zaterdagochtend 6 augustus vond de herdenkingsplechtigheid voor Wim Duisenberg plaats in het Concertgebouw te Amsterdam. Na afloop vond de begrafenis plaats in besloten kring op begraafplaats Zorgvlied te Amsterdam.
Onderstaand leest u de speech die DNB-president Nout Wellink hield bij de herdenkingsplechtigheid.
De toespraken van ECB-president Jean-Claude Trichet en minister van Financiën Gerrit Zalm zijn te vinden op de sites van deze organisaties.
In Memoriam Wim Duisenberg
Het telefoonbericht op zondagmiddag over Wim's overlijden kwam als een donderslag bij heldere hemel. Verschrikkelijk nieuws, in al zijn onverwachtheid. Sindsdien zingt het zonder ophouden door mijn hoofd, dat we hem nooit meer kunnen zien, nooit meer kunnen spreken, nooit meer met hem kunnen lachen, nooit meer samen een borrel kunnen drinken. In september zouden we op De Nederlandsche Bank zijn 70e verjaardag vieren. Hij was, ofschoon in Frankrijk, zo dichtbij aan de telefoon, toen we dit bespraken. Nu is hij zo ver weg. Lieve Gretta, lieve kinderen en kleinkinderen, namens de directie en de medewerkers van de Bank, die hij ruim 15 jaar heeft geleid, en namens mijn vrouw, wil ik tot uitdrukking brengen hoezeer wij ons altijd met hem en jullie verbonden hebben gevoeld en hoezeer wij delen in jullie verdriet. Voor mijzelf is aan een diepe, ruim dertigjarige vriendschap een einde gekomen. De herinnering daaraan en de dankbaarheid daarvoor zullen voor altijd blijven. We waren vrienden voor het leven.
Ik heb Wim in 1973 leren kennen, toen hij minister van financiën werd. Zijn ster steeg snel en sommigen zagen in hem een Nederlandse Kennedy. Hij had ook die jongensachtige, veroverende uitstraling. In 1974 werd hij door Time Magazine geschaard onder de 150 personen die de wereldleiders van morgen zouden worden. Wim was hier apetrots op - tot hij ontdekte, en hij kon daar smakelijk over vertellen, dat zijn naam slechts in de Europese editie van Time Magazine voorkwam. Wim stal mijn hart al heel snel na zijn komst op het departement. Financiën was toen een stijve en hiërarchische organisatie. Mijn directe baas liep altijd achterwaarts de ministerskamer uit, omdat je een minister nooit je rug mag laten zien. 'Had hij nooit moeten doen', schaterde Wim, toen hij me dit vertelde, 'want hij struikelde over mijn Perzisch tapijt en lag languit voor mijn bureau'. Dit was Wim ten voeten uit: een frisse, onconventionele minister die lak had aan mores en rangen en standen. Hij heeft de ramen van het departement open gegooid. Toen ik hem eens vroeg wat hij het liefst als President van de Bank zou bereiken sprak hij niet over lage inflatie of wisselkoersstabiliteit. Hij zei dat zijn allereerste ambitie was van de Bank een open, moderne, transparante instelling te maken waarin de medewerkers zich plezierig en veilig zouden voelen.
Bij zijn open manier van communiceren voegde zich een andere eigenschap: zijn vermogen om te delegeren en vertrouwen te schenken, zelfs aan heel jonge medewerkers. Dat maakte het tot een genot voor hem te werken. De buitenwereld was ingewikkeld in de dagen van Wim's ministerschap. De eerste oliecrisis in 1973 had de Nederlandse economie in grote problemen gebracht en het toenmalige kabinet Den Uyl kon daarop het juiste antwoord niet vinden. Wim Duisenberg kwam zeer geïsoleerd te staan in het kabinet. Onder druk van de externe omstandigheden smeedde zich op financiën een vriendenkring rond hem, een kleine Gideonsbende, die dag en nacht voor hem klaar stond. Uiteindelijk won Duisenberg de strijd om een fundamentele wijziging in het beleid rond de publieke sector. De nacht dat dat gebeurde belde hij mij en wat andere ambtenaren om naar het Catshuis te komen en met hem het succes te vieren van het tot dan moeilijkste politieke gevecht in zijn loopbaan. Als het allermoeilijkste moment noemde hij naderhand de anderhalve dag waarin over zijn benoeming tot ECB-president werd beslist en waarin hij zijn onafhankelijkheid overeind moest houden. Bij beide gelegenheden kwam zijn hardnekkigheid naar voren als hij eenmaal zijn standpunt had bepaald. In een latere levensfase zag hij deze karaktereigenschap als kenmerkend voor centrale bankiers. 'Central Bankers are like cream. The more you whip them, the stiffer they get'. Dezelfde instelling kwam naar voren in zijn fameuze uitspraak als president van de ECB richting politici: 'I hear you, but I don't listen'. Eigenlijk zijn deze uitlatingen heel onkarakteristiek voor Wim. Hij was immers voor alles een luisteraar, iemand die iedereen liet uitspreken en dan geleidelijk tot een synthese kwam. Daarbij hanteerde hij voor zichzelf tijdens zijn ministerschap als referentiepunten: zuinigheid, marktwerking, versobering van de verzorgingsstaat. Later, als centrale bankier, voegde hij daar aan toe: stabiliteit en voorspelbaarheid. Meer concreet had Wim gewoon het land aan begrotingstekorten en inflatie, een gezonde invalshoek voor ministers van financiën en centrale bankiers.
In zijn betrekkelijk eenzame veldtocht als minister voor een beter economisch beleid in Nederland werd Wim geholpen door zijn uitstraling. Dat is iets wat je hebt en niet kunt aanleren. Tekenend in dit verband is de reactie van een vrouw in 1975 na een speech die hij in Sittard had gehouden: 'Ik heb er van het begin tot het eind geen woord van begrepen, maar U hebt zo'n mooie stem. Het zal wel goed zijn'. Dit vertrouwenwekkende heeft Wim zijn leven lang gehouden. Hoe makkelijk Wim zich extern wist te uiten, des te moeilijker was dit soms voor hem als het om zeer persoonlijke aangelegenheden ging. Dan sloot hij zich af en was hij slechts bereikbaar in zeer vertrouwde omgeving.
Denk niet dat het gemak en de overtuigingskracht waarmee Wim sprak hem aangeboren was. Ook later, toen hij Bankpresident was, viel me vaak op hoe gespannen hij voor een optreden was en hoezeer hij zich op moeilijke situaties voorbereidde. Een schijnbaar moeiteloze en spontane bon mot werd dan van tevoren wel eens op mij uitgeprobeerd. Maar Wim kon soms ook heel onverwacht en ad rem reageren. Toen tijdens zijn promotie aan de Rijksuniversiteit Groningen de hooggeleerde professor Pen hem, terecht, op een fundamentele fout in zijn proefschrift wees en aan de verbouwereerde promovendus vroeg: 'en wat is hier op uw reactie?' kwam geen geleerd weerwoord, maar slechts: 'dit zal in de tweede druk worden aan gepast'. Wim is altijd meer bestuurder dan academicus geweest en ooit heeft hij me toevertrouwd dat hij - het college geven daargelaten - zijn jaren als hoogleraar economie als zwaar heeft ervaren.
Na het ministerschap was Wim korte tijd kamerlid en vervolgens enige jaren vice-voorzitter van de directie van de Rabo-bank. Maar zijn jongensdroom was altijd het presidentschap van de Bank..Hij is een zeer succesvol president van De Nederlandsche Bank geweest. Enkele eigenschappen die tijdens zijn ministerschap nog niet tot volle ontplooiing hadden kunnen komen, traden meer op de voorgrond nu hij voorzitter van een college was geworden. Met een engelengeduld zocht hij altijd naar consensus, zonder dat daarbij de besluitvorming op de lange baan werd geschoven. Zo werkte hij ook bij de ECB. In alle jaren dat ik in de directie van de Bank heb gezeten hebben we maar één keer gestemd. Het ging over de vraag of Wim een winterjas moest dragen, want hij was permanent verkouden en stak ons voortdurend aan. De stemming hierover heeft Wim verloren.
Maar op alle andere terreinen was hij een winnaar. Het harde-gulden-beleid werd onder zijn presidentschap gemeengoed en de inflatie bedroeg gemiddeld 2% in zijn periode bij de Bank. Bij de ECB heeft hij deze prestatie herhaald.
Wim Duisenberg heeft zich in de jaren bij de Nederlandsche Bank geleidelijk tot de vleesgeworden monetaire stabiliteit ontwikkeld. Toch is er wat dit betreft een kant aan hem die weinigen kennen. Hij was gek op actie. Als centrale bankier was hij eigenlijk dol op rentemaatregelen, omdat er dan tenminste wat gebeurde. Maar hij bedwong zich, op rationele gronden, altijd op het monetaire vlak en leefde zijn actielust uit op andere terreinen van het centrale bankiersschap. Aan de uitgifte van nieuwe bankbiljetten kon hij eindeloze vreugde ontlenen. De overgang van Europese nationale valuta naar de euro op 1 januari 2002 heeft hij dan ook als het hoogtepunt van zijn carrière gezien. Toen gebeurde er tenminste wat!
Lieve Gretta, lieve kinderen en kleinkinderen. Wim had na een intensief en druk leven, dat zich in belangrijke mate in het publieke domein afspeelde, de terugkeer naar de rust, de luwte en het geluk van een meer persoonlijk leven verdiend. Het heeft niet zo mogen zijn. Juist nu hij er meer voor jullie had kunnen zijn, zullen jullie hem vreselijk gaan missen. Weet dat dit gemis gedeeld wordt met vele anderen, die de herinnering aan hem zullen koesteren en het altijd als een groot voorrecht zullen blijven beschouwen met hem bevriend te zijn geweest en met hem te hebben mogen werken.
Speech uitgesproken door DNB-president Nout Wellink tijdens de herdenkingsplechtigheid voor Wim Duisenberg op 6 augustus 2005 in het Concertgebouw te Amsterdam.
---- --