Openbaar Ministerie

Persberichten
Breda, 4 augustus 2005

'NS-taakstraf' voor 'NS vandalen'

(Samen)werken daar waar overlast is veroorzaakt

Vandaag is de laatste verdachte in een reeks van jeugdige vandalen door de kinderrechter in Breda veroordeeld voor vernielingen aan het station Reeshof in februari van dit jaar. De groep jongeren vernielde op 20 en 21 februari daar vele ruiten op en rondom het NS-station Reeshof in Tilburg.

Een groot aantal stationsruiten en de ruit van de fietsenstalling sneuvelden, de telefooncellen werden vernield en het telefoontoestel werd onklaar gemaakt op het relatief nieuwe station in de wijk Reeshof. Er werd voor vele duizenden euro's schade aangericht. De groep opereerde in wisselende samenstelling. Enkele jongeren konden op 21 februari op heterdaad worden aangehouden. Zij bekogelden de telefooncellen voor het station met stenen. Afhankelijk van hun leeftijd, achtergrond en aandeel in de openbare geweldpleging zijn de zaken van de 17 jongeren via Halt, het Openbaar Ministerie en de rechter afgedaan.

Op 20 juni jl werden reeds zeven jongeren veroordeeld voor werkstraffen tussen 40 en 100 uur en een leerstraf van elk 20 uur. Zij zijn tevens gezamenlijk verantwoordelijk gesteld voor betaling van het schadevergoedingbedrag van 8.000 euro aan de Nederlandse Spoorwegen. Het Openbaar Ministerie zelf bood nog een achtste verdachte een werkstraf van 10 uur aan in combinatie met een leerstraf van 20 uur. Een negende verdachte kreeg vandaag van de kinderrechter een werkstraf van 60 uur en een leerstraf van 20 uur opgelegd. Tevens dient hij 3000,= aan de NS te vergoeden.

De Raad voor de Kinderbescherming in Tilburg is in dit traject verantwoordelijk geweest voor de ontwikkeling en voorbereiding van de NS-taakstraffen. De Raad heeft in samenwerking met de Nederlandse Spoorwegen de 'NS-taakstraffen' ontwikkeld en houdt toezicht op de uitvoering ervan.

Eind augustus zullen de veroordeelde jongeren zich moeten melden voor de start van hun werkstraf. De werkstraf zal zich afspelen op een locatie gerelateerd aan de plaats van het delict, namelijk een NS-station.

Omdat een negatieve
groepsdruk een grote rol speelde bij de gepleegde delicten, zal bij de leerstraffen hierop het accent liggen. De jongere zullen tijdens de cursus inzicht krijgen in de dynamiek van een groep en hun eigen bijdrage.

Zij zullen getraind worden om in de toekomst een positieve, en indien nodig corrigerende, bijdrage binnen hun vriendengroepjes te leveren. Daarbij zal iedere jongere zich bewust dienen te worden van de eigen positieve vaardigheden om zo het zelfvertrouwen te vergroten en herhaling van het plegen van delicten te voorkomen.

Dergelijke plaats- en delictgebonden taakstraffen zullen in de toekomst vaker door de Raad voor de Kinderbescherming worden ontwikkeld.