Milieu- en natuurplanbureau
Het verbeteren van de waterkwaliteit en het verminderen van de wateroverlast in 2015 is alleen mogelijk in samenhang met andere beleidsterreinen zoals landbouw, milieu, natuur en ruimtelijke ordening. Dat gebeurt nu nog onvoldoende. Daardoor zijn de bestuurlijke keuzen niet helder. Dit blijkt uit twee rapporten van het Milieu- en Natuurplanbureau (MNP).
Watersysteem niet berekend op verwachte veranderingen
In 2000 schetste de commissie Tielrooy de gevolgen van de verwachte klimaatverandering, zeespiegelrijzing en bodemdaling voor de Nederlandse waterhuishouding. De belangrijkste conclusie was dat het Nederlandse watersysteem niet berekend is op de verwachte veranderingen. Er is meer ruimte nodig voor de tijdelijke berging van overvloedige neerslag. Vervolgens hebben de provincies samen met waterschappen en gemeenten deelstroomgebiedsvisies opgesteld. Hierin zijn per gebied de problemen en de mogelijke oplossingen verkend. De deelstroomgebiedsvisies vinden hun oorsprong in het Nationaal Bestuursakkoord Water, waarin alle partijen hebben afgesproken het watersysteem in 2015 op orde te hebben.
Onvoldoende samenhang met ander beleid
Het Milieu- en Natuurplanbureau heeft de deelstroomgebiedsvisies geanalyseerd en komt tot de conclusie dat de waterproblemen alleen opgelost kunnen worden in samenhang met andere beleidsterreinen. Het waterbeleid kruipt als het ware het land op. De deelstroomgebiedsvisies brengen de gevolgen van en voor andere beleidsterreinen echter slechts beperkt in beeld. Door dit onvolledige beeld is het voor bestuurders nog niet goed mogelijk een goede afweging te maken tussen doelstellingen, benodigde maatregelen en economisch-maatschappelijke belangen.
Blauwe knooppunten als hulpmiddel
Een van de speerpunten van het nieuwe waterbeleid is het verminderen van afwenteling. Dit Dit is het afschuiven van problemen naar de toekomst, naar een ander gebied of naar een ander beleidsterrein. Een hulpmiddel om afwenteling in beeld te brengen en de belangen van verschillende beleidsterreinen te verbinden zijn de zogenaamde blauwe knooppunten. Dat zijn punten waar water overgaat van het ene watersysteem naar het andere of van de ene waterbeheerder naar de andere. Bijvoorbeeld van een waterschap naar Rijkswaterstaat. De ontvangende waterbeheerder kan bepaalde kwalitatieve en kwantitatieve eisen stellen aan het te leveren water. De Europese Kaderrichtlijn Water eist dat de waterkwaliteit in 2015 aanmerkelijk is verbeterd. Het MNP heeft een methode ontwikkeld om afwenteling in blauwe knooppunten en de gevolgen daarvan voor de aanpalende beleidsterreinen samenhangend in beeld te brengen. De methode stelt bestuurders in staat hun keuzen te onderbouwen, zoals de Kaderrichtlijn Water vereist.
EINDE BERICHT
Het Milieu- en Natuurplanbureau (MNP) voorziet de Nederlandse regering van onafhankelijke evaluaties en verkenningen over de kwaliteit van de fysieke leefomgeving en de invloed daarvan op mens, plant en dier. Het Milieu- en Natuurplanbureau vormt hiermee een schakel tussen wetenschap, beleid en politiek.
Het MNP is onderdeel van het RIVM en heeft naast een onafhankelijke rol, sinds 1 mei 2005 ook een eigen gezicht. Vanaf die datum zijn MNP-uitingen herkenbaar aan een eigen logo en huisstijl.
Noten voor de redactie
Rapporten
- Toelichting op de landsdekkende maatregelkaart deelstroomgebiedsvisies
- Afwenteling en blauwe knooppunten: sleutel tot duurzaam waterbeleid
Deze rapporten zijn beschikbaar op www.mnp.nl. Voor meer informatie kunt u contact opnemen
met Wilbert Ransz, persvoorlichting Milieu- en Natuurplanbureau, telefoon 030-2743033,
e-mail wilbert.ransz@mnp.nl.