Vrijwilligerstekort bij zorg- en hulpverleningsorganisaties
Vrijwilligersorganisaties onderzocht. Over het tekort aan vrijwilligers en
de wijze van werving en ondersteuning.
· Twee op de vijf vrijwilligersorganisaties hebben een tekort
aan vrijwilligers. Dit tekort is het sterkst bij de zorg- en
hulpverleningsorganisaties.
· Bijna twee op de vijf vrijwilligers zijn vijf tot tien jaar
verbonden aan dezelfde organisatie.
· Gemiddeld de helft van de organisaties heeft problemen met
het werven van vrijwilligers voor bestuursfuncties. Deze problemen
zijn het geringst in de sectoren `zorg en hulpverlening' en onderwijs
en vorming'.
· De helft van de organisaties is tevreden met het huidige
vrijwilligersbestand. Organisaties in de sector `zorg en
hulpverlening' geven aan behoefte te hebben aan zowel meer mannelijke
vrijwilligers tussen de 30 en 50 jaar als aan meer allochtone
vrijwilligers.
· Bijna de helft van de organisaties heeft een verzekering
voor de vrijwilligers afgesloten. Eenderde van de organisaties doet
aan een vorm van deskundigheidsbevordering.
· Voor de meerderheid van de vrijwilligersorganisaties vormen
contributies de belangrijkste bron van inkomsten.
Dit zijn enkele conclusies uit het SCP-werkdocument
Vrijwilligersorganisaties onderzocht. Over het tekort aan
vrijwilligers en de wijze van werving en ondersteuning dat op dinsdag
5 juli jl. is verschenen.
In het rapport geeft onderzoeker dr. Jeroen Devilee een beeld van de
wijze waarop uiteenlopende maatschappelijke organisaties gebruik maken
van de inzet van vrijwilligers. Aan de orde komen onder meer het
tekort aan vrijwilligers, de functies waarvoor nauwelijks
vrijwilligers zijn te vinden en de voorzieningen die organisaties voor
hun vrijwilligers treffen. Van de Nederlandse bevolking van 16 jaar en
ouder verricht ruim een kwart min of meer regelmatig
vrijwilligerswerk. Voor het onderzoek werd gebruik gemaakt van de
Monitor Lokaal vrijwilligerswerk van CIVIQ, waaruit 1400 organisaties
in tien gemeenten werden geselecteerd. In drie gemeenten is meer
diepgaand onderzoek verricht bij
17 vrijwilligersorganisaties in de thuiszorg, sportorganisaties en
organisaties in de welzijnssector.
Tekort aan vrijwilligers
Bijna twee op de vijf onderzochte organisaties geven aan dat er bij
hen een tekort aan vrijwilligers bestaat. Het sterkst wordt dit tekort
gevoeld in organisaties op het terrein van de zorg en de hulpverlening
(bijna de helft) gevolgd door het sociaal-cultureel werk en de
levensbeschouwelijke organisaties.
Van de organisaties in de sector sport en recreatie geeft ruim
eenderde aan dat men over onvoldoende vrijwilligers beschikt. Uit
eerder onderzoek van NOC*NSF kwam naar voren dat het vooral de
sportverenigingen met veel jeugdleden zijn die een tekort aan
vrijwilligers hebben.
Vrijwilligers zeer trouw aan organisaties
Het tekort aan vrijwilligers wordt in ieder geval niet veroorzaakt
door het feit dat vrijwilligers slechts korte tijd bij een organisatie
werkzaam zijn. Integendeel, uit het onderzoek komt naar voren dat
bijna twee op de vijf vrijwilligers vijf tot tien jaar voor één en
dezelfde organisatie werkzaam zijn, terwijl een derde van de
vrijwilligers twee tot vijf jaar aan een organisatie verbonden is. De
levensbeschouwelijke organisaties hebben op dit punt het minst te
klagen, aangezien een kwart van hun vrijwilligers maar liefst tien tot
twintig jaar aan de organisatie verbonden blijft. Relatief kort zijn
vrijwilligers werkzaam in de sectoren `sociaal-cultureel werk' en
`onderwijs en vorming'.
Bestuursfuncties relatief moeilijk vervulbaar
Naast een tekort aan vrijwilligers in het algemeen geven organisaties
ook aan dat zij voor specifieke functies een gebrek aan vrijwilligers
hebben. Dat geldt bijvoorbeeld voor het vervullen van bestuursfuncties
in bepaalde sectoren. Gemiddeld de helft van alle organisaties heeft
problemen met de werving van vrijwilligers voor bestuursfuncties. Die
problemen zijn het geringst in de sectoren `zorg en hulpverlening' en
`onderwijs en vorming'. Waarschijnlijk heeft dit te maken met het feit
dat het bestuurswerk in deze sectoren veel meer dan elders neerkomt op
het omgaan met grote budgetten en het dragen van een grote
verantwoordelijkheid. Bovendien bestaan in dergelijke organisaties
veel meer mogelijkheden voor professionele ondersteuning. Dat alles
maakt het bestuurswerk er niet alleen interessanter op, maar brengt
tevens een zekere status met zich mee.
Vraag naar mannelijke, jonge en allochtone vrijwilligers
Uit het onderzoek blijkt dat de helft van de organisaties tevreden is
met het huidige vrijwilligersbestand. Er zijn echter ook organisaties
die aangeven nog behoefte te hebben aan specifieke typen
vrijwilligers. Zo geeft de sector `zorg of hulpverlening' aan dat men
daar behoefte heeft aan meer mannelijke vrijwilligers tussen de 30 en
50 jaar en in iets mindere mate aan meer allochtone vrijwilligers. De
eerste vraag komt voort uit de oververtegenwoordiging van vrouwen in
deze sector, de tweede uit een toenemend aantal cliënten met een
allochtone achtergrond.
Uiteenlopende regelingen en voorzieningen voor vrijwilligers
Vrijwilligersorganisaties verschillen sterk in de mate waarin er
regelingen of voorzieningen getroffen zijn voor de bij de organisatie
werkzame vrijwilligers. Zo heeft bijna de helft van de organisaties
een verzekering voor de vrijwilligers afgesloten en doet eenderde aan
een vorm van deskundigheidsbevordering. In de sectoren `sport en
recreatie' en `cultuur' is het minst sprake van regelingen en
voorzieningen, terwijl in slechts een aantal sectoren sprake is van
een expliciet `vrijwilligersbeleid'. Het meest voorkomend is nog het
`uitspreken van waardering'; dit gebeurt in tweederde van de
organisaties.
Contributies belangrijkste vorm van inkomsten
Voor 70% van de vrijwilligersorganisaties vormen contributies de
belangrijkste bron van inkomsten. Dit geldt met name voor de
organisaties in de sectoren `sport en recreatie' en
`levensbeschouwing'. Goede tweede zijn de gemeentelijke subsidies
(voor 46% van de organisaties). In de sector `sport en recreatie'
verkrijgt 36% van de organisaties middelen uit sponsoring, terwijl een
kwart van de organisaties in het sociaal-cultureel werk gebruik maakt
van fondsen.
SCP-werkdocument 116, Vrijwilligersorganisaties onderzocht. Over het
tekort aan vrijwilligers en de wijze van werving en ondersteuning,
Jeroen Devilee, Den Haag, Sociaal en Cultureel Planbureau, juli 2005,
ISBN 90 377 0233 3, prijs EUR 12,90.
De publicatie is verkrijgbaar bij de boekhandel of te bestellen bij
het SCP via fax 070 - 340 7044,
e-mail: bestel@scp.nl of via de web-site: www.scp.nl
Sociaal en Cultureel Planbureau