Moties Wmo aangenomen door Tweede Kamer
Nieuwsbericht, 30-6-2005
De Tweede Kamer heeft op 28 juni drie moties aangenomen over de Wet
maatschappelijke ondersteuning.
De eerste motie wil van te voren concrete en meetbare criteria op
papier hebben om te beoordelen wanneer de Wmo-pilots geslaagd zijn. De
Tweede Kamer laat de uiteindelijke vorm van de Wmo (na 2006) afhangen
van de uitkomsten van de pilots. Deze motie is ingediend door
GroenLinks-Kamerlid Tonkens c.s.
De tweede motie verzoekt om een emancipatie-effectrapportage voor de
Wmo. De emancipatie-effectrapportage (EER) voorspelt wat de Wmo
betekent voor de positie van vrouwen en mannen. Het gaat daarbij
vooral om het beroep op de mantelzorgers. Deze motie is ingediend door
GroenLinks-Kamerlid Tonkens c.s.
De derde motie gaat over de criteria voor de pilots Huishoudelijke
Verzorging (HV). De indieners van de motie willen dat de pilots HV
beoordeeld worden op de mate van ontschotting. Een belangrijk aspect
van de motie is bijvoorbeeld dat de burger maar één rekening krijgt
voor de eigen bijdragen van de Wmo en de AWBZ. De motie is ingediend
door mevrouw Verbeet (PvdA) en mevrouw Tonkens (GroenLinks).
De staatssecretaris informeert de Kamer na het zomerreces of en hoe ze
de moties uitwerkt.
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport