Gemeente Amsterdam

Splitsingsbeleid bevroren in afwachting van plannen minister Dekker

30 juni 2005

Het college van B&W van de gemeente Amsterdam heeft besloten de vierde en laatste tranche van 4.723 vergunningen om particuliere woningen te splitsen vooralsnog niet vrij te geven. Hiertoe is besloten omdat de raad een motie heeft aangenomen om niet verder te splitsen in afwachting van de effecten van het huurliberaliseringsbeleid van minister Dekker op het aantal goedkope huurwoningen. College en raad willen voorkomen dat de goedkope woningvoorraad onder een kritische grens terecht komt. Indien vast komt te staan dat in Amsterdam slechts 5 % van de voorraad wordt geliberaliseerd als gevolg van het huurbeleid van Dekker, zal dit besluit worden heroverwogen.

Sinds 2002 hebben de stadsdelen in drie tranches toestemming gekregen om 14.277 splitsingsvergunningen te verstrekken voor woningen met een huur onder de huursubsidiegrens. In afwachting van de effecten van het nieuwe landelijke huurbeleid op de Amsterdamse voorraad goedkope woningen, wordt de vierde en laatste tranche van 4.723 vergunningen niet vrijgegeven.

In 2001 is bepaald dat de stadsdelen binnen de ring tussen 2002 en 2006 19.000 splitsingsvergunningen mochten verstrekken: vergunningen aan particuliere eigenaren om woningen op te splitsen ten einde ze te kunnen verkopen. Het beoogde doel was differentiatie van de woningvoorraad. Om te voorkomen dat de voorraad woningen voor de laagste inkomensgroepen onder een kritische grens terecht zou komen, werd afgesproken dat de effecten van het beleid ieder jaar zouden worden geëvalueerd. Steeds werden op basis van die evaluatie de quota voor het komende jaar vastgesteld.

Het splitsingsbeleid wordt voorlopig wel voortgezet met de resterende quota van de voorgaande drie jaren.

Pb-121