Nivel


NIVEL international
Alternatief genezerbezoek: wedden op twee paarden?

28 juni 2005

Een op de acht Nederlanders met een slechte gezondheid gaat naar een alternatief genezer. Opvallend is dat het bezoeken van het alternatieve circuit niet het huisartsbezoek vervangt, maar een aanvulling daarop lijkt te zijn.

Bijna 1,1 miljoen Nederlanders (6,8%) bezocht in 2001 een alternatief genezer. Homeopaten zijn het populairst, gevolgd door paranormaal genezers, acupuncturisten en natuurgenezers. Van de genoemde genezers in het onderzoek worden antroposofen het minst bezocht. Vooral vrouwen, en dan met name degenen tussen de 20 en 39 jaar, kijken rond in het alternatieve circuit. Opvallend is ook het hoge aantal jongens tussen de 0 en 19 jaar: bijna 20% van de jongens met een zelf-gerapporteerde slechte gezondheid gaat (of wordt meegenomen) naar een alternatief genezer, tegenover 15% van de meisjes.

Mensen met een slechte gezondheid hadden in 2001 gemiddeld 14,9 keer contact met de huisartspraktijk. Dat gold voor zowel de groep die een alternatief genezer bezocht, als de groep die dat niet deed. Opvallend is dus dat het bezoek aan de alternatief genezer het huisartsbezoek niet lijkt te vervangen. Het lijkt eerder wedden op twee paarden.

Dit blijkt uit analyse van LINH-gegevens in het kader van de tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk (2001). LINH is een project van NIVEL, WOK, LHV, en NHG. De Tweede Nationale Studie is een omvangrijke studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk die in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) is uitgevoerd door het NIVEL in samenwerking met het RIVM. Voor het onderzoek zijn ruim 12.500 Nederlanders ondervraagd en gegevens verzameld uit 104 huisartspraktijken die deel uitmaken van het Landelijk Informatie Netwerk Huisartsenzorg (LINH.)