Veilig Amsterdam


Commissie voor de Politieklachten - Minder gegrond verklaarde klachten in 2004

28/06/2005 - Dit blijkt uit het jaarverslag over 2004 dat de Commissie voor de Politieklachten Amsterdam-Amstelland vandaag heeft uitgebracht. Deze Commissie is onafhankelijk en adviseert de burgemeester/korpsbeheerder sedert 1986 over de afdoening van klachten over het optreden van ambtenaren van politie.

In 2004 zijn 585 klachten ingediend over 942 gedragingen van politieambtenaren van de regio. In het vorige jaar bedroeg het aantal ingediende klachten 546. Dit betekent een stijging van 7%.

De Commissie heeft de korpsbeheerder 129 adviezen gegeven over 422 gedragingen van politieambtenaren. Opmerkelijk is de daling van het aandeel gegrond verklaarde klachtenonderdelen, namelijk van 32% in 2003 tot 19% in 2004 (2002: 23%). Zoals reeds uit deze cijfers blijkt, schommelt dit percentage door de jaren sterk.

Deze daling staat tegenover een lichte stijging van het aantal feitelijk ongegrond verklaarde klachten van 16% naar 18% (het in de klacht gestelde bleek niet met de werkelijkheid overeen te komen), en een stijging van het aandeel normatief ongegrond verklaarde klachtonderdelen van 33% naar 44% het grootst (het optreden was niet onbehoorlijk of zelfs behoorlijk).

Het aantal ingediende klachten over geweld (20) is in de afgelopen 10 jaar niet zo laag geweest als in 2004. Klachten over disproportioneel optreden (61) staan echter onveranderd hoog in de Top-tien van meest ingediende klachten.

De Commissie constateert over het verslagjaar enkele opvallende verschuivingen in het aantal klachtonderdelen per dienst of wijkteam. De sterkste daling van het aantal klachtonderdelen werd gesignaleerd bij de dienst Verkeerspolitie, het wijkteam Beursstraat, en wijkteam Raampoort. Een stijging werd geconstateerd bij onder andere het wijkteam Prinsengracht, het wijkteam Linneausstraat en wijkteam Koninginneweg. Uit de geregistreerde gegevens kan de oorzaak van deze stijging niet worden verklaard.

De Commissie heeft haar oordeel op twee punten enigszins herzien. Wat betreft het boeien zal de Commissie sterker dan in het verleden rekening houden met de plaats en het tijdstip van de aanhouding. Die kunnen het aanleggen van boeien onder omstandigheden rechtvaardigen. Die omstandigheden zullen echter wel moeten kunnen worden uitgelegd. Voorts ziet de Commissie een verschuiving in het gebruik van pepperspray. Hoewel dit geweldsmiddel ooit was gesitueerd tussen wapenstok en dienstwapen, blijkt in de praktijk dat pepperspray voor alle betrokkenen minder ernstige gevolgen heeft dan het gebruik van een de wapenstok.

Reeds jaren bepleit de Commissie aanpassing van de Ambtsinstructie voor de politie etc. voor wat betreft de legitimatieplicht van ambtenaren van politie die in ME-verband opereren. Volgens de geldende Ambtsinstructie dienen ook deze politieambtenaren zich desgevraagd hun legitimatiebewijs te tonen. Het is niet aan de Commissie om de Ambtsinstructie ter zijde te stellen.