Nuon Duurzaamheidsdebat 2005 groot succes
18 apr 2005 | Amsterdam | Nuon
Wat kan Nuon bijdragen aan duurzame ontwikkeling en waar liggen de
grenzen van haar maatschappelijke verantwoordelijkheid? Die vragen
vormden de rode draad bij het debat over duurzaamheid, dat op 18 april
gehouden werd bij de presentatie van Nuon's nieuwe
Duurzaamheidsverslag in Artis.
Precies 100 jaar geleden richtten Jac. P. Thijsse en zijn medestanders
de Vereniging tot behoud van Natuurmonumenten op in de Koningszaal van
Artis. Geen toeval, dat Nuon juist op deze `gewijde grond' het derde
duurzaamheidsverslag overhandigde aan algemeen directeur Jan Jaap de
Graeff van de jubilaris, die zich nu kortweg Natuurmonumenten noemt.
Ter gelegenheid van dat verslag gingen stakeholders en
vertegenwoordigers van Nuon in dezelfde zaal met elkaar in debat over
zes stellingen over duurzaamheid. Presentator Pieter Jan Hagens
verleidde daarbij het publiek tot actieve deelname, omdat voor- en
tegenstanders bij iedere stelling bij elkaar moesten gaan zitten. Dat
leidde tot wisselende coalities, waarbij deelnemers elkaar met pittige
statements probeerden te overtuigen. En waarbij de zinsnede `ik heb
zelden zo'n grote onzin gehoord' tot een gevleugelde uitspraak
uitgroeide.
Kernenergie
Inleider Jan Paul van Soest van Advies voor Duurzaamheid beet de spits
af met de stelling `Het klimaat vraagt niet om kernenergie'. Van
Soest, die op de valreep het afwezige D66-Kamerlid Boris van der Ham
verving, erkende volmondig dat het klimaatprobleem om onconventionele
stappen vraagt. Maar kernenergie is daarvoor niet noodzakelijk,
betoogde hij. Een belangrijke bijdrage verwacht hij van schone
fossiele brandstoffen, waarbij de schadelijke CO2-component
weggeborgen wordt in ondergrondse opslag.
De overgrote meerderheid van de zaal schaarde zich achter zijn
standpunt, waarop bestuursvoorzitter Ludo van Halderen van Nuon
opstond om het kleine kamp van de tegenstanders aan te voeren.
`Vanwege de geweldig groeiende economieën van landen als China en
India is het onverantwoord kernenergie uit te sluiten', betoogde hij.
`Bij een verdrievoudiging van het energieverbruik in de wereld moeten
we ook inzetten op energiebesparing en duurzame energie. Maar het is
ijdel om te denken dat alleen die oplossingen snel resultaat zullen
opleveren.'
Van Halderen kreeg direct tegengas van milieugedeputeerde Albert Moens
van de provincie Noord-Holland. `Investeringen in duurzame energie
kosten heel veel tijd en inspanningen. Kernenergie is een escape, die
afleidt van de revolutie die op gang moet komen.'
Anderen lieten bedrijfseconomische bespiegelingen los op de stelling.
Kernenergie wint het niet als alle kosten meegenomen worden, dus de
`business case' deugt niet. Innovatie is een betere weg om de uitstoot
van CO2 tegen te gaan. De katalysator voor auto's was nooit tot wasdom
gekomen als er geen aanzet was gekomen voor een grootschalige
toepassing, betoogde directeur H. Erdmann van Claessens Erdmann. Er is
dus een grote internationale prikkeling nodig om tot duurzaam gebruik
over te gaan.
Privacywetgeving
Nuon-medewerkers die klanten afsluiten van energielevering mogen
volgens de privacywetgeving geen melding maken van het aantreffen van
`mensen in nood'. Deze wetgeving zit daarom hulp aan de onderkant van
onze samenleving in de weg, leidde Marja Jansen van de Stichting
Mensen in de Bijstand de tweede stelling in. Maar Nuon kan wel
degelijk zelf hier iets aan doen, betoogde zij. Laat mensen een
vrijwaring tekenen, zodat Nuon-medewerkers hen toch te hulp kunnen
schieten. Het grootste deel van de zaal schaarde zich achter haar
standpunt. De tegenstanders onderschreven eveneens het doel waar het
Jansen om te doen is: hulp aan mensen in schrijnende omstandigheden.
Wel betoogden zij dat het aanpassen van de privacywetgeving daarvoor
geen goed middel is. `Ik heb zelden zulke grote onzin gehoord', opende
Annemarie Goedmakers (voorzitter FRES) met een zinsnede, die door
diverse sprekers na haar gretig herhaald werd. `We hoeven op brieven
aan mensen maar één regeltje toe te voegen om ervoor te zorgen dat we
mensen in nood kunnen helpen. Gewoon een creatieve oplossing zoeken in
plaats van een hele wet op de helling zetten.' Maar wat moeten
Nuon-medewerkers doen als ze nog ernstiger zaken aantreffen bij de
mensen thuis, zoals kindermishandeling of brandgevaar? Moet Nuon dan
ook de privacy respecteren? De privacywetgeving vormt daarbij niet het
echte knelpunt, beaamden diverse sprekers. Voor PvdA-Kamerlid Diederik
Samsom was dat inzicht aanleiding om zich alsnog te scharen bij de
tegenstanders van de stelling. `De privacywetgeving is inderdaad niet
de belemmering voor het bieden van hulp. Dat zijn allereerst falende
instanties.'
Brandstofmix
Diederik Samsom mocht vervolgens de stelling verdedigen dat de
duurzaamheid van een energiebedrijf valt af te lezen aan de
brandstofmix. De PvdA-politicus bleek op dit front echter een illusie
armer te zijn geworden. `We dachten dat de brandstofmix een goed
keurmerk zou zijn voor een duurzaam energiebedrijf. Maar de
werkelijkheid zit vol met gewiekste inkopers en accountmanagers, die
weten hoe je slim duurzame energie inkoopt in het buitenland.'
Alleen investeringen in duurzame energie zijn daarom een bruikbaar
getal in de boekhouding, vindt Samsom. Een echt duurzame onderneming
zou bovendien - in navolging van de econoom Tinbergen - de verschillen
in inkomen tussen de hoogst en laagst verdienende werknemer niet
groter moeten laten zijn dan een factor tien. `Daarvoor hoeft een
onderneming niet te wachten op een wet', zei Samsom met een verwijzing
naar de actuele discussie over inkomens van bestuurders bij
energiebedrijven.
De beloning van de Raad van Bestuur past bij maatschappelijk
verantwoord ondernemen, erkende Ludo van Halderen `Maar ik voel er
weinig voor om publiekelijk over mijn salaris te spreken. Dat moet
opgepakt worden op de plaats waar dat thuishoort: bij de Raad van
Commissarissen.'
Tegenstanders van Samsoms pleidooi hielden hem voor dat zijn
uitspraken van calvinisme en een grenzeloze naïviteit getuigden. `Maar
de inkomensverschillen worden steeds groter', hield de PvdA-politicus
vol. `Daar kan niemand zich aan onttrekken.'
Economische groei
Bij de drie laatste stellingen liep het aantal voor- en tegenstanders
minder ver uiteen. Zoals bij de stelling over de onverenigbaarheid van
economische groei en duurzaamheid, die verdedigd werd door Jan Paul
van Soest. Hij gelooft niet in het uitgangspunt van de Brundtland-
commissie dat economische groei en duurzaamheid goed samen kunnen
gaan. Economische groei leidt namelijk tot het innemen van meer ruimte
en tot meer verbruik, wat ten koste gaat van ecologische rijkdom.
Landen zonder economische groei kunnen zich bovendien niet de luxe
permitteren om zich met duurzaamheid bezig te houden, vielen
medestanders hem bij.
Moet de oplossing voor een duurzame ontwikkeling dan komen uit
technologische innovaties? Of is een ingreep in de omvang van de
bevolking effectiever om de wereldwijde ecologische problemen het
hoofd te bieden? De deelnemers aan het debat kwamen er niet echt uit.
Het komt er daarom op aan dat ieder daarin zijn eigen
verantwoordelijkheid neemt, vond duurzaamheidsadviseur Ingrid Plag van
Nuon. `Als individu of als afzonderlijk bedrijf kunnen we wél een
bijdrage leveren aan meer duurzaamheid.'
De ontwikkelingslanden moeten groeien, besloot professor J. Jansen van
de TU Delft (Platform DO) het debat. `Dat is een noodzakelijke
voorwaarde voor duurzaamheid.'
/nl/Images/81_23886.jpg
Windmolens
Nuon en Natuurmonumenten hebben samen een nieuwe commercial gemaakt,
geïnspireerd op de oude prentenboeken van Verkade. Inleider Hans
Revier van de Waddenvereniging zag in die spot meteen het bewijs voor
zijn stelling dat windmolens een zegen voor het milieu zijn, maar een
vloek voor het landschap. De commercial laat immers wel de
oud-Hollandse windmolens zien, maar niet eigentijdse turbines. De
windmolens in Wieringermeer lijken 's nachts op knipperende
discolampen, vond hij. `De plannenmakers weten vanuit randstedelijke
arrogantie de effecten op het landschap telkens te bagatelliseren.'
De voorstanders van windmolens grepen de historische vergelijking van
Revier aan om de weerstand tegen windmolens te relativeren. `Het is
een kwestie van wennen', vond Cees Bakker van de Nederlandse Wind
Energie Associatie. Ook betoogden zij dat noodzaak voor deze vorm van
energieopwekking zó hoog is, dat deze discussie achterhaald is. `Mooi
of lelijk is niet aan de orde', zei duurzaamheidsadviseur Marjolein
van Leeuwen van Nuon. `Mensen die molens niet mooi vinden, vormen een
kleine minderheid', viel Annemarie Goedmakers haar bij. `Niet voor
niets worden windmolens veel gebruikt in commercials.'
Logisch, vond P. van der Veen, wethouder van Achtkarspelen. `De boeren
in die commercials vinden windmolens alleen mooi om het geld, dat ze
eraan kunnen verdienen.'
Ontwikkelingslanden
Echte winst op het gebied van duurzaamheid valt alleen te halen in
ontwikkelingslanden, verdedigde Jan Bouke Wijbrandi (directeur MVO van
Novib) de laatste stelling van dit debat. Daar is wel een grote omslag
voor nodig, want vanuit ecologisch perspectief is de westerse manier
van leven wereldwijd onhaalbaar. De prijsstijging van grondstoffen zal
overal tot spanningen leiden. `We moeten dus de spelregels voor
internationale handel aanpassen. Dat komt de duurzaamheid ten goede.'
De discussie spitste zich toe op de vraag wat Nuon kan bijdragen aan
duurzaamheid in ontwikkelingslanden. Volgens Peter Erich van de Raad
van Bestuur is die mogelijkheid beperkt. `Onze aandeelhouders dragen
Nuon op om zich als provinciaal nutsbedrijf te gedragen.'
Adviseur Johan Verburg van Novib zorgde voor een pittige afsluiting
van de discussie. `Het is Nuon gelukt om mensen met fantastische
oogkleppen binnen te halen bij dit debat. Want deze discussie getuigt
van een zeer rigide opvatting van economische ontwikkeling. Het gaat
niet om harde geldwinst maar om de mogelijkheid om mensen een lampje
te laten branden, zodat ze kunnen studeren. Of om ervoor te zorgen dat
ze geen uren onderweg zijn om brandhout te halen. Dáár valt echte
duurzame winst te halen.'