Ministerie van Financiën

De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal

Plein 2

2511 CR DEN HAAG

Datum Uw brief (Kenmerk) Ons kenmerk

- FEZ 2005/61M

Onderwerp

?Comply or explain? begrotingshoofdstukken IXA en IXB 2006

In reactie op de motie Douma (Kamerstukken II 2004/05, 29 949, nr. 11) over comply or explain heb ik aangekondigd dat u nog voor het zomerreces wordt geïnformeerd indien het niet mogelijk is om zinvolle en relevante gegevens over outcome of output op te nemen bij de begrotingsdoelstellingen.

Het aantal doelstellingen van Financiën waarbij directe maatschappelijke effecten worden beoogd is beperkt. Een aanzienlijk deel van de begrotingsdoelstellingen op begrotingshoofdstukken IXA en IXB zijn gericht op de bedrijfsvoering van het Rijk. Voorbeelden daarvan zijn de doelstellingen ten aanzien van het beheer van de Nationale Schuld (begrotingshoofdstuk IXA), de publiek-private financiering van overheidsinvesteringen en het beheer van de materiële activa van het Rijk. Het streven van Financiën hierbij is doelmatigheid. Het zijn daarbij de prestaties (output) die centraal staan. Om inzicht te geven in de mate van doelbereiking wordt gebruik gemaakt van prestatie-indicatoren op output. Er zijn bij veel van deze doelstellingen overigens wel maatschappelijke neveneffecten. Deze behoren echter niet primair tot de beleidsdoelstelling van Financiën.

Bij 3 doelstellingen binnen art. 3 Financieringsactiviteiten publiek-private sector op IXB acht ik het niet mogelijk om zinvolle en relevante gegevens over outcome noch over output op te nemen. Dit is het geval bij:

a) het beheer van staatsdeelnemingen,

b) het afwikkelen van de regeling Bijzondere Financiering en

c) marktgerelateerde operaties.

Ad a) De doelstelling ten aanzien van staatsdeelnemingen is gericht op het behalen van een optimaal resultaat bij het beheren, aangaan en afstoten van staatsdeelnemingen. Hierbij maakt de Staat gebruik van de bevoegdheden die zij heeft in haar rol als aandeelhouder. De resultaten van de inspanningen zijn moeilijk te meten. Verkopen vinden echter altijd transparant en in beginsel altijd in competitie plaats. Het deelnemingen beleid wordt voorts eens in de vijf jaar geëvalueerd. De volgende evaluatie staat gepland voor 2006. De resultaten van het beheer van Staatsdeelnemingen worden bovendien jaarlijks in een jaarverslag aan de Tweede Kamer gepresenteerd. Daarnaast wordt voor iedere staatsdeelneming eens in de vijf jaar bekeken of er belemmeringen bestaan voor afstoting.

Ad b)

Op 1 juni jl. heb ik u geïnformeerd over het besluit om de regeling Bijzondere Financiering in zijn huidige vorm te beëindigen (Kamerstukken II 2004/05, 29 800 IXB, nr. 25). De huidige portefeuille, waarin langlopende leningen zitten, zal moeten worden afgewikkeld. Er zullen geen nieuwe verplichtingen worden aangegaan. In verband met het aflopende karakter van de regeling acht ik het niet zinvol en relevant

kwantitatieve prestatie-indicatoren op te nemen bij deze doelstelling, wat de financieel economische positie is en wat de publieke omgeving is.

Ad c)

Financiën heeft als doelstelling een optimale opbrengst te bewerkstelligen bij het uitvoeren van marktgerelateerde operaties (bijv. veilingen). Zij biedt hiervoor advies en ondersteuning aan bij het uitvoeren van dergelijke operaties. Voor deze doelstelling bestaan geen zinvolle en relevante prestatie-indicatoren. De mate van doelbereiking wordt vastgesteld aan de hand van een evaluatie van de rol van Financiën bij bijzondere marktgerelateerde operaties.

De Minister van Financiën,

G. Zalm