Graag bied ik u hierbij ter kennisneming het subsidiekader aan inzake media-pluriformiteit in Iran, dat uitvoering geeft aan het amendement-Karimi/Van Baalen (Kamerst. II, 2004/05, 29 800 V, nr. 14). Dit kader zal dezer dagen worden gepubliceerd in de Staatscourant.
Dit subsidiekader vormt een aanvulling op het bestaande Nederlandse beleid ten aanzien van Iran. Nederland voert een kritische dialoog met Iran over mensenrechten, zowel bilateraal als in het kader van de EU-Iran Mensenrechtendialoog. De Nederlandse zorgen over de achteruitgang ten aanzien van bepaalde burgerrechten en politieke vrijheden in Iran maakt hiervan een belangrijk deel uit. Ter ondersteuning van de bilaterale politieke dialoog en de EU-Iran dialoog zet Nederland financiële middelen in om de rechtsstaat in Iran te bevorderen. Dit gebeurt via de jaarlijkse reservering voor activiteiten in Iran van 750.000 Euro uit de Faciliteit Strategische Mensenrechtenactiviteiten (FSA). Vorig jaar zijn hieruit onder meer projecten ondersteund ter versterking van de rechterlijke macht, het tegengaan van marteling en de opbouw van het maatschappelijk middenveld. Nederland streeft ernaar deze inzet verder te intensiveren.
In aanvulling op deze activiteiten schept het subsidiekader een instrument waarmee bijzondere aandacht wordt gegeven aan de bevordering van de vrijheid van nieuwsgaring en de vrijheid van informatie in Iran. Vrije media vormen immers een belangrijke voorwaarde voor de opbouw van de rechtsstaat, omdat zij onmisbaar zijn voor het democratisch debat en bijdragen aan een transparant bestuur, respect voor mensenrechten en de ontwikkeling van een maatschappelijk middenveld.
Het instellen van een nieuw subsidiekader was noodzakelijk, omdat bestaande subsidieprogramma's die tot mijn beschikking staan onvoldoende ruimte bieden voor een doelmatige uitvoering van het amendement. Uitgaande van de tekst van het amendement heeft het subsidiekader als doelstelling het financieren van activiteiten die bijdragen aan de ondersteuning van vrije, op Iran gerichte, media en het bevorderen van een pluriform medialandschap in Iran.
Vervolgens geeft het kader een aantal voorwaarden en criteria waaraan activiteiten dienen te voldoen willen zij voor financiering in aanmerking komen. Hierbij gaat het om criteria van kwaliteit, duurzaamheid, haalbaarheid en aansluiten bij het Nederlandse en EU-beleid ten aanzien van Iran. Activiteiten komen voor financiering in aanmerking als zij aan deze criteria voldoen en zolang het financiële plafond nog niet is bereikt. In verband met de beperkte middelen kan ook besloten worden tot gedeeltelijke honorering van een aanvraag.
Van belang is te onderstrepen dat dit kader kortlopende subsidies beoogt met een katalyserend effect. Het is dan ook gericht op activiteiten die de ontwikkeling van vrije media in Iran bevorderen en daarvoor gedurende kortere tijd een financieel duwtje in de rug nodig hebben.
In eerste instantie is het subsidieplafond vastgesteld op 15 miljoen euro, zoals door het amendement beschikbaar is gekomen. Op grond van de ervaringen kan te zijner tijd zonodig besloten worden tot een ophoging, waarbij ook de omvang en de kwaliteit van de ingediende voorstellen bij de besluitvorming alsdan zal worden betrokken.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Dr. B.R. Bot
---- --
Ministerie van Buitenlandse Zaken