Rechtbank Leeuwarden
Kraamverzorgster die contract opzegt heeft toch recht op WW
Het Uitvoeringsorgaan werknemersverzekeringen (Uwv) heeft een
kraamverzorgster ten onrechte een een uitkering op grond van de
Werkloosheidswet (WW) onthouden op de grond dat zij verwijtbaar
werkloos is geworden.
De kraamverzorgster had op verzoek van haar werkgever, Kraamzorg
Nederland BV, haar arbeidsovereenkomst opgezegd in verband met een op
handen zijnde splitsing van het bedrijf. Zij zou dan in dienst komen
bij Zorg & CO. Achteraf bleek dat de splitsing niet mogelijk was. Een
civiele vordering van de kraamverzorgster bij de kantonrechter om de
opzegging ongedaan te maken en weer in dienst te komen bij Kraamzorg
Nederland BV, is afgewezen.
Volgens de uitspraak van 14 juni 2005 mag het Uwv zich niet alleen
baseren op het oordeel van de kantonrechter, maar moet het zelf
onderzoeken of de kraamverzorgster een verwijt kan worden gemaakt van
de opzegging, waardoor zij nu in de WW is beland. Volgens de
bestuursrechters heeft de kraamverzorgster mede op grond van onjuiste
informatie, afkomstig van haar leidinggevende, haar contract opgezegd.
Zij dacht hiermee juist te kunnen waarborgen dat ze haar werk zou
kunnen voortzetten na de overgang naar Zorg & CO. Die overgang ging
echter niet door als gevolg van juridische moeilijkheden die de
kraamverzorgster niet kon voorzien. Naar het oordeel van de rechtbank
kan het de kraamverzorgster daarom niet in overwegende mate worden
verweten dat zij werkloos is geworden.
Het Uwv moet nu opnieuw een beslissing nemen op het bezwaarschrift van
eiseres tegen de weigering van een WW-uitkering, met inachtneming van
de uitspraak.
LJ Nummer
AT7646
Bron: Rechtbank Leeuwarden
Datum actualiteit: 17 juni 2005 Naar boven